Het transcript dat je hieronder aantreft is gegenereerd met behulp van computertechnologie.
Hierdoor kunnen de namen van personen en partijen soms foutief zijn weergegeven.
Indien je een fout opmerkt kun je deze gemakkelijk verbeteren door op het bewerk-symbool (het potloodje) te klikken.
Dank u, voorzitter. De wereld is in transitie en daardoor chaotischer en minder voorspelbaar geworden. Wie vorig jaar oktober had voorspeld hoe de wereld er nu uitziet, zou destijds voor fantast of pessimist zijn uitgemaakt vanwege de oorlog in Oekraïne. Een afschuwelijke situatie die bijna doet vergeten dat we ook al te maken hebben met een klimaatprobleem, een stikstofprobleem en een biodiversiteitsprobleem. In Ter Apel slapen vluchtelingen te vaak in de open lucht. Die oorlog in Oekraïne heeft ook gevolgen voor de inwoners en het leven in Zeist. Energiekosten en inflatie rijzen de pan uit en steeds meer mensen, ook die met een zogenaamd middeninkomen, merken dat ze aan het eind van de maand geld tekortkomen. En is corona al klaar met ons? Een van onze fractieleden moest zich vlak voor de vergadering afmelden omdat er een positieve test was. Zelfs als de ziektegevallen meevallen, moeten we ons realiseren dat de reserves van menig mkb'er en zzp'er uitgeput zijn. Is het dan alleen maar narigheid? Gelukkig niet. GroenLinks is een optimistische partij waar we graag meedenken en vooruitkijken. Bij de verkiezingen in maart zijn we daarvoor door de kiezers beloond en de grootste partij in Zeist geworden. We zijn daar trots op en dat brengt verplichtingen met zich mee. Inmiddels ligt er een prima coalitieakkoord met een uitwerking bij de begroting. Gelukkig komt er ook duidelijk meer geld van de rijksoverheid, zodat deze begroting en die voor de komende jaren er gunstiger uit kunnen zien. Ook positief is de manier waarop we in Zeist omgaan met vluchtelingen. GroenLinks is trots op de inspanning die met gemeentelijke ondersteuning in en door Zeist wordt gepleegd door een groot aantal vrijwilligers. Talloze initiatieven passen bij de traditie die we in Zeist hebben met betrekking tot opvang. Laten we hopen dat veel meer gemeenten daar een voorbeeld aan nemen. GroenLinks vindt dat het college goede keuzes heeft gemaakt in de begroting en bij de verdeling van de extra middelen. En zoals het hoort, heeft onze fractie een aantal opmerkingen en suggesties ter verbetering.
Bestaanszekerheid, zoals gezegd, het zijn zware tijden voor inwoners en ook ondernemers, omdat de omstandigheden die de problemen veroorzaken bijna per maand veranderen. Dat vraagt om een aanpak die naast algemene maatregelen rekening moet houden met veel factoren en waardoor er op maat ondersteuning kan worden geboden aan wie het echt nodig heeft. Juist in dat maatwerksysteem is door het college in het afgelopen halfjaar en ook al daarvoor flink geïnvesteerd. De sociale diensten, alle gemeentelijke en maatschappelijke hulporganisaties staan klaar voor de inwoners en ondernemers.
Perspectief voor jongeren: GroenLinks heeft blijvend aandacht voor de problemen onder jongeren, zoals lange wachttijden in de zorg. Gelukkig zijn er inmiddels goede verbeteringen in vroegsignalering van problemen, inkoop van zorg en afstemming in de regio. Door verschillende omstandigheden neemt de vraag naar jeugdzorg wel toe. Hoe kun je als gemeente onze jongeren meer perspectief geven als het gaat om passend onderwijs, zelfstandige woonruimte, specialistische gezondheidszorg, een duurzame toekomst en het omgaan met geld? Extra aandacht vragen wij voor het groeiend aantal ernstige eetstoornissen onder jongeren. Laatst hoorden we via wanhopige ouders het verhaal van een dochter die net 18 is geworden en kampt met eetproblemen en zelfmoordneigingen. Problemen die vragen om een hooggespecialiseerde aanpak, maar gespecialiseerde zorgaanbieders die beide problemen aankunnen en kunnen behandelen, zijn nauwelijks te vinden. En deze jonge vrouw komt bij het verlaten van de jeugdzorg weer onderaan de wachtlijst. Vandaar de vraag aan het college wat er vanuit de gemeente voor de jongeren extra zou kunnen worden gedaan.
