Nieuws in één oogopslag

Het Journaal toont kort en krachtig wat er speelt.

Journaal

Raadsinformatie

Alles kunnen vinden en niets missen. Met analyses & samenvattingen.

Maak een dossier

Verzamel informatie over een specifiek onderwerp.

Dossiers
Kies een vergadering : 06-05-2025, Vergadering Ronde Tafel en Debat over Vernieuwde inkoopkoers Jeugd en Wmo regio Zuid Oost Utrecht (ZOU) 06-05-2025
Met elkaar in debat zijn
  • Tijmen Visser - Seyst.nu
  • Bar Bakker - VVD
  • Wilma Breddels - PvdA
  • Esther Kant - CDA
  • Silke Zwart - GroenLinks
  • Bas van der Schild - GroenLinks
  • Ruben Pattiasina - D66
  • Walter van Dijk - Wethouder
Het transcript dat je hieronder aantreft is gegenereerd met behulp van computertechnologie. Hierdoor kunnen de namen van personen en partijen soms foutief zijn weergegeven. Indien je een fout opmerkt kun je deze gemakkelijk verbeteren door op het bewerk-symbool (het potloodje) te klikken.

Vernieuwde inkoopkoers Jeugd en Wmo regio Zuid Oost Utrecht


Tijmen Visser - Seyst.nu

Hierbij open ik de ronde tafel over het Raadsvoorstel. Vernieuwde inkoopkoers jeugd en WMO Regio Zuidoost Utrecht, een hele mond vol, Raadsvoorstel 25.018. Met dit voorstel vraagt het college om de regionale inkoopkoers vast te stellen en in het najaar van 2024 heeft de Raad voor deze koers al de uitgangspunten en de ontwikkelrichting vastgesteld voor de verdere inhoud. Verwijs ik naar de stukken in het raadsinformatiesysteem, waar onder andere ook een advies van de Adviesraad Sociaal Domein Zeist in zit en daar ook weer een reactie op. Voor deze opname, mijn naam is Thijmen Visser, ik zit vanavond deze vergadering voor en die wordt ook live uitgezonden. Ik ga even de aanwezigen voorstellen en daarna nog even wat we vanavond gaan doen. Aanwezig zijn wethouder Walter van Dijk, welkom, en hij wordt ondersteund door Leonore van Kesteren en Marion van Olst. En naast mij zit Johan Janssen, griffier. We hebben deze vergadering tot 9 uur de tijd. Er hebben zich geen meesprekers aangemeld en er zijn voor zover wij weten, ook geen technische vragen gesteld. Die mogelijkheid was er, maar daar is geen gebruik van gemaakt en aangezien er geen meesprekers zijn, kunnen we maar meteen beginnen met het stellen van de vraag aan het college. En ik wil eerst even inventariseren wie er vragen hebben en die vragen gaan we eerst even allemaal stellen en vervolgens is het woord aan de wethouder om ze nou proberen zo goed mogelijk en het liefst in één keer te beantwoorden. Maar ik wil de druk niet opvoeren. Ik wil even kijken wie er vragen stelt. Ik zie mevrouw Bakker, ja, we gaan gewoon het rondje af. Mevrouw Bakker van de VVD. Dankjewel, mag.

Bar Bakker - VVD

Mag ik ze allemaal stellen? Wat mij betreft.

Tijmen Visser - Seyst.nu

Wel, ik zou zeggen, als ik bij 3 kan laten, dat zou een mooi beginpunt zijn. Ik ga mijn best doen.

Bar Bakker - VVD

Dan ga ik bovenaan beginnen. Er werd benoemd in het stuk van de adviesraad en de reactie daarop dat cliëntenervaringsonderzoeken door de gemeente zelf moeten worden gedaan. En dat dat voornamelijk moet worden gericht op de kwaliteit van de ondersteuning. In hoeverre doen wij dat al? In hoeverre gaan wij dat nog meer meenemen? Daarnaast werd er vanuit hen ook gevraagd of er duidelijke financiële gevolgen konden worden aangegeven. Daarop werd gereageerd dat dat moet worden gedaan bij de gemeente zelf. Wordt dat bij ons in de begroting apart aangegeven of moeten wij dit verder uitgewerkt zien in de begroting zelf? Ten derde, er werd specifiek vanuit Zeist vanuit de adviescommissie gevraagd om een concreet communicatieplan op te stellen. Daarop was de reactie dat de gemeente dat zelf moet doen. En dan is mijn vraag, omdat ook tijdens de vorige sessies juist heel erg naar voren is gekomen dat we de inwoners heel goed en breed moeten informeren, waarom er dan toch voor is gekozen om dat aan de gemeentes over te laten en lokaal over te laten in plaats van dat er een breed communicatieplan komt. En dan ben ik volgens mij op drie, nou, dan ga ik zo naar de tweede ronde.

Tijmen Visser - Seyst.nu

Dankjewel mevrouw Bakker, ik zag ook mevrouw Braddels met een hand omhoog en u heeft het woord.

Wilma Breddels - PvdA

Dat gaat snel, dank u wel. Ik las op bladzijde 18 en was een beetje verbaasd over dat de DSM-code een innovatie zou zijn als die niet meer gebruikt zou worden. En dan denk ik, hoe kan dat? Laat ik beginnen te stellen dat ik ook vind dat niet iedereen gelijk een plakplaatje op zijn voorhoofd moet hebben van je hebt dit of je hebt dat, maar als er wat aan de hand is, dan lijkt het me toch wel belangrijk om te weten wat er aan de hand is. Want dan kan je ook adequaat behandelen en als je het niet weet, dan lijkt me dat nogal ingewikkeld. Dank u.

Tijmen Visser - Seyst.nu

Jawel, ik zag ja mevrouw Kant van het CDA.

Esther Kant - CDA

Dank u wel, voorzitter. Eigenlijk een hele korte vraag. Pagina 15: het onderbrengen bij kerken, samenleving en inloophuizen realiseren qua dienstverlening, het groepsaanbod voor specifieke doelgroepen. Wat zijn hier de financiële consequenties van? Dank u wel.

Tijmen Visser - Seyst.nu

Ik zag volgens mij ook nog mevrouw Ploeg met een hand omhoog. En nou, dan is aan u het woord.

Onbekende spreker

Ja, dank u wel, voorzitter. Wat we lastig vinden, is het begrip 'het gewone leven centraal stellen'. Nou, er staat hier op pagina 9, was het volgens mij, een prachtig stukje over geschreven. Zou zo in ons verkiezingsprogramma kunnen. Alleen, het is best een grote kentering. We hebben afgelopen jaren enorm veel, ik ik ik gezien, individualisme in de hele samenleving. En nu gaan we ineens een switch maken naar 'we moeten veel meer samen doen, moeten zorgen voor elkaar'. Hoe gaan we dit doen? Ik begrijp dat in dit stuk, hè, iemand heeft zorg nodig en dan kijken we in hun netwerk dat diegene die zorg nodig heeft meegenomen wordt daarin, begrijp ik. Maar hoe gaan we dan de omringende netwerken daarin meenemen dat ook die bereidheid er is om er voor elkaar te zijn, om voor elkaar te zorgen? En daarnaast, ik begrijp het in dit document en wat voor ons ligt, het raadsvoorstel. Maar gaan we dat verder ook integraal aanpakken in de gemeente Zeist? Ik kan me voorstellen dat dit een kentering is in ook een stukje levenshouding en hoe we kijken naar andere stukken. We zijn ook bezig, dat hoort er niet helemaal hier, maar toch wel fysiek sociaal domein. Ik kan me voorstellen dat het dan daar ook thuis hoort. Visie vluchtelingen, hè? In hoeverre gaan we dan het gewone leven centraal stellen, maar ook waar is dan de grens? Het is zo'n breed begrip. Ik zou graag een enige grens, de enige grens die ik lees in dit stuk is van de mens die het echt nodig hebben. Daar gaan we voor zijn. Dat is eigenlijk de enige grens die erin staat van het gewone leven centraal stellen. En dat vind ik een beetje summier. Daarnaast, er staat ook op pagina 11 dat de grondoorzaak wordt aangepakt door de gecontracteerden. In hoeverre is dat realistisch binnen 80 miljoen? Want het is ook een beetje een budgettaire keuze natuurlijk, dit hele voorstel. Hoe ver kun je dan ook de grondoorzaken aanpakken? En daarnaast wordt in de eerste pagina's bijvoorbeeld ook geschreven dat de toename van mentale problemen komt door corona en door social media. En welke maatregelen worden daar dan voor genomen? Het gaat mij eigenlijk een beetje om van, hé, als we de grondoorzaak niet aanpakken, dan blijven we water naar de zee dragen om die zorgbehoefte te vullen. Dank u wel.

Tijmen Visser - Seyst.nu

U wel. Meneer Van der Schild of mevrouw Zwart of nou ja. Mevrouw Zwart, aan u het woord?

Silke Zwart - GroenLinks

Ja dank u wel, voorzitter. Ik heb eigenlijk, nou ja, het stuk passeert zich natuurlijk ook best wel preventie, ook terecht denk ik, en ik heb er wel drie vragen over hoe we dat nou het beste kunnen vormgeven. Nou ja, het sociaal domein is, zij is natuurlijk best wel gestoeld op die sociale basis en daar doen we best wel veel in, maar ik ben wel benieuwd. Wat kan de gemeente nou hier nog meer in doen? En dat sluit eigenlijk aan bij mijn vervolgvraag en ook bij wat mevrouw Ploeg net al aangaf. Want dat informele netwerk is ook ontzettend belangrijk. En hoe zorgen we er nou voor dat inderdaad het informele netwerk goed wordt vormgegeven? Hoe kunnen we dat nou stimuleren? Ondersteunen? Ja, volgens mij doen we daar ook al veel in. Maar ja, wat doen we al? Wat kunnen we nog meer doen en hoe zien we dat voor ons? En als laatste, hoe zorgen we ervoor dat de mensen die zorg nodig hebben, dat wordt ook aangegeven van nou, die moeten natuurlijk altijd nog steeds zorg ontvangen, maar hoe zorgen we ervoor dat we hen ook op tijd vinden en inderdaad ook nog steeds van zorg kunnen voorzien als ze die zorg nodig hebben? Daar was ik wel benieuwd naar.

Tijmen Visser - Seyst.nu

Dank u wel, dan het woord aan meneer Van der Schild, ook van GroenLinks. Ik...

Bas van der Schild - GroenLinks

Ik heb nog ook nog één vraag. Er zijn vanuit de WMO ook bovenregionale taken die de komende jaren worden overgedragen aan gemeenten, hè? Bijvoorbeeld beschermd wonen. Nou ben ik benieuwd, is daar rekening mee gehouden in de inkoopkoers en om hoeveel gaat dat bijvoorbeeld mensen kosten enzovoort? Dank.

Tijmen Visser - Seyst.nu

U wel. Meneer Paternotte, D66. Pak even uw pasje ja dan voor de opnames wel zo prettig, dan staat ie gelijk gekoppeld aan je naam, dan kijk ik even rond of er nog andere vragenstellers zijn en mevrouw Bakker, ja, ik ben u niet vergeten. U had misschien wel een vierde of stiekem vijfde vraag, ik geef u het woord even ja. OK, ik...

