In een streven naar een energieneutrale gemeente in 2030, heeft de gemeenteraad van Zeist een motie aangenomen voor het opzetten van een 'revolving fund'. Dit fonds moet de verduurzaming van gemeentelijk en maatschappelijk vastgoed versnellen.
Politiekverslaggever Rijk de Bat
ZEIST - De gemeenteraad van Zeist heeft een belangrijke stap gezet richting een duurzamere toekomst door het aannemen van een motie voor het opzetten van een 'revolving fund'. Dit fonds is bedoeld om de verduurzaming van zowel gemeentelijk als maatschappelijk vastgoed te stimuleren. "Het is echt bedoeld als extra tool in het assortiment om flexibiliteit te hebben en om maatwerk te kunnen bieden," verklaarde de heer Ruben Patties Shima van D66 tijdens het debat.
De motie, ingediend door D66, Partij van de Arbeid, GroenLinks, ChristenUnie en SGP, werd breed ondersteund door de raad. "Als we hier in 2014 mee waren begonnen, dan hadden we nu al 1,5 keer kunnen roteren met dit fonds," benadrukte Patties Shima, wijzend op de potentiële impact van het fonds op investeringsbeslissingen en de snelheid van verduurzaming.
De wethouder, Walter van Dijk, erkende de waarde van het hebben van veel instrumenten bij het nastreven van grote ambities zoals het verduurzamen van vastgoed. Hij gaf aan dat het voorstel haalbaar lijkt en dat het college niet onwelwillend tegenover de motie staat, vooral omdat het breder kijkt dan alleen gemeentelijk vastgoed.
Een ander agendapunt, de motie 'Diverse scenario's', ingediend door Zeister Belang, werd echter niet aangenomen. De motie stelde voor om verschillende toekomstscenario's te ontwikkelen voor het aardgasvrij maken van gemeentelijk vastgoed. De wethouder ontraadde deze motie vanwege de grote onzekerheid en de voorkeur voor een jaarlijkse actualisatie van plannen en financiën.
De gemeente Zeist blijft zich inzetten voor het behalen van de doelstelling om in 2030 energieneutraal en aardgasvrij te zijn. Met de aangenomen motie voor het 'revolving fund' en de jaarlijkse gesprekken over de voortgang, lijkt Zeist goed op weg om deze ambitieuze doelen te realiseren.
Samenvatting van het voorstel
Samenvatting:
De gemeente Zeist streeft ernaar om in 2030 energieneutraal en aardgasvrij te zijn. Er is al progressie geboekt, maar tijdens de actualisatie van het duurzame meerjarenonderhoudsplan in 2021 bleek dat extra investeringen nodig zijn. Daarnaast is er een congestie op het elektriciteitsnet, waardoor tot 2028 geen nieuwe grootverbruikersaansluitingen mogelijk zijn. Dit heeft geleid tot een aangepaste aanpak voor het aardgasvrij maken van gemeentelijk vastgoed.
Het raadsvoorstel presenteert de derde fase (2024-2028) van dit traject, waarbij jaarlijks investeringskredieten worden aangevraagd om flexibel te kunnen inspelen op veranderende omstandigheden. In 2028 zal een voorstel voor de vierde en laatste fase (2029-2030) worden gepresenteerd. De gemeente Zeist heeft al enkele gebouwen aardgasvrij gemaakt en zal dit proces voortzetten, rekening houdend met natuurlijke vervangingsmomenten en subsidiemogelijkheden.
Het raadsbesluit van 29 juni 2023 stemt in met de opzet van fase 3 en voegt een jaarlijks gesprek met de raad toe over de voortgang van de verduurzaming. Een amendement voor dit jaarlijkse gesprek is aangenomen. Daarnaast is een motie aangenomen die het college verzoekt een voorstel te doen voor het gebruik van een 'revolving fund' om de verduurzaming van gemeentelijk en maatschappelijk vastgoed te ondersteunen.
De gemeente Zeist benadrukt het belang van samenwerking, participatie en communicatie met betrokkenen en zal de voortgang van het project evalueren. De financiële aspecten van de derde fase worden jaarlijks beoordeeld, en de gemeente houdt rekening met de stijgende energiekosten en de beperkte ambtelijke capaciteit.