Perspectief voor woningzoekenden: Het is goed om te zien dat er geld is voor de voorbereiding van het bouwen van veel huizen, maar er liggen ook kansen bij het maximaal inzetten van het bestaande woningbestand. Welke mogelijkheden ziet het college om drempels weg te halen, zodat de beschikbare ruimte in vooral grotere woningen optimaal kan worden benut? En Zeist heeft ook veel monumentale woningen en met de stijging van de energielasten komen eigenaren en huurders van monumenten in de problemen. Ook hen willen wij niet in de kou laten staan en wij roepen het college op om de verruiming van mogelijkheden voor verduurzaming met voorrang op te pakken.
Financiën: In de begroting zijn reserveringen opgenomen voor inwoners en ondernemers die in de problemen komen. GroenLinks vindt het uiteraard een goede voorbereiding. We gaan er wel vanuit dat bij lastenverlichting het met name gaat om rioolrechten en de afvalstoffenheffing en dat de zogenaamde reservering samenleving nu op € 350.000 staat. Maar de kans is erg groot dat er meer middelen nodig zijn. Dus wij roepen het college op om hier ruimhartiger te zijn, waarbij wij voorstellen eventuele kosten te dekken uit de reserve.
Integrale ontwikkeling Zeist: Zeist staat bekend om een zorgvuldig financieel beleid en we staan er nu uitstekend voor. In de meerjarenbegroting staan ook alvast bedragen van € 7 ton in 2024 en 2025 om de reserves te laten groeien. Als de onzekerheid te groot blijft, vindt GroenLinks het voorbarig om € 7 ton vast te leggen voor reservering. En wij houden dus graag de mogelijkheid open om daar bij de kadernota een ander standpunt over in te nemen.
Investeren in natuur? Ja, voorzitter. GroenLinks is natuurlijk heel erg blij met concrete bedragen voor biodiversiteit. We gaan ervan uit dat daar concrete en zichtbare stappen worden gezet om de natuur in ons dorp groener, schoner en diervriendelijker te maken. € 1 ton per jaar is een mooie eerste investering en wij verwachten dat de komende jaren veel meer geld nodig is om de kwaliteit van onze bossen, parken, wijken, velden, sloten en ecologische verbindingen te beschermen en te verbeteren. Voor het voorgenomen onderzoek in het eerste jaar lijkt ons het binnenhalen van ecologische kennis een vereiste en we overwegen daartoe dan ook een motie in te dienen.
Duurzaam ondernemen: Recent onderzoek laat zien dat het voor de toekomst cruciaal is om nu de overstap te maken van een economie op basis van eenmalig gebruik naar een economie met voortdurend hergebruik van producten en middelen. In de begroting staat dat er wordt gewerkt aan een actieplan. GroenLinks vindt ook dat de gemeente het goede voorbeeld moet geven en trekker moet zijn. Wij willen beleid dat ondernemers steunt die toekomst hebben en zich inzetten voor een duurzaam Zeist. Kan het college ons iets meer gevoel geven bij de elementen van dat actieplan?
Afsluitend, voorzitter, menselijk, eerlijk en duurzaam was het motto van GroenLinks bij de verkiezingen en dat heeft geresulteerd in samenwerking met de coalitiepartners in het programma 'Samenwerken aan Zeist'. Wij denken dat er met de huidige begroting menselijk, eerlijk en duurzaam samengewerkt wordt aan het goede leven in Zeist. Dank u wel.
De heer Van Nieuwstadt, fractievoorzitter van GroenLinks, ik kijk even naar de raad. De heer Bredius, die al naar de microfoon loopt, de heer Fluitman, en Nieuw Democratisch 6.