Bar Bakker - VVD

Heb nog een wat meer een, misschien een gewetensvraag voor het college. Denken zij en hebben zij het gevoel dat we naar een gemeenschappelijke regeling toe aan het werken zijn voor de regio? En in hoeverre gaan we dan hiermee om? Ik zag dat de strategische koers ook langs de Raad gaat. Komt er ook dan nog hier een lokale uitwerking verder daarna? Dat is een vraag. Er wordt gezegd dat we 10% gaan inzetten op preventie en dat dat naar 25% doorgroeit. Halen wij daar wat we nu al daarin uitgeven vanaf of wordt het 10% boven op het budget wat wij nu al daaraan uitgeven binnen de gemeente? En er wordt gestreefd naar 20% minder. Waar is dat op gebaseerd, die 20% dat we daarop uit kunnen komen? En als laatste de vraag over het participatiegedeelte op pagina 10. Wordt daarmee bedoeld dat we steeds dezelfde groep gaan vragen over de jaren heen, of gaan we steeds andere mensen vragen? Dat waren mijn vragen. Dankjewel.

Ruben Pattiasina - D66

U: Mijn excuses. Ik had eigenlijk drie vragen en één daarvan is al aan bod gekomen. Dat ging over de aanname van het sociale netwerk waarnaar gerefereerd wordt, maar die is al voldoende besproken, dus ik zal het houden bij de andere twee vragen. Eén vraag is, maar dat is ook omdat ik het gewoon zelf niet weet. Dit is echt een vraag die nu gesteld wordt: is er een verandering van meer individueel naar meer collectief? En ik was benieuwd of ook het aanbod als het ware diezelfde trend aan het doormaken is. De andere vraag die ik heb is: er staat op verschillende plekken, zeker ook in het stuk van de adviesraad, dat er nog veel operationele vraagstukken zijn, dat er nog overbruggingen zijn en nog frictiekosten te verwachten zijn. En ik was benieuwd hoe dat wordt afgekaderd.

Tijmen Visser - Seyst.nu

Dank u wel, dan kijk ik nog één keer rond of ik niemand vergeten ben met vragen. En zo niet, dan kijk ik naar mijn linkerkant. Wilt u direct of wilt u even overleggen dat we een korte schorsing hebben? Wat zou u prettig vinden? Ik denk dat

Walter van Dijk - Wethouder

Dat we gewoon bijvoorbeeld direct kunnen starten, maar dan zou ik voorstellen dat ik begin met Julia op de hoogte te stellen.

Walter van Dijk - Wethouder

Volledig mee geweest of het überhaupt te laten afweten.

Tijmen Visser - Seyst.nu

Helemaal goed, dan is het woord aan wethouder Walter van Dijk.

