Analyse van het document
Titel en Samenvatting
Titel: Voorstel oprichting één omgevingsdienst in de provincie Utrecht door het treffen van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Utrecht
Samenvatting: Het voorstel betreft de oprichting van één omgevingsdienst in de provincie Utrecht door het samenvoegen van de Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) Utrecht en de Omgevingsdienst regio Utrecht (ODRU). Het doel is om de dienstverlening te centraliseren en te verbeteren. Het traject bestaat uit drie fasen: richten, inrichten en verrichten, met een geplande startdatum van 1 januari 2026. De gemeenteraden en provinciale staten worden gevraagd hun zienswijze te geven op de ontwerpregeling. De uiteindelijke besluitvorming moet uiterlijk in oktober 2025 zijn afgerond.
Oordeel over de volledigheid van het voorstel
Het voorstel lijkt volledig te zijn, met een duidelijke structuur en planning. Er zijn bijlagen toegevoegd die verdere toelichting en details bieden, zoals een rudimentaire begroting, een routekaart en een stroomschema voor de besluitvorming.
Rol van de raad bij het voorstel
De raad heeft de rol om zijn zienswijze te geven op de ontwerpregeling. Dit is een cruciale stap in het besluitvormingsproces, aangezien de uiteindelijke instemming van de raden/staten nodig is voor de oprichting van de nieuwe omgevingsdienst.
Politieke keuzes die moeten worden gemaakt
De belangrijkste politieke keuze betreft de instemming met de oprichting van één omgevingsdienst. Dit omvat het overwegen van de voordelen van centralisatie versus de autonomie van lokale diensten. Daarnaast moeten de financiële implicaties en de impact op de dienstverlening worden overwogen.
Is het voorstel SMART? Zijn er inconsequenties?
Het voorstel is grotendeels SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden). Het heeft duidelijke doelen, een tijdlijn en een gestructureerd proces. Er zijn geen directe inconsequenties opgemerkt, maar de haalbaarheid van de tijdlijn moet worden bewaakt.
Besluit dat de raad moet nemen
De raad moet besluiten of zij instemt met de vorming van één omgevingsdienst en de inhoud van de ontwerpregeling. Daarnaast moeten zij hun zienswijze kenbaar maken aan de stuurgroep.
Participatie
Het voorstel vermeldt dat de colleges en raden/staten betrokken worden in het besluitvormingsproces. Er wordt echter niet gedetailleerd ingegaan op bredere participatie van andere belanghebbenden of het publiek.
Duurzaamheid
Duurzaamheid wordt niet expliciet genoemd als een relevant onderwerp in het voorstel. Echter, gezien de aard van omgevingsdiensten, kan duurzaamheid impliciet een rol spelen in de uitvoering van hun taken.
Financiële gevolgen
Er is een rudimentaire begroting bijgevoegd, maar het voorstel geeft geen gedetailleerde informatie over de financiële gevolgen of hoe deze gedekt worden. Dit kan een aandachtspunt zijn voor de raad bij het overwegen van hun zienswijze.