Ja, dank u wel, voorzitter. De fractievoorzitter van GroenLinks spreekt over het verbeteren van ons groen. Betekent dit dat hij het adagium "groen is ons goud" weer terugbrengt op de agenda? Met andere woorden, is hij het ermee eens dat er een kapverbod moet komen?
Ik denk dat dat adagium nooit is weggeweest. Voorzitter, groen is en blijft het goud van deze gemeente. Maar we moeten wel realistisch zijn. Ik denk dat het verkeerd is om in het frame terecht te komen dat wij nooit een boom zullen moeten opofferen voor de behoeften van de bewoners in Zeist. Daar waar we dat kunnen voorkomen, zullen we dat zeker doen. En inderdaad, groen is ons goud.
Ja, ik vraag de Voorzitter om opheldering, omdat de portefeuillehouder heeft aangegeven dat er sprake moet zijn van minder kappen, en dat is iets anders dan helemaal niet kappen. Dus vandaar lijkt het motto 'groen is ons goud' bij het college niet meer aan bod te komen. Daarom wil ik de fractievoorzitter van GroenLinks nogmaals vragen of hij inderdaad voor een kapverbod is.
Ja, dank u wel, voorzitter. Ik hoop ook op zo'n duidelijk antwoord, maar dan over een jaar. Ja, dank voor uw bijdrage. U geeft aan dat u heel graag wilt dat de minima ook kunnen wonen, dat de minima ook weer naar huizen kunnen gaan. Dat we huizen zo goed mogelijk kunnen gaan benutten om iedereen weer een woonruimte te bieden. Nu viel mij op dat ik afgelopen week iemand sprak die onder die doelgroep valt en die wil graag in aanmerking komen voor huurtoeslag. Maar voordat hij in aanmerking kan komen voor huurtoeslag, moet hij eerst een aanvraag indienen bij de gemeente. Een aanvraag voor een huisvestingsvergunning en daarvoor moet hij een legesbedrag betalen van € 105,25. Dat houdt in dat we eigenlijk de eerste vier maanden van de huurtoeslag rechtstreeks naar de kas van de gemeente zien gaan. Bent u bereid om met mij mee te denken of we hier iets aan kunnen doen voor deze mensen, zodat niet de eerste vier maanden huurtoeslag naar de gemeente terugvloeien, maar dat deze mensen vanaf dag één zelf daar de revenuen van plukken?
Voorzitter, dank voor deze vraag van de fractievoorzitter van het CDA. Het korte antwoord is ja, maar het uitgebreidere antwoord is dat wij in onze bijdrage, maar ook in de hele begroting, terugvinden dat we voorstander zijn van het plegen van zoveel mogelijk maatwerk. Ik ben blij dat u de minima noemt, want dat is een doelgroep die natuurlijk ook onze aandacht heeft. Maar het gaat niet alleen om de minima; het gaat ook om ouderen. Met name ouderen zitten vaak in de situatie dat ze in een woning zitten waaruit ze graag willen vertrekken, en dan is het ook ingewikkeld om daaruit te komen. Het voorbeeld dat u noemt, vind ik een prachtig voorbeeld waar we als gemeente moeten kijken of maatwerk van toepassing is. Dus dat is het wat uitgebreidere antwoord op uw vraag.
Ja, dank u wel, voorzitter. Ik hoorde de fractievoorzitter van GroenLinks zeggen dat een aantal van zijn partijgenoten er niet is. Ik mis bijvoorbeeld Gerard van Vliet, maar in uw bijdrage hoorde ik Gerard van Vliet eigenlijk wel, want u noemde biodiversiteit. Dus ook als hij kijkt, zeg ik nu: u wordt gemist, maar u bent er ook een beetje bij. In het verlengde daarvan heb ik een vraag. U stelde dat u iets wilt doen aan de inzet op biodiversiteit. Kunt u uitleggen hoe u dat voor zich ziet? Is dat door middel van een FTE-uitbreiding, want dat proefde ik een beetje, of ziet u andere mogelijkheden? Waar denkt u aan?