Walter van Dijk - Wethouder

OK, dank u wel en dat gaat dan in dezelfde volgorde waarin de vragen zijn gesteld. Dus de eerste vraag ging over het cliëntonderzoek dat wordt gedaan. Dat is een onderzoek dat we wettelijk verplicht zijn te doen als gemeenteraad, dat voor iedere gemeente dus ook voor deze 5 gemeenten. Het gebeurt periodiek en vraagt nu wel meer aandacht, hè? Want we maken hier nogal een beweging mee. Dat is de intentie achter deze koers en die gaat mensen raken. Daar moeten we niet omheen lopen. Dat is een gegeven. Nog even los van het punt van mevrouw Ploeg of dit nou echt een financiële driver heeft, want dat is denk ik toch echt wel iets genuanceerder, maar daar zal ik zometeen iets over zeggen. Maar dit heeft gewoon betekenis voor mensen. Dat betekent als je dat wil, als je dat in kaart wil brengen, dan zul je dus ook bijvoorbeeld via de adviesraden, maar zeker ook via dat cliëntenonderzoek vragen ook moeten meenemen over de betekenis die het voor hen heeft als ze bewegen van analoog naar digitaal qua zorgaanbod, als ze bewegen van individueel naar collectief. Dan klinkt dat heel abstract, maar uiteindelijk heeft het gewoon heel veel betekenis voor mensen die nu iets gewend zijn en zometeen iets misschien niet meer krijgen of in een andere vorm aangeboden krijgen. Dus daar moeten we de vinger aan de pols houden. En die vragen zullen we dus zeker meenemen, maar dat onderzoek deden we altijd al. Nogmaals, dat zijn we wettelijk verplicht. Dan was er een vraag over de financiën, zijn die zichtbaar per gemeente? Ja, wat wij hier doen is met name de vraag bundelen en die vraag gebundeld in de markt zetten. Voor zover je dat de markt kunt noemen. Maar uiteindelijk contracteren we per gemeente. Uiteindelijk is er ook gewoon een financiële afrekening per gemeente. Ja, bij de RDWI bij arbeidsparticipatie, daar hebben we solidariteitsafspraken met elkaar gemaakt, dat speelt hier niet. Dus uiteindelijk is het gewoon een kwestie van waar wonen mensen, welke zorg nemen mensen af en vindt er een afrekening plaats per gemeente? Dat zit dus gewoon in onze P&C-cyclus. Oftewel, u ziet dat in de begroting en uiteindelijk ook in de jaarrekening dan weer terug. Daar verandert op zich met deze koers ook niet direct iets aan. Communicatie is ook een wettelijke plicht die we daar als gemeente hebben richting de inwoners. Maar ja, wat ik net al zei, we moeten dit niet onderschatten, dat doen we denk ik ook niet waar het gaat om de betekenis, dus daar zal veel aandacht voor nodig zijn. We moeten met name ook zorgen dat mensen die tegen knelpunten aanlopen in de praktijk dat die de gemeente in brede zin, maar met name de mensen binnen de gemeente die hen direct kunnen helpen ook echt het goede loket bieden. Korte lijnen bieden dat we snel in kaart kunnen brengen, want dat doe je niet met zo'n cliëntonderzoek. Dat duurt best wel lang en dat bereikt bovendien niet iedereen, dus het is echt wel zaak om langs andere wegen ervoor te zorgen dat mensen die vastlopen ook echt een loket hebben, wat niet wil zeggen dat ze daar dan ook altijd de zorg zullen krijgen die ze gewend waren te krijgen. Of die ze misschien niet kregen, maar die ze wel zouden willen. Daar zal echt een verandering in gaan komen. Nogmaals geen misverstand daarover, maar dat neemt niet weg dat je daar wel duidelijk in moet zijn, hè? Dus op het moment dat je een bepaalde vorm van zorg niet meer wenst aan te bieden, bijvoorbeeld omdat het aantoonbaar niet effectief is gebleken. Dat zal niet direct een financiële reden hebben. Ja, ik moet het wel helder zijn. Waarom die keuze wordt gemaakt? Dat moet idealiter ook gewoon op een heel persoonlijke manier overgebracht worden. Maar nogmaals, mensen kunnen ook in de knoop komen, mensen kunnen ten onrechte een bepaalde vormen van zorg niet meer krijgen. Dan zeker moeten de lijnen kort zijn, moet er gewoon persoonlijke aandacht zijn, dus die vormen van communicatie ook beter gezegd, gewoon een hele goede bereikbaarheid van ons als gemeente. Ja, die is cruciaal en daar zullen we zeker de aandacht voor hebben. Die hebben we nu natuurlijk op dit moment ook al wel. We hebben een groot voorveld, een grote sociale basis waar die veel mensen weten te vinden en vanuit die sociale basis is er over het algemeen een goede lijn met ons sociaal team en onze CEG voor zover nodig. En ja, de teams zelf zijn natuurlijk ook heel zichtbaar in de wijken. We hebben wijkinloopcentra. We hebben natuurlijk de zorg in de zin van huisartsen, allerlei plekken waar mensen aan de bel kunnen trekken op het moment dat ze in de knoop komen, maar juist ook als dat allemaal niet werkt, moet er ook gewoon een loket zijn waar iedereen in feite er kan geen verkeerd loket zijn. Dat geldt voor participatie is dat al eerder onderdeel geweest van de strategische kaders. Voor de RDWI, maar dat speelt in feite bij de WMO en de jeugd ook. Aan de achterkant moeten wij dan zorgen dat we het efficiënt doen, maar voor de inwoners moet dat altijd gewoon via één voorspelbaar loket georganiseerd kunnen worden. Dan neem ik ook maar gelijk de tweede serie vragen van mevrouw Bakker mee over de gemeenschappelijke regeling. Ja, daar dat hebben we dus nu niet, hè? Dus dat betekent ook dat we op dit moment wel met elkaar met die 4 andere gemeenten in zou verband veel organiseren en dat gaat ook over heel veel geld. 80 miljoen viel al, dat is ook zo. Maar uiteindelijk, ja, in formele zin ligt daar geen governance onder op dit moment, dus dat betekent dat als er bijvoorbeeld zo'n contract wordt afgesloten, straks met een aanbieder dat dat op dit moment nog steeds zou betekenen dat het college uiteindelijk een handtekening zet en dat dat dus 5 keer gebeurt. Nou, dat is niet buitengewoon efficiënt. Het is wel werkbaar op zich en het werkt ook via mandatering naar een wethouder die dan voor de regio kan doen. Maar de besluitvorming zit uiteindelijk bij de individuele colleges, dus het klopt en dat heeft thuis ook te maken met hervormingsagenda in de jeugd dat we aan het kijken zijn hoe we tot een betere governance in de zaalregio kunnen komen. We hebben natuurlijk al een gemeenschappelijke regeling met de RDWI voor participatie en daar vindt ook schooldienstverlening plaats en inburgering. Maar voor de WMO en de jeugd hebben dat nog niet. Nou, zeker voor de jeugd zijn we dus wel genoodzaakt om daar nu naar te kijken. Die wet is aangenomen nog niet hè? Hoeveel net ik denk nog net niet, hè, maar dat is dat kan ieder moment zo zijn, dus dan zijn we verplicht om dat ook te gaan doen. De insteek is zoveel nadrukkelijk om dat met Wijk bij Duurstede, Bunnik, De Bilt en Utrechtse Heuvelrug te gaan doen dus met z'n vijven. En, we zijn nu aan het verkennen welke constructies daar denkbaar zijn, welke criteria we willen hanteren en uiteindelijk zal dat dan tot een keuze leiden. Die kun je die? Dat is geen zodanig geen keuze, dat is er moeten, maar dat heeft hier niet direct iets mee te maken. Ook als dat allemaal onverhoopt niet tot wetgeving zou leiden, dan willen we dit nog steeds doen. Dit deden we ook al, maar ja, we gaan wel echt een volgende slag in en ja, eenvoudigweg. De contracten lopen ook gewoon af per 1 januari 27. En de samenwerking met elkaar bevalt ook gewoon prima. En daar waar de samenwerking te klein is, dus waar daar waar je opschaling nodig hebt, dan kan het ook. Dan wordt het bovenregionaal. En, en ook dat is allemaal in beweging. Daar kom ik zo meteen nog even op, ja, dan die 10% van die beweging en die beweging wordt ook wel zeker als er percentages noemen. Dat is natuurlijk aan de ene kant heel prettig. Ik ben er zelf ook een voorstander voor, omdat het anders abstracties zijn. Dan benoem je alleen de beweging, maar dan wordt nooit duidelijk of je die beweging ook echt hebt gerealiseerd. En uiteindelijk ja, die decentralisaties die dateren van 2015, dat is inmiddels 10 jaar geleden. En en dan zou je op een gegeven moment toch ook wel effect moeten zien, en eigenlijk is dat. Nou nog niet zo heel makkelijk te benoemen en te meten. En dat komt onder andere omdat we daar tot nu toe en ook het rijk geeft dat niet echt mee. Niet heel concreet sturen op heel concrete zaken waarvan je kunt zeggen, nou, dat kunnen we meten en dan zien we op een gegeven moment dat die beweging ontstaat of niet ontstaat. De enige manier waarop we het nu meten nou niet de enige manier, maar de meest zichtbare manier waarop het nu meten, dat zijn gewoon de financiën. En dan zie je dat nou dat dat toch wel problematisch is dat datgene wat we. Hadden beoogd met elkaar en zeker wat het rijk beoogd, hè? En nog steeds beoogd. Dit heeft ook een relatie met dat fameuze ravijnjaar. Ook recent in Den Haag zijn we bij de voorjaarsnota weer besluiten genomen die in feite dat ravijnjaar voor zover je dat zo zou moeten noemen, alleen maar twee jaar naar voren tillen, maar nog steeds wel vanuit de gedachte dat gemeente anders gaan opereren rondom jeugd en WMO. Andere keuzes gaan maken. Overigens gaat het dan wel over keuzes, zoals ook in dit voorstel naar voren komen. En ja, dat zal uiteindelijk wel moeten gebeuren. En op het moment dat je dat wil laten gebeuren, dan is het dus ook wel zoeken naar. Kengetallen naar percentages die je dan uiteindelijk kunt gebruiken om te kijken of datgene wat je beoogd ook wordt gerealiseerd. En ja, meer op mijn vinger naar de pols te houden. Want als je financieel stuurt, dan ben je altijd via de achter. Hoe zeg je dat de de spiegel in de achter in de achteruitkijkspiegel heet dat aan het kijken en dat willen we niet. We willen vooruit kijken. We hebben ook veel geïnvesteerd in data, zeker als Zeist in het sociaal domein de afgelopen jaren. Dat geeft de mogelijkheid om. Nou ja, zeg maar die vinger aan de pols te houden, maar dan helpt het ook dat je gewoon een bepaald doel hebt en en zo moeten die percentages een beetje gezien worden. Dus het is niet zo dat daar een, nou ja, bijvoorbeeld die financiële driver achter zit dat dat een een noodzakelijkheid is dat het op die manier in de begroting opnemen. Dat is het niet, maar het is wel een een beweging die we ook echt willen realiseren en waar we echt iets voor nodig hebben. Jullie als Raad denk ik ook, hè? Dat is ook een van de redenen waarom we met de detect geïnvesteerd hebben, maar ook in de sociale teams hebben denk ik ook laten zien aan de Raad hebben we op dit moment heel veel data beschikbaar waarmee ook een sociaal team of een CEG consulent kan zien. Wat er effectief gebeurd met de keuzes die zij die zij maken, dus die feedback loop, die zit daar nu echt in. Waar is het 20% minder op gebaseerd? Nou eigenlijk is dat dezelfde redenering dus niet een financiële vertaling in de zin van de gemeente heeft een begroting en die sluit niet en dan gaan we dat via de jeugd en de WMO oplossen voor zover dat beeld zou bestaan. Dat is het zeker niet, maar wel een een stellige overtuiging dat we in de jeugd en in de WMO op dit moment keuzes maken. Die voortvloeien uit het verleden uit hoe het vroeger ging. Waarbij het ook wel heel comfortabel was. We hadden natuurlijk heel veel gespaard in de richting van 2015, zodat we konden borgen dat de zorg zo goed mogelijk gecontinueerd kon worden. Destijds daarmee hebben we het een flink aantal jaren kunnen doortrekken. Ik denk een jaar of 4 5 wel misschien. En en ja zo langzamerhand na 10 jaar kun je toch echt wel zeggen, nou kunnen we eens kijken of we ook iets meer van de gebaande paden af kunnen gaan en met name bijvoorbeeld naar vormen van zorgen waarvan gewoon aantoonbaar is dat het niet effectief in de praktijk werkt. Nou daar dan ook echt te kijken. Wat zou je daar anders kunnen doen? Dat is één driver, een andere zeker niet, niet minder belangrijk is en dat sluit ook aan op een een vraag van zojuist van Van van Ruben Pathijasina kwam die vraag van, hé, zit het nou alleen naar de vraag kant of zit het ook aan de aanbod kant? Nou, we hebben veel gesprekken gevoerd met zorgaanbieders en die geven eigenlijk aan dat zij ditzelfde deze zelfde filosofie nodig hebben om een heel andere reden. En, die heeft vandaan met de arbeidsmarkt te maken. Zij hebben al jarenlang. Heel veel problemen om mensen te vinden die deze zorg kunnen verlenen, dus ook zij hebben er behoefte aan om de omvang van het aanbod af te schalen, zodat het beter past bij de mogelijkheden die de arbeidsmarkt ook biedt. Dus die twee dingen komen, toevallig kan het niet anders dan toevallig noemen wel op een goede manier nu bij elkaar samen. Het is ook vanuit de aanbodkant, met andere woorden noodzakelijk om dingen echt anders te doen dan nu en heel concreet wordt dat dan bijvoorbeeld. In, zeg maar de keuze om minder. Individueel zorgaanbod in te kopen en meer vanuit het collectief te denken en te werken. Dat ja maakt natuurlijk dat je meer mensen kunt bedienen met met een beperkt aantal personen die uiteindelijk dat zorgaanbod moeten realiseren. Participatie was ook nog een vraag. Participatie in de zin van aan wie vragen we zaken nou dat dat speelt op een aantal niveaus en dat doe ik een adviesraad. Alle gemeenten hebben dat overigens en die werken onderling overigens ook weer nauw met elkaar samen. Dat zijn over het algemeen wel mensen die daar jarenlang in zitten. Dat is maar goed ook, want het is buitengewoon complexe materie. Dus voordat je een beetje ingewerkt bent als lid van zo'n adviesraad dat duurt wel even, dus daar vinden we het ook wel van belang dat daar continuïteit in zit in in in de overige vormen van van feedback die we ophalen, proberen we juist zoveel mogelijk verschillende signalen op te halen, dus daar worden dus het is erg afhankelijk van de behoefte en idealiter vult het elkaar mooi aan. Dat was een vraag voor mevrouw Brilders die ik denk ik even doorkop naar. De de collega's hiernaast, want ik heb eerlijk gezegd het antwoord daar niet op over de DSM codering. Mevrouw Klant vroeg naar de financiële consequenties van het wijkinloophuis. Ja, die is op dit moment nog niet niet, niet zonder meer te benoemen, maar het raakt natuurlijk wel aan die percentages die ik net ook noemde. Dat is onderdeel van die beweging. We willen in feite, die beweging betekent gewoon minder formele zorg, minder ingekochte zorg en meer zorg vanuit onze eigen sociale teams. Meer zorg vanuit voor zover je zorg is eigenlijk al niet eens het goede woord, maar meer bieden vanuit de sociale basis. En daar vallen de wijkinloophuizen dan ook in en uiteindelijk moet daar beweging in ontstaan. Die die die we ook ja niet als nieuw zien. Dat is eigenlijk een beweging die al jarenlang gaande is. De versterking van de sociale basis is natuurlijk iets waar de Raad ook volop over heeft gesproken. Ook besluiten over heeft genomen. En ja, dit soort zaken passen daar uitstekend in mensen met elkaar in verbinding brengen past daarbij en daar willen we zoveel mogelijk gebruik maken van alle voorzieningen die er al zijn. Als er iets ontbreekt in dat veld, dan kan het denkbaar zijn dat je iets nieuws ontwikkelt. Maar in principe is het over het algemeen gewoon een goed idee om aan te sluiten bij de belevingswereld van mensen die iets nodig hebben. En ja, hoe dichterbij hoe bekender zoiets al is, des te beter is het over het algemeen en dan is het ook nabij. Dan mevrouw Ploeg die vroeg dat zijn wel ingewikkelde vragen van wat is nou de filosofie en is dat dan nieuw? En was het ik ik ik en gaan we nu dan helemaal door naar samen en. Weet ik niet of ik dat zo voel. Zeker het ik ik niet zeker in Zeist niet zou mijn gevoel zijn. Dan was ik veel meer. Het beeld dat wij ervoor gekozen hebben rondom de decentralisaties om aan de voorkant flink te sparen, zodat we echt konden borgen dat we de eerste jaren. Want toen was het echt nieuw jeugdzorg WMO dat als gemeente onder je hoede te nemen dat we dat op die manier goed hebben laten landen dat we daarna zijn gaan kijken. Hoe zouden we dit anders kunnen doen? Zouden we het beter kunnen doen? Nou dat we ook dat heel zorgvuldig hebben gedaan. Maar nog niet echt grote keuzes hebben gemaakt, zal nu zo langzamerhand. Ja, zie je wel dat dat het rijk daar actiever en en en en meer sturend in begint te worden. Dat ook zorgaanbieders zien dat er vanwege die arbeidsmarkt noodzaak is om daar echt andere keuzes in te maken. Nou, we zien natuurlijk ook dat we ervaring opdoen met de inkoop van zorg en sommige dingen werken goed, sommige dingen werken niet goed, hè? Een van de aspecten die ook in deze koers naar voren komt. Dat gaat over dat. Hoe zeg je dat netjes dat niet iedere aanbieder zich gedraagt zoals wij graag zouden willen zien dat een aanbieder zich gedraagt? Dus op een gegeven moment moet je ook gewoon constateren dat er in de zorg buitensporige inkomsten worden gerealiseerd en daar kun je iets van vinden. Is nog best wel ingewikkeld om daar dan op de goede manier om te sturen en nog erger er gebeurt ook gewoon iets wat wat je ronduit het fraude kunt betitelen. Hoe krijg je dat goed scherp? Hoe acteer je dan daar vervolgens op? Dat heeft alles te maken met de wijze waarop je inkoopt, de wijze waarop je uiteindelijk een contract afsluit. De waarborgen die je dan aan de voorkant en ook tijdens het contract in kunt bouwen? Nou, we zijn ook in deze inkoopkoersen beschreven. Allemaal dingen die nodig zijn. Naar de toekomst toe, maar ja, de filosofie daarachter zou ik niet zo binair van ik ik ik naar wij wij wij willen betitelen juist die sociale basis waar het net al over ging is, denk ik echt een voorbeeld van continuïteit waar het gaat om het wij de beweging zitten, denk ik meer in dat je het minder ja formeel minder aan de formele inkoop kant wil koppelen. Nogmaals vooral omdat dat niet aantoonbaar bewezen, effectief. Uitwerkt en tegelijkertijd waar het nodig is om die vorm van zorg en geen misverstand daarover. Die 80 miljoen het overgrote deel gaat natuurlijk gewoon naar. Zorg die buitengewoon nuttig is en dat dat dat zal beschikbaar blijven. Daarom gaan we dat ook opnieuw contracteren. Maar ja, we moeten wel zorgen dat het effectiever is en dat het past bij datgene wat ook nodig is. En en ja, daar proberen we dan nu nieuwe keuzes in te maken, maar dat is niet een cesuur. Niet opeens een enorme overgang van het een naar het andere. Het meer geleidelijke beweging zou mijn beeld zijn en wij ook echt. Ja voorzichtig moeten zijn, want dit zijn kwetsbare mensen, dus op het moment dat je daar te. Rigoureus keuzes zou maken, dan gaat het ook niet werken en nogmaals ook de financiële situaties niet van dien aard dat we nu gedwongen zijn in deze gemeente. Althans, en we maken die keuze voor deze gemeente. Dat dat de driver is, als dat de de de gedachte is, dat is echt niet zo. Nee, maar ik denk ook niet dat dat de gedachte is hoor. Dat hoor ik er ook niet in, maar ik denk dat we zo meevalt dat we hier echt gewend zijn om en nogmaals in de sociale basis hier dat heel erg goed om ja, met name vanuit de verbinding te werken zorgen dat mensen zoveel mogelijk in de eigen omgeving in de eigen nabijheid datgene kunnen vinden wat ze nodig hebben dat we daarin investeren. Dat de volgende stap dan sociaal team. En en CEG en dergelijke is en dat pas daarna. Ja, er wat meer formele zorg in in beeld komt in plaats van andersom, want andersom is makkelijker. Dat is iets wat je in kunt kopen. Wat er gewoon is waar je naar kunt doorverwijzen, maar makkelijker is niet altijd beter en dat is in de kern denk ik. Waar dit over gaat, waar ligt de grens? Dat is ook een mooie filosofische vraag, vind ik ook wel moeilijk te zeggen. Maar u gaf het antwoord zelf eigenlijk ook al hè? Dus de mensen die het echt nodig hebben en deze is ook zo, maar dat is tegelijkertijd heel abstract. Dus hoe definieer je dat dan? Nou, dat lijkt me een mooie om daar bijvoorbeeld over na te denken van hoe zou je dat nou aan een kengetal kunnen koppelen en? Zodat je dat ook echt kunt monitoren en daar zit dan misschien een bruggetje naar de vraag van mevrouw Bakker van ja, zou je dat bijvoorbeeld via dat via participatie via het cliëntenonderzoek concreet kunnen maken dat je het dat je het in die zin meet van hoe ervaren de mensen die uiteindelijk de zorg afnemen gebruiken? Hoe ervaren die dat? En en wat is voor hen nog acceptabel en en wat niet? Maar ik zit nou hardop te filosoferen, dus dat weet ik ook niet, maar dit is gewoon een lastige vraag. Ja, dat het heel summier is beschreven in dit document, dat is wel waar. En dat komt ook omdat het een inkoopkoers is. Het is niet een document wat wat zeg maar de waarden die daaronder zitten beschrijft dat staat gelukkig in in andere documenten. Dus dat dat is zeker herkenbaar en de financiële driver die 80 miljoen genoeg over gezegd denk ik en het aanpakken van de grondoorzaak is ook een terecht. Terechte opmerking corona is inderdaad nog steeds zeker bij jeugd. Merkbaar in de Zeister samenleving. En ja, daar is nog steeds aandacht voor nodig en daar is ook gelukkig nog steeds aandacht voor nodig. En dat zullen we ook bij de inkoop mee moeten nemen. Als er wat dat betreft specifieke zaken nodig zijn en dat ontwikkelt zich altijd. Volgend jaar kan het iets anders zijn, maar daar moeten we zicht op op op houden. Grip op krijgen en het aanbod zal daarin mee moeten bewegen. Zodat datgene wat ja in Zeist, corona met name eenzaamheid bij jongeren bijvoorbeeld. Dat is niet zomaar verdwenen. Dat is eigenlijk gewoon een generatie die daardoor geraakt is en dat lost zich ook niet zomaar vanzelf op en dat dat dat betekent iets voor het aanbod wat je uiteindelijk meeneemt in in de inkoop en daarmee in de contracten die je realiseert. Mevrouw Zwart stelde de vraag, wat kunnen we nog meer doen en sociale basis? Ja, ik denk oneindig veel. En, ik denk dat in Zeist ook wel veel ruimte is om dat te doen. Ik denk dat er ook heel veel al hebben gedaan. En het is onderdeel van die beweging, dus ik zou bijna zeggen zoveel mogelijk afschalen aan de rechterkant, dus de formele kant, de rechterkant in de zin van hoe je zou kunnen bewegen van en dan zoveel mogelijk naar het het lokale, het informele waar de sociale basis zich zeker ook bewind hoeven. Hoe vroeger je zeg maar in het proces terecht kunt komen. Ja, des te beter is het en en je kunt met andere of andersom gezegd, denk ik ook die. Ambitie die we hier hebben in deze koers om die formele zorg om die ingekochte zorg om die af te schalen. Dat die ambitie kun je alleen realiseren door te investeren in alternatieven. Wij hebben natuurlijk ook wel weten. Zo eerlijk moeten we ook zijn dat die alternatieven goedkoper zijn over het algemeen, dus daar zit ook wel een. Daar zit wel een economische driver, maar daar is niks verkeerds mee, denk ik. Uiteindelijk is dat ook wel bewezen effectiever over het algemeen en als dat niet genoeg is, nou, dan is het alternatief ook altijd. Maar de balans moet echt de andere kant op verschuiven. En daar hoort ook ja die andere vraag je over het stimuleren van informele netwerken. Die hoort daar een op een bij. Van der Schild over GroenLinks over datgene wat bovenregionaal is en dat noemde ik in het begin al even voor sommige vormen van zorg die ingekocht worden, geldt dat er zou regio te klein is. Tegelijkertijd is dat wel in beweging, zeker beschermd wonen in beweging. Dat is overigens al wel gedecentraliseerd vanuit het rijk, maar inderdaad boven regionaal dat dat verandert, dat zit nog niet in deze inkoopkoers daarvoor daar daar kloppen de tijdlijnen niet. Niet, niet niet voor dus. 1 januari 27 zijn we nog niet zover, maar het idee is wel om ook dit soort decentralisaties uiteindelijk mee te nemen in de wijze waarop we in deze zaalregio inkopen. Dus na ENOR 27 komt dat in beeld en nemen we ook beschermd wonen daarin mee. Even kijken hoor die van de heer Patriasina. Die eerste vraag had ik al benoemd en er was ook nog een vraag over frictiekosten en overbruggingskosten. Ja, die horen erbij en die hebben niet helemaal in beeld, dus daar zullen we geleidelijk aan een een beeld van van krijgen. Maar wat wij proberen te doen is een zo goed mogelijk beeld. Eigenlijk voortdurend verkrijgen van datgene wat er uiteindelijk ingekocht wordt en en en moet worden dat. Zit in onze P en C cyclus, dat gaat ook steeds beter. We hebben daar nu een jaar of 10 ervaring mee. We sturen er ook steeds meer op, met name vanuit onze sociale teams en ik zie dat ook gewoon terug. We hadden vandaag nog een update in het college op weg naar de kadernota. Dat ging over de de jaarrekening 24, maar ook over de eerste bestuursrapportage 25, maar kijk al naar de kadernota voor 26 nou, dan komen ook de cijfers vanuit het sociaal domein langs en dan. Is het beeld dat we daar ja toch echt wel in controle zijn, zeker de WMO. Is zo langzamerhand voorspelbaar. Dat is overigens inherent veel makkelijker voorspelbaar te maken dan de jeugd. Bij de jeugd is het nog steeds wel zoeken, maar ook daar zien we gewoon dat de afwijkingen ten opzichte van datgene wat we hadden begroot eigenlijk steeds kleiner worden. En dit type kosten. Ja, zeker als je zeg maar zometeen te maken hebt met eindigheid van bestaande contracten en je gaat weer naar nieuwe contract toe, dan zijn er deels ook andere aanbieders en daar zitten dan frictiekosten overbruggingskosten. Bij en die daar zullen een inschatting van maken, die worden meegenomen in de begroting. En ja, via bestuursrapportages. Melden we dan de afwijkingen dus zo gaat dat in de reguliere P en C cyclus dan? Nee, zo zijn we het gewend en nogmaals. We komen steeds dichterbij de conclusie waar ik in ieder geval heel graag naartoe zou willen. Dat is dat we in het hele sociaal domein in controle zijn en dat voor participatie en WMO zijn een heel eind. En voor de jeugd gaan we daar op enig moment zeker ook komen.