Bijlages
-
Analyse van het document
Titel en samenvatting:
De titel van het voorstel is "Amendement Jaarlijks gesprek met de raad over het aardgasvrij maken van gemeentelijk vastgoed". Het amendement stelt voor om een jaarlijks gesprek tussen de gemeenteraad en het college van B&W in te voeren om de voortgang van het verduurzamen van gemeentelijk vastgoed te bespreken. Dit gesprek is specifiek gericht op de ambitie om het vastgoed aardgasvrij te maken voor 2030. Het doel is om de voortgang te monitoren en waar nodig het beleid bij te sturen.
Volledigheid van het voorstel:
Het voorstel lijkt volledig in de zin dat het een duidelijk beslispunt toevoegt aan het raadsvoorstel. Het geeft aan dat er jaarlijks een moment van reflectie en evaluatie zal zijn, wat helpt bij het waarborgen van de voortgang en het aanpassen van het beleid.
Rol van de raad:
De rol van de raad bij dit voorstel is toezichthoudend en sturend. Door jaarlijks in gesprek te gaan met het college, kan de raad de voortgang monitoren en indien nodig aandringen op bijsturing van het beleid.
Politieke keuzes:
De politieke keuze die gemaakt moet worden, is of de raad het noodzakelijk vindt om jaarlijks een gestructureerd moment van overleg in te bouwen over de verduurzaming van het gemeentelijk vastgoed.
SMART:
Het voorstel is specifiek en meetbaar (jaarlijks gesprek), acceptabel (aangenomen met meerderheid van stemmen), realistisch (jaarlijks is een haalbare frequentie) en tijdgebonden (gerelateerd aan de ambitie voor 2030). Er lijken geen directe inconsequenties te zijn.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten of zij het amendement aanneemt en daarmee het jaarlijkse gesprek als vast onderdeel van het beleidsproces instelt.
Participatie:
Het voorstel zegt indirect iets over participatie, namelijk dat de raad actief betrokken wil zijn bij het beleidsproces. Het zegt echter niets over participatie van burgers of andere stakeholders.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid is een zeer relevant onderwerp bij dit voorstel, aangezien het helemaal draait om het aardgasvrij maken van gemeentelijk vastgoed, wat een duurzaamheidsdoelstelling is.
Financiële gevolgen:
Het voorstel zelf geeft geen specifieke financiële gevolgen aan, maar het onderliggende raadsvoorstel waar het amendement op betrekking heeft, zal waarschijnlijk wel financiële implicaties hebben. Het is aan te nemen dat dekking voor de kosten van het aardgasvrij maken van het vastgoed in het oorspronkelijke voorstel wordt besproken.
-
-
-
Analyse van het document
Titel: Motie Revolving Fund
Samenvatting: De motie verzoekt het college van B&W om een voorstel te ontwikkelen voor het gebruik van een revolving fund bij het verduurzamen van gemeentelijk en maatschappelijk vastgoed. Dit financiële instrument moet herinvestering van middelen in duurzaamheidsprojecten mogelijk maken en samenwerking tussen belanghebbenden stimuleren. Het fonds zou gebruikt kunnen worden voor energiebesparing, hernieuwbare energie, waterbesparing en andere duurzame initiatieven. Het college wordt gevraagd de raad in de tweede helft van het jaar te informeren over de inzet van dit instrument in Zeist.
Volledigheid van het voorstel: De motie lijkt volledig in de zin dat het een duidelijk verzoek aan het college formuleert en de redenen voor dit verzoek uiteenzet. Het geeft echter geen specifieke details over hoe het revolving fund zou moeten functioneren of hoe het gefinancierd zou moeten worden.
Rol van de raad: De raad heeft de rol van kaderstellend en controlerend orgaan. Zij verzoekt het college om met een voorstel te komen en zal later het voorstel beoordelen en eventueel goedkeuren.
Politieke keuzes: Er moeten keuzes worden gemaakt over de omvang van het fonds, de financiering ervan, de criteria voor projecten die ondersteund kunnen worden, en de governance van het fonds.
SMART: De motie is specifiek en actiegericht, maar mist meetbaarheid, haalbaarheid en tijdgebondenheid in termen van concrete doelstellingen en deadlines.