Ja, dat is een belangrijke vraag. Dank daarvoor dat ik de gelegenheid krijg om daar wat meer over toe te lichten. Kijk, op het moment dat je ervoor kiest om aan biodiversiteit, natuur en milieu en dergelijke te gaan werken, dan moet je ervoor zorgen dat je de kennis in huis hebt om dat goed te kunnen doen. Op dit moment, met alle respect voor al het fantastische werk dat binnenshuis gedaan wordt, is die kennis onvoldoende aanwezig. Dus dat betekent dat je ervoor moet zorgen dat je die kennis in huis haalt. Dat kan op verschillende manieren, en het is niet aan mij om te zeggen hoe dat uitgevoerd moet worden of op welke manier. Want het gaat erom dat we uiteindelijk die kennis in huis halen. Je kunt je voorstellen dat er gekeken wordt, bijvoorbeeld naar wat er op dit moment beschikbaar is binnen de ODRU. Daar lopen ongetwijfeld mensen rond die veel verstand hebben van biodiversiteit of van uitvoeringsplannen die daarmee te maken hebben. En dan zou je dus ook in samenwerking met meerdere gemeentes kunnen kijken of je samen die kennis in huis kunt halen. Een andere oplossing zou kunnen zijn dat je daadwerkelijk iemand inhuurt, maar dan zou ik, eerlijk gezegd, liever nog even wachten tot we wat onderzoeksdata ter beschikking hebben om te weten wat we willen en wat er moet gaan gebeuren. Dus wat dat betreft, is het nog een beetje te vroeg om in details te treden, maar dit zijn twee mogelijke invullingen van het voorstel dat ik gedaan heb. Helder. Nou, het geeft mij in ieder geval aan dat u er al goed over hebt nagedacht, want ik hoor verschillende opties. Dus dan ben ik benieuwd naar het voorstel waarmee u straks komt, dan gaan we daarnaar kijken.
Ja, dank u wel, voorzitter. Toch heb ik nog een vraag over dit onderwerp. Gaat Zeist haar windmolenpark toch krijgen? Ik vraag dat omdat we in het coalitieakkoord termen zien als 'energieleverend' en 'grootschalige energieopwekking', en daaronder valt zonne-energie, maar ook windenergie. Dus nogmaals de vraag: gaat die windmolen in de Groene Driehoek er toch komen?
Bedankt voor deze vraag. Het is helder, maar een beetje te gedetailleerd, aangezien er direct wordt gefocust op een specifieke locatie. Dat is nu juist waar we op dit moment niet mee bezig zijn. Voorzitter, we hebben te maken met een energiecrisis en we zullen daar ons steentje aan moeten bijdragen. We hebben ook te maken met een provincie die inmiddels steeds duidelijker aangeeft: "Jongens, jullie moeten zelf met een goed voorstel komen, want als je dat niet doet, dan gaan wij het voor jullie doen." Dat is een probleem. Op dit moment kan ik dus niet zeggen of het antwoord 'ja' of 'nee' is. Het antwoord is: dat weet ik niet, hè? Het is wel zo dat, zoals we eerder hebben gesteld, windmolens een onderdeel uitmaken van het onderzoek naar de uitvraag van het rijk. En we weten, en dat weet de Voorzitter ook, dat er regelmatig een herijking plaatsvindt van de plannen die daarmee te maken hebben. Dus ik kan nu niet uitsluiten, maar ook niet bevestigen of en waar er een windmolen in Zeist komt.
Dank u, dan ga ik nu over naar de volgende fractievoorzitter. Dank u wel, de heer Van Niels van GroenLinks. Ik geef het woord aan Marcel Fluitman van het CDA. Ja, dank u wel, voorzitter.