Tijmen Visser - Seyst.nu

Ja, u had er één vraag doorgestuurd, de vraag van mevrouw Breddels. Dank.

Onbekende spreker

Sorry. Even zien, want het ging over de DSM hè? En uw vraag, wat is daar nou mee aan de hand? Het is niet zo dat wij wars zijn van DSM en ik denk zeker niet. We vinden het zelfs heel belangrijk als iemand een heel duidelijk beeld heeft en daar heel veel moeite mee heeft in het dagelijks leven dat we goed en gedegen onderzoek doen en vervolgens behandeling, maar wat we eigenlijk ook wel de laatste jaren hebben gezien is dat met name kinderen en pubers, jeugdigen, die werden al vrij snel via zorgaanbieders in zorg gezet en dan klinkt dat een beetje onaardig, maar dat bedoel ik niet, maar tegenwoordig hebben we ook veel meer data en ook onderzoek die gaat over oké, maar als je dus nou ouders het netwerk betrekt, bijvoorbeeld als een peuterpuber druk en dwars gedrag geeft. Of bijvoorbeeld als ouders zeggen, ja, dit kind is toch heel erg prikkelgevoelig, dus als je gaat vanuit de andere kant dus meer naar het hele gezin kijkt en kijk dan, hé, hoe kunnen we dat begeleiden? En is dat handig individueel of moet dat in de groep en waar leren ouders het best van? Dan heb je niet in eerste instantie een diagnose nodig en daar willen we eigenlijk. Dat staat eigenlijk een beetje. Het is een beetje de vertaling van de achtergrond van het verhaal over de DSM, dus daar willen we graag minder diagnoses. Maar als er een diagnose nodig is en er moet een verwijzing naar jeugd en kinder- en jeugdpsychiatrie komen, dan zullen we dat ook gaan doen.

Tijmen Visser - Seyst.nu

Ik zie een vervolgvraag bij mevrouw Bredius. Nou ja, dan mag het knopje even uitgezet worden aan uw kant.

Wilma Breddels - PvdA

Ik heb geen vervolgvraag, ik ben helemaal gerustgesteld. Ik was alleen bang dat het helemaal de prullenbak in ging en we hoeven inderdaad niet zo heel snel naar allerlei vreselijk zware maatregelen te grijpen. Maar als er echt wat aan de hand is, moeten we het ook wel weten. Want anders schiet het ook niet op, denk ik. Ik heb overigens wel een vervolgvraag, maar dat is misschien voor de tweede ronde.

Tijmen Visser - Seyst.nu

Nou ja, dan zou ik zeggen, stel gelijk uw vraag en dan is het gelijk daarna ook de uitnodiging aan de rest. Weet je, als u nog vragen heeft, kijk, mevrouw Bakker, die had van mij wat extra gekregen, maar misschien heeft een ander ook nog wel wat vragen. Ik zie mevrouw Kant, meneer Patricini, mevrouw Ploeg ook nog beginnen met mevrouw Bred. Dank u.

Wilma Breddels - PvdA

U wel. Er zijn natuurlijk verwijzers, zoals de sociale teams en de gecertificeerde instellingen en daar kan je denk ik wel afspraken mee maken over de hulp die wordt geboden of dat individueel of in groepsverband is. Maar er zijn ook de huisartsen en de specialisten. Hoe ga je bewerkstelligen dat zij? Nou ja, hoe ga je daar afspraken mee maken? Want ik, ik heb altijd uit het verleden wel begrepen dat dat nou juist de verwijzers waren. Maar individuele trajecten die dus ook heel duur zijn. Hoe hoe hoe? Hoe kun je daar vat op krijgen? Kan daar direct

Onbekende spreker

Dat, nou ja, wat je al zegt, hè? Dat is soms heel erg lastig. En toch denken wij dat door heel erg duidelijk bekend te maken wat het collectieve aanbod is en wat preferent is op individueel niveau, we daar in die communicatieslag nog heel veel kunnen winnen. En dat zeggen huisartsen zelf ook. Kijk, als je eenmaal een pad loopt, dan loop je ook. Soms hebben huisartsen het heel erg druk of hebben de GI's goede ervaringen met bepaalde partijen, maar als je even durft achterover te leunen en kijkt wat hier nou het meest geschikt is, dan kunnen wij de huisartsen en de GI ook nog heel erg helpen bij het maken van keuzes daarin. Dus dat is eigenlijk wat we meer moeten gaan doen en dat verwijst een beetje naar dat communicatieplan dat we heel goed op orde moeten hebben. Wat zit er in de sociale basis? Wat hebben wij zelf aangeroepen en wat zit er ook in het aanbod van aanbieders? Dus dat vraagt straks in 2027, maar eigenlijk al een heel stuk daarvoor, veel aandacht. Ja. Ja, dank.