Inconsequenties: Er lijken geen directe inconsequenties in de motie te staan, maar de uitwerking van het voorstel kan praktische uitdagingen met zich meebrengen die nog niet zijn geadresseerd.
Besluit van de raad: De raad moet besluiten of zij het college verzoekt om met een voorstel te komen voor het opzetten van een revolving fund.
Participatie: Het voorstel suggereert dat samenwerking en partnerschappen belangrijk zijn, maar geeft geen specifieke details over hoe participatie zal worden vormgegeven.
Duurzaamheid: Duurzaamheid is een kernonderwerp van dit voorstel, aangezien het revolving fund bedoeld is om duurzaamheidsprojecten te ondersteunen.
Financiële gevolgen: De motie zelf geeft geen details over de financiële gevolgen of dekking, maar vraagt het college om een voorstel dat deze aspecten zal moeten adresseren.
De motie is aangenomen met een ruime meerderheid, wat aangeeft dat er politieke wil is om het idee van een revolving fund verder te verkennen en mogelijk te implementeren.
-
Analyse van het document
Titel en samenvatting:
De titel van het amendement is "Amendement Jaarlijks gesprek met de raad". Het amendement stelt voor om een jaarlijks gesprek tussen de gemeenteraad en het college van B&W in te voeren, waarbij de voortgang van het verduurzamen van gemeentelijk vastgoed wordt besproken. Dit gesprek is specifiek gericht op de ambitie om het gemeentelijk vastgoed aardgasvrij te maken voor 2030.
Volledigheid van het voorstel:
Het voorstel lijkt volledig te zijn in de zin dat het een duidelijk beslispunt toevoegt aan het raadsvoorstel. Het geeft aan dat er een structurele dialoog moet komen over de voortgang van de verduurzaming.
Rol van de raad:
De rol van de raad is om toezicht te houden op de uitvoering van het beleid en om het college van B&W te controleren. Met dit amendement wordt de raad actief betrokken bij het monitoren van de voortgang en kan het waar nodig bijsturen.
Politieke keuzes:
De politieke keuze die gemaakt moet worden, is of de raad jaarlijks een gesprek wil voeren over dit onderwerp en of zij dit als een prioriteit zien binnen het gemeentelijk beleid.
SMART:
Het voorstel is specifiek en meetbaar (jaarlijks gesprek), acceptabel (aangenomen door een meerderheid van de raad), realistisch (het is een haalbare actie) en tijdgebonden (jaarlijks). Er lijken geen directe inconsequenties te zijn.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten of zij het amendement aanneemt en daarmee het jaarlijkse gesprek institutionaliseert.
Participatie:
Het voorstel zegt niets over participatie van burgers of andere stakeholders. Het gaat puur om de interactie tussen raad en college.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid is een zeer relevant onderwerp bij dit voorstel, aangezien het gaat over het aardgasvrij maken van gemeentelijk vastgoed.
Financiële gevolgen:
Het amendement zelf lijkt geen directe financiële gevolgen te hebben, maar het onderliggende raadsvoorstel over het aardgasvrij maken van vastgoed zal ongetwijfeld financiële implicaties hebben. Het amendement zorgt ervoor dat de raad betrokken blijft bij de financiële besluitvorming hieromtrent.
Dekking van kosten:
De dekking van de kosten voor het aardgasvrij maken van het vastgoed wordt niet in het amendement besproken, maar zou onderdeel moeten zijn van het bredere raadsvoorstel waar het amendement op van toepassing is.
-
Analyse van het document
Titel en samenvatting:
De titel van het voorstel is niet expliciet gegeven, maar het lijkt te gaan om een motie met betrekking tot het aardgasvrij maken van gemeentelijk vastgoed. De motie verzoekt het college om de raad uiterlijk 1 oktober te informeren over diverse scenario’s die de afwegingen, dilemma’s en keuzes rondom het aardgasvrij maken van gemeentelijk vastgoed duidelijk maken, gezien de veranderende omstandigheden zoals de oorlog in Oekraïne en fluctuerende energieprijzen.
Volledigheid van het voorstel:
Het voorstel lijkt volledig in de zin dat het een duidelijk verzoek aan het college formuleert. Echter, het is verworpen, wat suggereert dat de meerderheid van de raad het niet noodzakelijk of relevant vond, of dat er mogelijk andere informatie of plannen zijn die dit verzoek overbodig maken.