Eerst staat een fractievoorzitter van het CDA die worstelt, en ik deel deze worsteling graag met u. Voor ons ligt een raadsvoorstel, bestaande uit 26 documenten, grof geteld 403 pagina's tekst met woorden, cijfers, tabellen, verwijzingen en meer. Er waren oude versies, er zijn nieuwe versies, er zijn RI's gekomen, allemaal over de begroting of onderwerpen die direct van invloed zijn. Er was een rondetafel waarin vragen zijn gesteld en antwoorden zijn ongetwijfeld allemaal gegeven, maar het blijft een zoekplaatje. Moet ik zoeken in de dagflits, moet ik zoeken in een RIB, moet ik zoeken naar de nieuwe versies en deze naast elkaar leggen om de verschillen te zoeken? Het is een klus. En dan nog een RIB eroverheen over de septembercirculaire. Weer zoeken naar de vergelijkingen, de verschillen, weer alles naast elkaar leggen. Ik heb weleens een raadslid horen zeggen: "Oh, stond dat nou op pagina 96? Ik wist niet dat we daarover besloten hadden." Toen heb ik er eigenlijk wel om gelachen, maar nu begrijp ik deze opmerking een stuk beter. Een worsteling. Een worsteling voor mij als doorgewinterd raadslid om erdoorheen te komen. Een onbegrijpelijk stuk voor de doorsnee inwoner van Zeist, die met al deze moeilijke teksten en cijfers door de bomen het bos niet meer ziet. Ja, dan heb ik maar 7 minuten om een bijdrage te leveren die mij vele uren heeft gekost om dit stuk eigen te maken en er iets van te vinden. Ja, en voor een grote fractie is dat misschien nog makkelijker te doen, maar voor een kleine fractie is het gewoon ondoenlijk. Maar ook weet ik dat er aan het stuk heel hard gewerkt is en dat er veel deskundige medewerkers bij betrokken zijn geweest. Ik ben ook blij dat ik diverse van deze medewerkers hier op de tribune zie zitten, want dat stelt mij gerust. Ik heb er vertrouwen in dat het zaakwerk goed in elkaar zit. De begroting is leesbaarder dan in voorgaande jaren, dus complimenten aan iedereen die hier een bijdrage aan heeft geleverd bij het opstellen van deze begroting. Een worsteling is ook dat als we deze begroting naast die van 2021 en 2022 leggen, het beeld heel positief is. Zeist staat er goed voor en er wordt geld uitgegeven aan nieuwe ontwikkelingen. Maar hoe verhoudt zich dat nu eigenlijk met al het werk dat is verzet door de ISC en de bezuinigingsonderwerpen die zijn doorgevoerd? Zouden we nu eigenlijk ook niet met een IC moeten kijken waar al dat geld aan besteed gaat worden, in plaats van voor 90% de focus te leggen op de uitvoering van een coalitieakkoord? Is het eigenlijk zo dat als het slecht gaat, we de samenleving en inwoners mee laten denken, en als het goed gaat, de coalitie het geld wel weet uit te geven? Ik hoor heel graag hoe de raad en het college hier tegenaan kijken. Een worsteling is dat uit deze begroting blijkt dat het de gemeente Zeist goed gaat, maar is dat nu echt zo? De gemeente is niet het college, is niet de coalitie, is niet de raad, maar dat zijn alle ruim 64.000 inwoners van Zeist, en de ondernemers niet te vergeten. Gaat het wel goed met hen? Alles wordt duurder: gas, elektra, boodschappen en veel meer. En ook de gemeentelijke belastingen gaan omhoog. Huishoudens hebben het moeilijk. De deelname bij de voedselbank loopt op. De ondernemers kunnen het hoofd amper boven water houden. En als ik dan de RIB lees die afgelopen week is uitgegaan over hoe het staat met de sport- en cultuurorganisaties, dan schrik ik daar heel erg van en ik weet eigenlijk niet waar dat toe zal leiden. Het CDA maakt zich dus ook grote zorgen over de toekomst van de minima, de ouderen, de gemiddelde inwoner van Zeist, de ondernemers, de sport- en culturele instellingen. Stonden we niet juist moeten kiezen voor een lastenverlichting breed in plaats van nieuwe uitgaven te doen om een coalitieakkoord uit te voeren? Hoe kijkt het