Esther Kant - CDA

U wel, voorzitter, ik wil toch heel even terugkomen op de beantwoording van de wethouder. De wethouder gaf aan dat er op dit moment voldoende inloophuizen en ontmoetingsplekken zijn, maar dat er misschien toch nog wel wat aanpassingen moeten komen. Dus daar zitten dan toch ook financiële consequenties aan vast. Kunnen wij eventueel nog extra financiële onvoorzieningen in dit hele proces verwachten? Gaan we hiervoor geld reserveren? Zo ja, hoeveel? Ik wil eigenlijk gewoon concreet weten: we hebben de ontmoetingsplekken, we hebben de inloophuizen, maar zijn ze allemaal voldoende voorzien en wat is hier eventueel nog nodig? Want de gemeente moet hier zelf opdraaien. Dat valt niet in die inkoopkoers. Dus ja, het is voor ons wel handig om te weten hoeveel geld we daarvoor nodig hebben.

Tijmen Visser - Seyst.nu

Dat is helder, denk ik, meneer Van Dijk.

Walter van Dijk - Wethouder

Ja, nee, dat heeft te maken met die beweging die ook in percentages is geconcretiseerd in het document. Nou geldt dat voor hè? Deze enkel koers wordt in identieke vorm aan 5 colleges voorgelegd. Die 5 colleges hebben de afgelopen jaren allemaal eigen keuzes gemaakt. Ik denk dat we hier gevoeglijk kunnen zeggen dat Zeist bovengemiddeld ten opzichte van die andere gemeenten al heeft geïnvesteerd, zowel in de sociale basis, alsook in de kracht van de sociale teams die we hier in Zeist hebben. Dus in die zin hebben wij goed geanticipeerd, zou ik zeggen, op de keuzes zoals ze hier in dit document worden voorgelegd. Maar desalniettemin, en dat zou ook wel onderdeel zijn van de afspraken die we met het rijk hebben gemaakt over de hervormingsagenda jeugd, om die beweging ook echt te maken en dat zo concreet mogelijk te doen, daar zijn we nog niet waar we moeten zijn. Nogmaals, als je aan de formele aan de inkoopkant gaat afschalen, dan zul je een alternatief beschikbaar moeten hebben in situaties die daarom vragen. Dus daar moeten wij ook echt zorgen dat onze sociale teams een slag maken die al voor een flink deel gerealiseerd is, maar die zeker nog niet klaar is. Hetzelfde geldt voor de sociale basis, dus met name tot 1 januari 2027, wanneer de nieuwe contracten ingaan. En dat is niet toevallig dezelfde datum waar ook de hervormingsagenda jeugd op stuurt. Dan zullen we echt nog fors moeten investeren in met name die twee onderdelen van het zorglandschap in Zeist. En dat doen we ook volop. Zo staat het ook in de begroting. En om dat heel concreet te maken, als het gaat om wijkinloophuizen, werkservicepunten, geef het een naam, dan hebben we dat afgelopen jaar natuurlijk al fors gedaan. Op veel plekken zijn dat soort voorzieningen aanwezig in Zeist West, Kerckebosch bijvoorbeeld, maar ook in Vollenhove en op andere plekken. Maar er zijn ook plekken waarvan je echt wel kunt zeggen dat daar iets nodig is. En dan is de vraag, wat zijn dan die plekken? Dat wil je dan ook niet random doen. Dan wil je eigenlijk zo goed mogelijk weten waar zich bepaalde problematiek concentreert, bijvoorbeeld eenzaamheid. Maar er zijn veel meer indicatoren die je daarvoor zou willen gebruiken. Nou, die indicatoren hebben we ook voor een deel opgenomen in die fictie en in de data die we binnen sociale teams gebruiken is nog veel meer informatie beschikbaar, waardoor we echt wel weten in welke wijken een impuls nodig is. En dat maakt dan vervolgens weer dat we hebben gezegd dat we in het centrum van Zeist rondom de markt daar echt wel een voorziening nodig hebben die er nu beperkt is. Ik kom toevallig net uit het dorpshart voor de vrijheidsmaaltijd, ook onderdeel van de sociale basis. Maar ja, zo'n soort voorziening is op dit moment nu wel heel mager ingevuld. Het is heel erg klein. We zaten aan de 30 mensen en dan zit het hartstikke vol en daarnaast heb je dan nog de bieb en dat is ook een huiskamer en ook prima. Maar ja, je hebt echt meer nodig. En die ambitie is er ook. Dat komt ook in de kadernota weer naar voren. Straks hetzelfde geldt voor Den Dolder, ook een onderwerp waar deze collegeperiode hopelijk een stap in kan worden gezet. Daar loopt een haalbaarheidsonderzoek, zoals u waarschijnlijk weet, om te kijken of we ook daar tot een, daar noemen we het dan een dorpshuis, kunnen komen. En ook daar denk ik op basis van die data dat dat echt wel nodig is. Nu al, maar naar de toekomst zeker. Dat heeft ook alles te maken met maatschappelijke trends, zoals vergrijzing die ook niet aan Zeist en zeker niet aan onze dorpen voorbijgaat. Je moet ook uit kunnen leggen waarom men in Austerlitz wel en in Den Dolder niet. Dat is ook een beetje ongerijmd. Maar goed, niet random, echt gebaseerd op data dat soort keuzes maken. Maar de beweging van rechts naar links, van formeel naar informeel, van regionaal naar lokaal, al die bewegingen zijn uiteindelijk dezelfde beweging die daar naadloos in past. Dus daar zullen we weer blijven investeren. En om dat een beetje concreet te maken, hebben we dat dus ook aan percentages gekoppeld. En op die weg kunnen we ook aan de Raad zichtbaar maken of we dat inderdaad ook realiseren. En overigens niet alleen aan de Raad. Het helpt ons ook om dat in de regio op die manier met elkaar af te spreken, want voor sommige dingen geldt toch ook dat je met elkaar die beweging moet maken. En dan zullen dus ook de andere gemeenten diezelfde keuzes moeten maken. Ook zij zullen moeten investeren in hun sociale basis en in hun sociale teams om dit te kunnen laten werken. Want uiteindelijk bundelen we de vraag en sluiten we één contract af. Weliswaar zetten we daar 5 handtekeningen onder binnen de huidige governance, maar die beweging moeten we wel met elkaar realiseren. Dat betekent dus ook dat je aan de voorkant uiteindelijk wel dezelfde keuzes moet maken en dat wordt echt heel ingewikkeld. Daar hoeven we ook niet slimmer over te doen. Als 5 gemeenten staan we er niet allemaal gelijk voor waar het gaat om de keuzes die we tot nu toe hebben gemaakt. Dus hoeveel heb je al geïnvesteerd in de zaken waarin je zou moeten investeren en met name hoeveel ruimte heb je de komende jaren, met name tot 1 januari 2027, om dat alsnog te doen? Ja, dat houdt niet over. Dat heeft te maken met keuzes die het rijk maakt die hier één op één mee te maken hebben. Want het rijk stuurt hierop. Dat is ook de reden waarom gemeenten nu wel wat extra lucht hebben gekregen, waarom de VNG ook niet naar de rechter is gegaan. Maar in feite is dat een opschuiving van dat fameuze ravijnjaar met twee jaar, waarbij het rijk aangeeft: gemeenten, gebruik die twee jaar nu om alsnog de keuzes te maken waarvan het rijk al jaren vindt dat gemeentes die zouden moeten maken. In feite dezelfde keuzes die in 2015 al beoogd waren en waarmee Zeist al een tijdje mee bezig is en die ook heel nadrukkelijk de kern vormen van dit raadsvoorstel.

Tijmen Visser - Seyst.nu

Dank u wel. Ik zag nog een vraag bij de heer Patriarca. Ga uw gang. Ja, op

Ruben Pattiasina - D66

Op zich heel positief om te horen dat er dus waarschijnlijk ook in de toekomst meer ruimte is voor de jeugdontmoetingsplekken waar we dan in die bezoeken die we aan wijken brengen bijna altijd wel vragen, dus dat vind ik positief. Ik wilde nog even doorgaan op de vraag die ik stelde over de kosten voor met name de transitie die we ingaan. Want het antwoord dat ik kreeg was goed hoor, dus daar zit het probleem niet. Maar het antwoord had ook wel een beetje in zich go with the flow en we doen het in de normale begrotingscyclus. En ik wilde eigenlijk gewoon vragen van, waar wil de wethouder op gecontroleerd worden? Dus hoe kunnen we dat iets harder maken? Waar wil de wethouder dat wij als Raad op letten als het gaat over die transitiekosten, die overbruggingskosten, die frictiekosten? Komen die binnen het budget? Worden die erop geplust of komt het al in de vraag die wordt gesteld aan de nieuwe zorgaanbieder om dat mee te nemen of zijn dat altijd additieve kosten?

Walter van Dijk - Wethouder

Ja, ik denk in de kern is het wel die PSC-cyclus, hè? Dus wat ik zojuist ook al aangaf, dat is, denk ik, de beste manier om de Raad ook in positie te brengen, want dan maken wij een zo goed mogelijke inschatting van de kosten, zowel voor de zorg die we inkopen als ook in dit geval kosten die je maakt omdat je nou eenmaal overgaat van systeem A naar systeem B. We hebben zometeen andere aanbieders, we kopen andere zaken in, dus dat maakt dat je ook een zekere overlap hebt en dat zijn dan die frictiekosten. En vervolgens, nou ja, hebben we dan via de PSC-cyclus met bestuursrapportages de mogelijkheid om te laten zien of er afwijkingen zijn, hoe groot die dan zijn, wat de verklaring daarvoor is en aan de hand daarvan kan de Raad dan uitspreken of dat wel of niet acceptabel is. Dus dat is in de kern wel hoe we het denk ik zouden moeten doen. Maar ik kan me wel voorstellen dat het dit jaar of dit jaar, maar dat het in de aanloop naar zeg maar het jaar waarin die contracten overgaan dus naar 2027 bijzondere aandacht vraagt hoe je dit exact gaat doen. En dan geldt dat dit is een inkoopkoers. Dus stap één eigenlijk hè? Hierna krijgen we een inkoopstrategie. Dat gaat wat meer over de vraag, wat kopen we nou exact in? Hoe gaan we dat doen? En dan wordt ook duidelijker wat de impact is van die transitie en daarmee denk ik ook hoe groot die overlap is tussen systemen, zeg maar tussen het oude systeem en het nieuwe systeem, en daarmee ook hoe hoog die frictiekosten zijn en aan de hand daarvan kun je dan op een gegeven moment ook steeds beter dat koppelen aan een bedrag in euro's. Dus ik denk dat het voor dit moment nog een beetje vroeg is om daar concreter over te spreken dan wat ik nu doe, maar ik denk wel dat we daar gaan zoeken om dit zo goed mogelijk en zo concreet mogelijk te begroten en te onderbouwen. En overigens zal het ook zeker onze ambitie zijn om deze kosten überhaupt zo laag mogelijk te laten zijn, hè? Dus op het moment dat we nu constateren dat we bepaalde vormen van zorg inkopen waarvan gewoon blijkt dat dat niet effectief is of dat ze niet in lijn zijn met de principes waar we in deze koers voor kiezen? Ja, dan houdt het op een gegeven moment op en is er echt iets heel anders nodig en dan ontstaat die frictie, zeg maar. Maar in veel andere gevallen, zeker aan de WMO-kant bijvoorbeeld, kan ik mij voorstellen dat het helemaal niet zo heel anders is. Ik denk dat heel veel aanbieders waar wij nu mee te maken hebben, daar geldt ook voor, laat ook dat gezegd zijn dat we daar gewoon buitengewoon tevreden over zijn, bijvoorbeeld omdat de afnemers van die zorg daar buitengewoon tevreden over zijn. En dat meten we, dat weten we, en dan is er ook weinig reden om daar anders te doen. Dus als aanbieders, en die zijn er nogmaals, zich ook gedragen conform de principes waar het hier om gaat. Ik zei zojuist iets over aanbieders die zich niet gedragen zoals wij dat zouden willen, laat duidelijk zijn. Dat zijn de uitzonderingen, hè? Over het algemeen zijn wij heel tevreden over de aanbieders waar we mee te maken hebben, dus in veel gevallen kunnen we denk ik die frictiekosten ook voorkomen als aanbieders die op dit moment gecontracteerd zijn met aanbod komen ook in een nieuwe situatie wat in lijn is met datgene wat we zoeken. Nou, dan zijn die frictiekosten in feite ook helemaal niet. Dank u.