Rol van de raad:
De rol van de raad in dit voorstel is om te beslissen of ze extra informatie in de vorm van scenario’s nodig hebben om een geïnformeerd besluit te kunnen nemen bij de begroting van 2024 over het aardgasvrij maken van gemeentelijk vastgoed.
Politieke keuzes:
De politieke keuzes die gemaakt moeten worden, betreffen de afweging tussen directe actie en het uitstellen van beslissingen in afwachting van meer informatie, en hoe om te gaan met de onzekerheden zoals fluctuerende energieprijzen en geopolitieke ontwikkelingen.
SMART:
Het voorstel lijkt Specifiek en Meetbaar (informatie voor een bepaalde datum), maar het is niet duidelijk of het Realistisch en Tijdgebonden is, aangezien de motie is verworpen. Er zijn geen duidelijke inconsequenties in de tekst van de motie zelf.
Besluit van de raad:
De raad heeft besloten de motie te verwerpen, dus er is geen actie vereist van het college op basis van deze motie.
Participatie:
Het voorstel zegt niets over participatie van burgers of andere stakeholders.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid is een relevant onderwerp, aangezien het voorstel gaat over het aardgasvrij maken van gemeentelijk vastgoed, wat een duurzaamheidsdoelstelling is.
Financiële gevolgen:
De motie zelf geeft geen informatie over de financiële gevolgen of dekking, maar vraagt om scenario’s die waarschijnlijk ook financiële implicaties zullen bevatten. Het is mogelijk dat de financiële gevolgen een reden waren voor de raad om de motie te verwerpen.
-
Analyse van het document
Titel en samenvatting:
De titel van het voorstel is "Amendement Jaarlijks gesprek met de raad over het aardgasvrij maken van gemeentelijk vastgoed". Het amendement stelt voor om een jaarlijks gesprek tussen de gemeenteraad en het college van B&W in te voeren om de voortgang van het verduurzamen van gemeentelijk vastgoed te bespreken. Dit gesprek is specifiek gericht op de ambitie om het vastgoed aardgasvrij te maken voor 2030. Het doel is om de voortgang te monitoren en waar nodig het beleid bij te sturen.
Volledigheid van het voorstel:
Het voorstel lijkt volledig in de zin dat het een duidelijk beslispunt toevoegt aan het raadsvoorstel. Het geeft aan dat er jaarlijks een moment van reflectie en evaluatie zal zijn, wat helpt bij het waarborgen van de voortgang en het aanpassen van het beleid.
Rol van de raad:
De rol van de raad bij dit voorstel is toezichthoudend en sturend. Door jaarlijks in gesprek te gaan met het college, kan de raad de voortgang monitoren en indien nodig aandringen op bijsturing van het beleid.
Politieke keuzes:
De politieke keuze die gemaakt moet worden, is of de raad het noodzakelijk vindt om jaarlijks een gestructureerd moment van overleg in te bouwen over de verduurzaming van het gemeentelijk vastgoed.
SMART:
Het voorstel is specifiek en meetbaar (jaarlijks gesprek), acceptabel (aangenomen met meerderheid van stemmen), realistisch (jaarlijks is een haalbare frequentie) en tijdgebonden (gerelateerd aan de ambitie voor 2030). Er lijken geen directe inconsequenties te zijn.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten of zij het amendement aanneemt en daarmee het jaarlijkse gesprek als vast onderdeel van het beleidsproces instelt.
Participatie:
Het voorstel zegt indirect iets over participatie, namelijk dat de raad actief betrokken wil zijn bij het beleidsproces. Het zegt echter niets over participatie van burgers of andere stakeholders.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid is een zeer relevant onderwerp bij dit voorstel, aangezien het helemaal draait om het aardgasvrij maken van gemeentelijk vastgoed, wat een duurzaamheidsdoelstelling is.
Financiële gevolgen:
Het voorstel zelf geeft geen specifieke financiële gevolgen aan, maar het onderliggende raadsvoorstel waar het amendement op betrekking heeft, zal waarschijnlijk wel financiële implicaties hebben. Het is aan te nemen dat dekking voor de kosten van het aardgasvrij maken van het vastgoed in het oorspronkelijke voorstel wordt besproken.
-
-