Tijmen Visser - Seyst.nu

U wel, dan zag ik handen bij ChristenUnie en SGP. Meneer Van der Linden, u gaat het doen. Graag uw gang.

Wilma Breddels - PvdA

Ja, ik heb een vraag over het advies van de adviesraad. Er komt een aantal keer het perspectief van de cliënt naar voren. En één van de punten is ook de evaluatie waaruit blijkt dat het perspectief van de cliënt minder is meegenomen. Ik hoor u net zeggen van nou, we meten regelmatig wat de cliënt van de zorg vindt. Ik was even benieuwd naar ja, wat weet u daar concreet van? Wat weet u van de mening van de cliënt over de aangeboden zorg en hoe denkt u dat de komende periode te kunnen monitoren?

Walter van Dijk - Wethouder

Ja, nou ja, ik zou zeggen altijd te weinig, zeg maar, want we hebben gewoon veel mensen die in Zeist behoefte hebben aan vormen van zorg. En dan zou je dus eigenlijk altijd willen weten in hoeverre de aangeboden zorg aansluit bij datgene wat iemand nodig heeft. Tegelijkertijd ja, zo simpel is het helaas niet, want datgene wat iemand wil, kan wel eens afwijken van datgene wat de gemeente wil of wat zeg maar een consulent goed acht. Laat ik het zo formuleren, dat is misschien beter. Daar zit inherent soms een spanning tussen. Maar op het moment dat er vanuit de gemeente een bepaalde vorm van zorg wordt aangeboden, dan geldt eigenlijk altijd dat je wil weten hoe dat wordt ervaren. En dat meten we op allerlei manieren. Dus de meest abstracte vorm is misschien wel de adviesraad. En dan wordt het steeds concreter, omdat we ook mensen zelf benaderen, maar ook omdat er contact natuurlijk is tussen de zorgaanbieder en de cliënt die zorg afneemt. Vanuit de regio is er ICN, dat staat voor inkoop en contractmanagement. Dat zijn mensen die bijvoorbeeld accountgesprekken voeren periodiek met zeker met alle grotere aanbieders, dus daar wordt één op één voortdurend de vinger aan de pols gehouden van hoe wordt de zorg gewaardeerd? Wat moet aangepast worden in het aanbod en zo zijn er steeds manieren om te kalibreren om te kijken van hoe zou je het anders kunnen doen? Maar je zou dat eigenlijk individueel bijna willen kunnen bepalen en zeker in situaties waarin het misgaat. En het gaat gewoon in met de aantallen waar we het hier over hebben en het feit dat die aanbieders vaak ook op enige afstand van de gemeente staan, gaat het ook regelmatig mis. Laten we daar gewoon van uitgaan en dan wil je dus inderdaad dat dat veel belangrijker is ervoor zorgen. Wil je borgen dat waar die situatie speelt, dat je dat dan ook zo snel mogelijk signaleert en kunt acteren, zodat de zorg alsnog gaat aansluiten. Want zorg die niet effectief is of die niet aansluit op datgene wat nodig is en die tegelijkertijd buitengewoon kostbaar is, ja, daarmee gaat tijd verloren dat we zo snel mogelijk achterhalen en vandaar dat ik zei, zou dit? Je zou hier zodanig in willen investeren dat je dat echt op individueel niveau zichtbaar hebt, maar dat zou te kostbaar zijn, dus daar is het voortdurend zoeken naar de goede balans. En ik denk niet dat we die gevonden hebben. Ik denk dat we daar echt wel nog een slag met elkaar te maken hebben. We hebben een wettelijke taak, dat is de bodem. Daar geven we vanzelfsprekend invulling aan. Nou over inkoop daarvoor geldt dat we zeker weten, kom ik straks al aan dat we nu echt wel een ander pad in staan. Wat hier en daar pijn gaat doen. Nou, dat betekent dat je daar dan ook een aantal vragen een aantal zaken mee kunt nemen, zodat je de vinger goed aan de pols kunt hebben. Maar ja, dat is allemaal niet genoeg, dus we zullen echt moeten kijken hoe we dit beter kunnen doen. Het goede nieuws is, denk ik wel dat als je die beweging hebt van formele zorg in gekochte zorg naar zorg in nabijheid dat de kans groter is dat je het sneller signaleert als er iets aan de hand is. Anders ben je afhankelijk van een aanbieder of een cliënt die zelf aan de bel trekt. Weet je wel, als iemand gewoon zelf in contact is met mensen in de sociale basis met mensen binnen de sociale teams? Nou ja, dan weten ze ons sneller te vinden en andersom zien wij dan nog sneller dat er ergens een knooppunt zit en dan kun je daar ook op acteren. Dus daar zit het perspectief, denk ik.

Tijmen Visser - Seyst.nu

Dank u wel mevrouw Ploeg, u had ook nog een vraag.

Onbekende spreker

Ja, dank u wel, voorzitter. Ja, ik zit toch een beetje te kauwen op mijn antwoord over het gewone leven centraal stellen. U noemt het een beetje filosofisch en aan de ene kant zegt u ook van: eigenlijk doen we het al voor een groot deel, hè? We gaan het beter benutten en wat andere kanten wat scherper maken. Maar aan de andere kant lees ik hier toch echt wel dat het ook een heel omslagpunt is, dat we echt anders gaan kijken naar de zorgvraag en naar de invulling van de bediening, hoe we mensen hun zorg geven. Daarom had ik ook de vraag: hoe integraal gaan we het aanpakken? Daar had ik eigenlijk geen antwoord op gekregen. Want ik heb de indruk dat als we het dus hier als doel stellen, hè, wat willen we bereiken? Er staat echt het gewone leven centraal stellen. Het lijkt mij zo beknopt als het alleen binnen dit raadsvoorstel zonder grote kentering loslaten in mijn beleving, omdat het ook eenzaamheid raakt. Het raakt de echtscheiding, het raakt heel veel dingen in het sociaal domein. Het zou heel mooi zijn als het gewoon breed gedragen wordt binnen het hele sociaal domein. En daarnaast nog een vraag: welke looptijd heeft deze koers?

Tijmen Visser - Seyst.nu

Ja, de looptijd inderdaad. Hij is goed gehoord, denk ik, meneer Van Dijk. Ja.

Walter van Dijk - Wethouder

Dat zijn maar twee heel verschillende vragen. Ja, het gewone leven, dat is natuurlijk wel een beetje een filosofisch begrip denk ik, maar toch, dit is een inkoopkoers hè? Dus in die zin ja, echt heel erg getrechterd. Hierna komt de inkoopstrategie en daarna komen de contracten en daarna de accountgesprekken en daar heb je een proces voor nodig en tegelijkertijd omdat het een beweging is die we willen maken, besteden we daar wel meer woorden aan, dus wat we precies willen doen. Maar de onderliggende waarden zeg maar, zitten hier niet in. Dus hij heeft helemaal gelijk in dat dat mist. Dat mist overigens gelukkig niet in de breedte, want er wordt gewerkt aan een visie op het sociaal domein. Die is ook grotendeels af. Ik weet niet wanneer die naar de Raad gaat eigenlijk, maar binnenkort laten we zeggen voor de zomer toch en anders net daarna, maar in ieder geval dat is eigenlijk de onderlegger op het niveau van waarden. Of zeg maar datgene wat overkoepelend aan datgene wat we hier doen, de waarom-vraag. Dit zit vooral in het wat en in het hoe, maar waarom zit veel meer in dat document. En dat komt gelukkig ook wel naar de Raad toe. Dus voor zover dat deel ontbreekt. Dus wat bedoelen we met het gewone leven? Wat bedoelen we precies met die beweging en waar zit ook, zeg maar, de bodem hè? De vraag die u eerder stelde, die wordt meer daarin beantwoord dan in dit document. Dit heeft meer ja, heel, heel, heel praktisch. De aanleiding dat we te maken hebben met contracten die eindigen dat we zien dat we echt wel op een aantal punten of om een aantal redenen beter gezegd een andere koers in moeten slaan. En nogmaals een deel van het aanbod is aantoonbaar niet effectief. Eén op de zeven jongeren ontvangt jeugdzorg. We hebben te maken met een arbeidsmarkt die zodanig is dat aanbieders echt willen veranderen, moeten veranderen. Heel veel aanleidingen die maken dat we en overigens ook gewoon dat we ervan overtuigd zijn dat die nabijheid werkt, dat dat gewone leven werkt. Dat investeren in de sociale basis werkt, dat goede sociale teams die niet alleen doorverwijzen, niet dat ze dat in het verleden deden, maar die vaker ook gewoon zelf onderdeel van de oplossing kunnen zijn. Doordat ze zaken kunnen aanbieden die niet, zeg maar, door een externe formele aanbieder aangeboden worden, maar die gewoon vanuit het sociaal team zelf kunnen worden aangeboden. Ja, dat is allemaal beter. Tenzij de situatie om iets anders vraagt, want nogmaals in sommige situaties hebben we ook gewoon te maken met problematiek die in de sociale basis echt niet van een oplossing voorzien kan worden en die ook niet altijd door een sociaal team opgelost kan worden. Zo simpel is het ook. Maar de vraag is wel van waar ligt je startpunt? Dus dat punt of die behoefte, zeg maar, die hebben wij zelf ook van. Wat zijn nou de onderliggende waarden? Waarom willen we deze beweging met elkaar realiseren? Maar ook al wat is de ondergrens hè? Wat bedoelen we nou met bepaalde woorden en tot hoe ver willen we gaan? En daar ook vervolgens het goede gesprek over voeren met de Raad. Ja, daar trouwens. Daar waren de meeste van jullie denk ik ook bij nog niet zo heel lang geleden, is een week of drie geleden. Dat ging over die sociale visie. Dat was in het hoofdkwartier die sessie. Ik weet niet of jullie daar allemaal waren, maar een aantal van jullie waren daar zeker en dat was nog wat abstract. Het was een beetje zoeken, dat was een beetje ophalen en met elkaar filosoferen toch ook wel denk ik, maar uiteindelijk wordt dat heel concreet en is het bijna af, dus ik denk dat het goed is om dat gesprek ook met elkaar te voeren en natuurlijk idealiter is dat qua verantwoordelijkheid andersom, maar nogmaals hebben we hier te maken met aflopende contracten en ja, dat vereist zeker ook omdat we dit met een aantal andere gemeenten samen doen en omdat we het Europees moeten aanbesteden en omdat we niet zomaar contracten willen verlengen en niet zomaar recht zo die gaat willen gaan maar echt even stil willen staan bij de vraag, wat willen we anders? Ja, is de volgordelijkheid anders en snap ik helemaal de vragen die u stelt. En de termijn, ik dacht vier plus twee.

Walter van Dijk - Wethouder

Nee, maar aan de contracten die uiteindelijk worden afgesloten, dat zijn 4 en 2 toch? Ja dus dat is 4 jaar. Als dat de vraag was. Dus 1 januari 27 eindigen de huidige contracten en dan heb je dus alles aanbesteed, waardoor nieuwe contracten ontstaan en tenzij ik me vergis is dat voor 4 jaar met de mogelijkheid om dat nog voor twee jaar te verlengen. Mevrouw Ploeg.

Onbekende spreker

Koers is, dan loopt daar gelijk op of zeggen we, het is een lange termijn koers die voor beide contracten geldt.

Walter van Dijk - Wethouder

Nee, deze koers is in principe niet van een houdbaarheidsdatum voorzien, dus dezelfde onderlegger voor die contracten, hè? Dus het is echt een trechter. Hierna komt de strategie. Die is dan weer de basis voor de aanbesteding en die aanbesteding is weer de basis voor de contracten. Maar als het goed is zou deze koers een behoorlijk tijdje mee moeten kunnen, maar die is bewust niet van een einddatum voorzien. De contracten dus wel, dat moet. Je kunt niet aanbesteden met open contracten.

Tijmen Visser - Seyst.nu

Dank u wel. Ik zie nog een hand bij de heer Van den Bosch van de VVD.

Berend van den Bosch - VVD

Ben ik Berend van den Bosch, VVD. Dank, voorzitter. De wethouder triggert mij een klein beetje over data en over de inkoopkoers en de documentatie die we al hebben gehad en die we gaan krijgen. Om dan te beginnen met het laatste: complimenten vanuit ons over hoe het ingezet is. Alleen zou het mooi zijn als we daar iets meer overzicht over hebben waar we zitten in dat proces. Want ik kan me zo voorstellen dat je halverwege het proces een keer kwijt bent waar je zit, zoals u nu net aangeeft. Het is een trechter, we gaan zometeen een strategie, dan gaan we richting een aanbesteding om dat nog eens een keer visueel weer te geven. Wat hebben we gedaan? Daarom doen we dat. En wat komt hierna om dat inzichtelijk te hebben? Dus dat wil ik de wethouder vragen. Mijn tweede vraag gaat over de data. Ik lees dat er een partij is aanbesteed om data in te kopen, regionaal. Heel benieuwd of deze partij onafhankelijk is en niet onderdeel is van één van de leveranciers en waar de data dan vandaan komt. Komt dat van gemeentes of juist van leveranciers? En daarna zie ik een heel mooi stuk over dat we meer datagedreven zouden moeten werken. En dat roept bij mij de vraag op: op welke cijfers gaan we zometeen toetsen? Doen we dat op basis van cijfers van de gecontracteerde partij of hebben we inmiddels al genoeg cijfers van onszelf om op basis daarvan aan te besteden? En de vervolgvraag daarop is: als we zometeen terugkijken naar cijfers, wat voor cijfers dat dan ook mogen zijn, kijken we dan naar regionale cijfers of naar Zeister cijfers? En ik denk dat dat van groot belang is omdat wij zo anders zijn of al verder in de wedstrijd zijn dan onze regio. Dank u.

Tijmen Visser - Seyst.nu

Meneer Van den Bosch, VVD, meneer Van Dijk.

Walter van Dijk - Wethouder

Ja voorzitter, ik wil 17 vragen. Nou ja, ik zal een poging doen. Het is wel goed hoor dat dat dat zeg, maar de zorg wordt benoemd van: "Waar komen de data vandaan?" En eigenlijk is dat niet zo makkelijk te beantwoorden omdat je tal van partijen hebt, hè? Van de sociale basis, maar daar komen de data niet per se vandaan. Maar het sociaal team natuurlijk wel en CJG ook, die voeren allerlei zaken in. Dat heet Zorgnet. Daarin is dat zichtbaar. Dat geldt voor aanbieders ook, dus als we het hebben over tooling die gebruikt wordt, dan maken die onderliggend gebruik van data waarvan we echt wel kunnen aannemen dat die klopt. Dus dat is ook wel fijn. Zo is dat gestandaardiseerd. Dat geldt dus ook voor de andere gemeenten. Daarmee kun je heel goed sturen. Daar zijn ook allerlei afspraken over gemaakt. Je hebt ook standaarden nodig hoe je dat doet, want als de ene gemeente dat anders doet dan de andere gemeente of zorgaanbieder A dat op een andere manier doet dan zorgaanbieder B, dan zou het heel lastig worden om data onderling te vergelijken. Dus voeren we wel data in, maar leveren niet de tooling. Dat is echt een andere partij die dat doet. Dat doen we in de regio overigens nog niet helemaal in harmonie met elkaar, dus iedere gemeente is daarin nog een beetje aan het zoeken. Ik denk dat we wel kunnen zeggen dat we in Zeist daarin voorop lopen. Dat heeft de Raad onder andere gezien met die factsheets, maar ik denk dat hier ook wel eens is getoond, weet niet zeker. Wat wij in de sociale teams zelf gebruiken aan data, ik vind dat altijd heel mooi om te zien, want ik heb wel eens de zorg dat wij dan proberen om ons geloof, mijn geloof in het gebruik van data over te brengen dat mensen dat dan maar gewoon doen, maar dat is helemaal niet zo. Het is echt, ik merk dat er in de sociale teams heel veel enthousiasme is voor de investeringen, althans datgene wat die investeringen hebben opgeleverd in de praktijk. Dat zou ook echt zelf iets aan hebben dat er een soort van feedbackmechanisme in zit dat als er keuzes worden gemaakt dan wil je ook kijken of dat effectief werkt en dat is bij hen wat anders, denk ik qua drive dan waar het bij mij vandaan komt. Bij hen gaat het gewoon om de beste zorg leveren voor de cliënten waar zij mee te maken hebben. Ja, en dat wil je uiteindelijk ook gewoon kunnen meten en kunnen vergelijken over de teams heen bijvoorbeeld. En dat gebeurt ook volop. We zitten daar nog wel, er zijn pas een paar jaar mee bezig. Maar ja, ze zijn wel heel tevreden met hoe dat gaat. Dus daar zit het voor een doel. In de regio maakt men gebruik van een andere tool. Daar maken wij overigens ook gebruik van, zodat we wel die vergelijkbaarheid over gemeentes hebben. Maar dan gaat het met name over de formeel over de ingekochte zorg. Als het gaat om datgene wat we lokaal doen, dan maken we daar nu nog verschillende keuzes in en daar valt echt nog wel een wereld te winnen. Dus in de sociale teams binnen de gemeente Zeist worden wat dat betreft qua datagebruik andere keuzes gemaakt dan in andere gemeentes en dat is uitlegbaar vanuit het verleden, maar niet uitlegbaar vanuit de toekomst, dus daar valt echt nog wel wat te doen. Daar lopen wij gewoon voorop, zullen andere gemeentes nog stappen moeten maken, daar zijn ze ook gewoon autonoom in. Soms zijn teams ook gewoon heel anders georganiseerd, is ook niet een probleem per se, maar wel een gegeven dat in iedere gemeente dat echt anders is georganiseerd. Wij hebben natuurlijk de keuze gemaakt om dit jaar de sociale teams, die zaten bij drie externe werkgevers, zou je kunnen zeggen, naar binnen te halen. Nou, dat is pas net de situatie. Dat is een situatie die bij andere gemeenten al langer aanwezig is. Maar er zijn ook gemeenten die er bewust voor kiezen om dat niet te doen en dat is volstrekt legitiem. Dat is lokale autonomie, maar dat betekent ook wel dat je daarmee bepaalde keuzes maakt over de mate waarin je kunt sturen. Eén van de redenen waarom we ervoor hebben gekozen om in Zeist de sociale teams echt hier naar binnen te halen, zo gezegd, heeft te maken met de sturing en dan gaat het ook wel over de integrale sturing. Want daar vroeg mevrouw Ploeg naar, breek ik mij net, heb ik niet zoveel over gezegd, maar datgene wat daarover te zeggen is, zit dus met name ook weer in die visie op het sociaal domein en zeker we proberen dat zoveel mogelijk integraal te benaderen in deze inkoopkoers nog niet direct, omdat dat vooral gaat over die aflopende contracten in de WMO en de jeugd, maar die bovenregionale zorg waar die van de schuldhulpverlening straks ook onderdeel van uitmaakt. Maar ja, met integraal bedoel ik met name ook sociale basis datgene wat in de sociale teams komt. Maar ja, ook gezondheid, jeugd maakt er onderdeel van en ook het werk wat de RDWI doet. En dat komt heel interessant allemaal ook wel weer samen in die vraag van mevrouw Bakker van, hoe ga je dit nou organiseren in de regio? Hoe ziet de governance er straks uit? Gaan we de RDWI meer taken geven? Zou denkbaar zijn, is een scenario, is op dit moment niet direct waar we heel concreet al stappen in denken te gaan zetten met elkaar, maar het zijn wel en niet toevallig dezelfde vijf gemeenten die daarin samenwerken waar we al een construct hebben. En je zou het ook op een andere manier kunnen organiseren. Het is een beetje zoeken. Maar één ding is zeker, de keuze die we maken of een belangrijk criterium in de keuze die we uiteindelijk maken heeft te maken met die integraliteit. Hoe kun je ervoor zorgen dat dit soort zaken die op het niveau van de personen die je wilt helpen, al die zaken lopen dan door elkaar heen en dus wil je dan zorgen dat men niet met verschillende loketten te maken heeft en dan zul je ook aan de achterkant moeten zorgen dat het allemaal wel zo goed mogelijk bij elkaar komt. Dus over data is dat denk ik wat we kunnen zeggen. Ook daar blijven we de komende jaren volop in investeren. Zit te denken, er is net door de partij die dat allemaal voor ons heeft gedaan. We hebben dat voor een deel uitbesteed. Die hebben dat net afgerond. Die hebben dat ook overgedragen aan de organisatie, onze eigen private organisatie. Die hebben natuurlijk dan weer een link met de mensen die aan de beleidskant verantwoordelijk zijn voor het sociaal domein en met de uitvoering. Sociaal domein zou je sociaal team en CJG zelf. Maar daar hebben zij een soort van best practice, good practice. Ik weet niet hoe je dat zegt. Beschrijving van gemaakt. En ik denk dat het goed is om die ook met de Raad te delen, want daar zat nog de eerste vraag, denk ik van, hoe maken we dit misschien ook visueel inzichtelijk hoe die trechter in elkaar zit? Ja, dat kunnen we zeker doen. De eerste stap hierna is dus de inkoopstrategie. Die is ook al begonnen, hè, want dit is nu een traject wat deze weken loopt. Vaststelling door de vijf Raden van deze inkoopkoers, maar vooruitlopend op het vervolg is al gestart met het opstellen van de inkoopstrategie. Daar ben ik net als hier ook weer natuurlijk opdrachtgever voor nu alleen omdat het wat overzichtelijker is en daarna komen dus de aanbestedingen allemaal nog in 26, zodat we op 1 januari 27 ook echt de nieuwe contracten hebben. En ja, dat is voor dit moment even de koers, maar zeker op het moment dat we een besluit nemen over de inkoopstrategie en dat doet niet de Raad, maar dat doet het college, dus daar komt er ook een RIB. Daarin kunnen we dit zeker meenemen en op een goede manier inzichtelijk maken. Ja, we zullen daar natuurlijk ook regelmatig over praten met de Raad, want dit is nogal wat, hè? Alleen al de bedragen, zo straks werd die 80 miljoen genoemd. Het is nogal wat meer eigenlijk, maar dat geeft wel aan dat dit echt een heel groot deel van onze begroting is, dus daar moeten we het gewoon ook regelmatig met elkaar over hebben en dankzij die data kunnen we er ook steeds beter met elkaar over hebben en niet in abstracties, maar gewoon heel concreet.

Tijmen Visser - Seyst.nu

Dank u wel, dan kijk ik nog één keer rond. Ik zie de heer Van der Schild nog. Ga uw gang. Ja, dank.

Bas van der Schild - GroenLinks

U, voorzitter. Ik vind het altijd een beetje ingewikkeld te formuleren. Maar ik ga een poging wagen. We zijn in Zeist best goed bezig met investeren in sociale teams, enzovoort. We hebben het op een aardig niveau. Maar we gaan nu wel een samenwerking aan en nou ben ik toch een beetje bang dat we naar het niveau zakken van de gemeente die het minste in kas heeft. Hoe kunnen we dat? Hoe kunnen we ons eigen niveau daarin toch handhaven? Welke kwaliteitsgaranties kunt u eventueel afgeven en hoeveel autonome ruimte hebben we om er toch weer een schepje bovenop te doen om los van de andere vier weer tot het oude gewenste niveau te komen? Dan had ik ook nog een andere vraag, want we hebben ook nog een huishoudelijke ondersteuning die in de WMO zit en hulpmiddelen. Vallen deze ook onder de inkoopkoers? Dat is weer echt even een heel andere vraag. OK.

Tijmen Visser - Seyst.nu

Dank u wel, meneer Van Dijk. Het laatste punt.

Walter van Dijk - Wethouder

Simpel. Dat is lokaal, dus dat is niet regionaal ingekocht. Of wij zitten in ieder geval niet in een enkel koers. Nee, nee, nee, dus dat zijn bestaande contracten die nog doorlopen, denk ik. Ja, oké, vullen we zo meteen nog even aan en die eerste vraag die viel uiteen in twee delen, één deel best wel ingewikkeld en één deel heel eenvoudig en het eenvoudige deel gaat dan over die lokale autonomie. Want ja, die blijft gewoon, dus op het moment dat de Raad zou besluiten om bijvoorbeeld in de sociale basis, waar mevrouw Kant op vragen over stelde, te willen investeren, meer dan bijvoorbeeld andere vier gemeenten zouden willen, dan is daar alle ruimte voor. Dus die keuze blijven ieder jaar gewoon via de P en C-cyclus met elkaar maken zoals collegevoorstellen voor doen en daar zit geen enkele rem op of cap op vanuit de regio. Integendeel, dat zal me denk ik alleen maar aanmoedigen. Datzelfde geldt voor de sociale teams. De ingewikkeldheid zit aan die andere kant die u ook al noemde. Want ja, op het moment dat je deze beweging maakt en je koopt samen voorzieningen in voor jeugd en WMO, dan zul je ook wel de zaken die je nodig hebt om die beweging te kunnen maken en die zitten dus aan de voorkant zoveel mogelijk ook in gezamenlijkheid moeten doen. Maar daar speelt die autonomie ook een rol. Al die vijf gemeentes zijn gewoon autonoom, maken zelf keuzes waar het gaat om hun sociale basis en die ziet er echt heel anders uit in Wijk bij Duurstede dan in Zeist en ook binnen de sociale teams. Dat gaf ik net al aan. Zie je dat er echt heel verschillende keuzes worden gemaakt en dan speelt ook nog mee dat de financiële situatie heel verschillend is per gemeente. Dat kunnen we allemaal niet veranderen. Daar zijn oplossingen voor, hè? Bij de RDWI, bij rondom participatie, arbeidsparticipatie moet ik zeggen, kiezen we daar voor het model van solidariteit binnen de BUIG tot op zekere hoogte. Ja, dat werkt en dat is nogmaals. Dat zijn dezelfde gemeenten, dat is hier niet de insteek, maar kan wel op enig moment een keuze zijn. Nogmaals, als colleges hebben daar nu niet voor gekozen, is ook geen onderwerp van gesprek geweest voor de goede orde. Maar ja, op het moment dat je die keuze niet maakt en dat doen we dus niet. Dat betekent het wel dat je te maken hebt met die verschillen. En die kunnen uiteindelijk wel in de weg gaan zitten. Dat is ook erg afhankelijk van met name de financiële pijn die gaat ontstaan. Dat is op dit moment nog moeilijk in te schatten. Dat leek even heel ernstig te zijn, waardoor de VNG zelfs dreigde met een rechtszaak tegen het Rijk. Nou, gekker moet het toch niet worden in het land? Dat is nu van de baan, maar althans voorlopig is dat van de baan. In augustus is er een nieuw moment waarop het Rijk zal moeten aangeven wat er wel of niet wordt overgenomen van met name het advies van de Commissie Van Ark, hè? Eerder is aangegeven, dat moet gewoon integraal overgenomen worden en als dat wordt overgenomen, dan heeft dat nogal wat betekenis voor de financiële positie van gemeenten in het sociaal domein. Dat geldt dus ook voor deze vijf gemeenten. Nou, het is dus al met de voorjaarsnota van het Rijk een flink deel de goede kant op gekomen, maar nog niet volledig. Als dat helemaal goed zou komen in augustus, dan zijn mijn zorgen minder groot. Als dat niet zo is, ja dan, dan, dan overigens ook in Zeist hebben we dan echt nog wel een flinke opgave met elkaar te realiseren om tot een sluitende begroting te komen en het vervelend is natuurlijk in Den Haag even aan alle vrijheid om ervoor te kiezen om geen sluitende begroting te presenteren aan de Tweede Kamer. Het doet me ook maar lokaal, gemeentes hebben die ruimte niet. Wij zijn verplicht om uiteindelijk een sluitende begroting in te leveren bij onze toezichthouder. Dat is de provincie en dat wordt ook voor de gemeente Zeist voor de komende vier jaar nog een hele uitdaging, maar wel ergens dus afhankelijk van keuzes die het Rijk deels gemaakt heeft, maar deels ook nog moet maken. En ja, ik denk dat het daar met name van afhankelijk is hoe groot de problemen in financiële zin zijn ook in die andere vier gemeenten en wetende dat de helft van een gemeentebegroting, dat voor iedere gemeente wordt groter hetzelfde, in het sociaal domein zit, ja, betekent dat ook dat daar de keuzes linksom rechtsom gemaakt moeten worden en op het moment dat je keuzes maakt, bijvoorbeeld aan die voorkant niet omdat je het wil, maar want er is niemand die dat wil, maar omdat het moet nogmaals vanwege die sluitende begroting. Ja, dan raakt dat de andere gemeente ook. En dan vind ik dat een heel lastige vraag en misschien ook wel de grootste uitdaging bij het goed tot uitvoering brengen van deze inkoopkoers.

Tijmen Visser - Seyst.nu

Dank u wel, meneer Van der Schild. Nou ja, ik.

Bas van der Schild - GroenLinks

Ik wil er toch nog wel op wijzen dat wij de begroting op orde brengen en sluitend maken. Dat is heel terecht. Dat moeten we ook vooral doen, maar daar kan je ook politieke keuzes in maken. Welke middelen wij willen besteden aan het sociaal domein en hoe we onze zorg op een goede manier overeind houden. Daar kunnen we dus enorm van verschillen met de andere vier gemeentes die daar andere keuzes in maken. Daar worden wij dan wel straks in beperkt. En dat vind ik wel een risico. Wat u...

Walter van Dijk - Wethouder

Dijk, ja. Ik denk dat dat op zich wel meevalt in de zin van. Ik vind het meer een risico dan een beperking, dus ik zou op dit moment nog moeilijk kunnen benoemen waar die beperking dan precies in zou zitten. Tenzij je zou zeggen dat deze inkoopkoers bepaalde keuzes bevat die financieel gedreven zijn en dat is dus niet per se zo. Dus het is meer zo dat het een risico is dat boven de markt hangt, wat op een gegeven moment ertoe zou kunnen leiden. Daar is op dit moment nog geen sprake van dat gemeentes echt moeten gaan snijden in datgene wat aan de voorkant nodig is. Om dat alternatieve aanbod te creëren voor vormen van zorg die je aan de formele kant niet meer inkoopt. Daar zijn we nu nog niet. Dat is meer een risico en wat ik me zou kunnen voorstellen en bij de RDWI hebben we het model van raadsrapporteurs en bij meer gemeenschappelijke regelingen, maar dit is dan in het sociaal domein. Dus daar ontmoeten de raadsrapporteurs een paar zitten hier aan tafel. Ook de raadsrapporteurs van de 4 andere zaal gemeenten nogmaals, dat zijn dezelfde gemeenten dezelfde mensen over het algemeen ook dat model hebben we nog niet binnen zou. Dus ik zou me kunnen voorstellen dat met deze beweging dat misschien toch wel een goed idee is. Dat is helemaal ook helemaal niet per se gekoppeld aan het feit dat je formeel een gemeenschappelijke regeling zou moeten zijn. Dit zou je gewoon met elkaar kunnen afspreken dat je dat wel doet en dan is het een manier om dit soort signalen dit soort zorgen ook niet alleen met het eigen college te delen en met de collega raadsleden in de eigen raad, maar kun je er ook het goede gesprek over voeren in, zeg maar over de gemeente heen, dus ik zie het dan misschien ook een beetje een oproep aan uzelf om. Om daar ook eens naar te kijken of we dat op die manier zouden kunnen organiseren. En voor zover we daar als college een rol in kunnen spelen, doen we dat graag, want ik denk dat die behoefte er bij de andere gemeenten ook zeker wel is. Naarmate je meer afhankelijk van elkaar wordt en dat worden we met elkaar zeker als we meer integraal willen gaan werken. Dan komt het hoe dan ook bij elkaar. Ja ja, dan ligt het ook voor de hand dat je ook op het niveau van de raden meer de verbinding met elkaar gaat zoeken. En we hebben natuurlijk wel een paar keer een bijeenkomst, 3 keer zelfs gehad met elkaar over deze inkoopkoers onder andere de afgelopen tijd. Maar ja, dat is wel heel erg incidenteel. We hebben nog niet echt. Daar een voor zover mij bekend, althans een structurele vorm van afstemming over de raden heen met elkaar ingewonden, terwijl we die ja met de vorm van de raadsrapporteurs in principe wel hebben. Dank u wel.

Tijmen Visser - Seyst.nu

Deze oproep is denk ik goed gehoord door de raadsleden. Ik kijk nog één keer rond en dan is de vraag, is er nog iemand die een vraag zou willen stellen? En zo nee, dan is de volgende vraag, is er behoefte aan een debat waarbij we dan moeten concluderen dat we daar formeel nog maar 5 minuten voor hebben? Maar ik kijk even rond, is er behoefte aan een debat? Nee, dat gevoel kreeg ik ook al. Nee, dan is de conclusie dat dit raadsvoorstel kan worden doorgeleid naar de raadsvergadering van aanstaande dinsdag, volgende week dinsdag 13 mei aanstaande. Ik dank iedereen voor zijn of haar bijdrage, sluit dit onderdeel en voor de andere mensen om 09.15 uur gaat hier de volgende ronde tafel verder. Dank u wel.