college hier tegenaan en wat vinden de partijen in de raad van deze lastenverzwaring die door de gemeenteraad nu wordt voorgesteld? Niet door te voeren en te zorgen dat de kosten bij de inwoners niet stijgen. Naast alle vaste gezangen bij een begroting horen dit jaar heel veel stukken. Een van de belangrijkste stukken is bijlage twee, het uitvoeringsprogramma van het coalitieakkoord 2022-2026 'Samen bouwen aan een mooi en duurzaam Zeist'. Het CDA is benieuwd te horen van het college wat nu echt onder 'samen' wordt verstaan. Een eerder ingediende motie over ouderenbeleid en een amendement over steun voor minima, ingediend door onder andere het CDA, werden weggestemd. De laatste zelfs door de gehele coalitie. Bij de start van deze coalitie is gesproken over een nieuwe bestuurscultuur en we gaan strakker inzetten op het dualisme. Uiteindelijk gaat het erom het welbevinden van onze inwoners in Zeist te verbeteren, en niet alleen zij die op een coalitiepartij hebben gestemd. Graag krijgt het CDA hier een nadere uitleg over van het college en horen we ook graag de mening van de overige partijen. Hoe zij hierin staan. In bijlage twee komt het woord 'we' 198 keer voor. Dat zou niet zo gek zijn als het stuk uit 600 pagina's bestond, maar het zijn 26 pagina's met diverse tabellen. Wie zijn nu eigenlijk 'we'? Ik noem een klein voorbeeld: 'We nemen deel aan de Pride 2023.' Laat ik vooropstellen dat het CDA de LHBTIQ+-beweging een warm hart toedraagt. Maar toch, bij dit voorbeeld, 'we nemen deel aan de Pride 2023', hier staat overigens een bedrag van €7.000 voor, alleen in 2023, dus blijkbaar een eenmalige uitgave. Naast dat het CDA graag wil weten wat dit dan betekent voor de samenleving en wat zij daar dan voor terugkrijgt, willen we toch nog steeds weten: wie zijn 'we'? We de burgemeester, we de wethouder van de ChristenUnie, SGP, het gehele college, alle ambtenaren, de hele raad? Wie zijn nu die 198 keer 'we'? Als er wordt bedoeld... Sorry, nu ben ik de draad kwijt. We zijn de draad hopelijk niet kwijt. Ik wel, dus ik sluit af met een vraag over dit hoofdstukje. Graag krijgt het CDA van het college hier een uitleg over en vraagt aan de partijen of zij zich blindelings ook onder alle voorstellen scharen als vertegenwoordiging van alle inwoners in Zeist, zoals opgenomen in bijlage twee. Bijlage twee staat vol ambities en vol met onderzoeken en veel meer. Integ 23 ligt hier bij het hoogtepunt. Is dit wel realistisch? Hoe zit het met de ambtelijke bezetting? In de hele begroting zijn haakjes te vinden als het gaat om inzet van menskracht. Een totaaloverzicht, zoals is gevraagd bij de rondetafel en is toegezegd, is niet verstrekt. Er wordt gesproken over een uitwerking budget, investeringen in organisatieontwikkeling, datagedreven werken, communicatie, onderzoeken naar meer... Pagina 25 en 26 van bijlage twee staat het allemaal omschreven, maar een totaalbeeld ontbreekt en zeker als ook diverse onderdelen fors begroot zijn en er een grote inzet van medewerkers wordt gevraagd. Graag wordt het CDA concreet, want het college waar welke capaciteit nodig is in plaats van nu akkoord te geven met het vrijgeven van tonnen voor inzet. Nou ja, tonnen, het gaat over ruim 2 miljoen euro. Ten aanzien van de woningbouw zijn de ambities ook groot en dat vindt het CDA heel plezierig. Maar we hebben ook afgelopen week hier een noodkreet gehoord vanuit de corporaties. Want er werd gevraagd om aan te schaven aan... Omdat ze vinden dat ook voor het bouwen van middeldure huur een aangepaste grondprijs zou moeten gelden. Dat is noodzakelijk om namelijk de plannen betaalbaar te houden. Graag horen wij hierop een reactie van het college. Ja, we worstelen dus echt met deze begroting. Hij oogt mooi sluitend. Maar ja, hoe zit het dan met dat weerstandsvermogen? Het is niet op orde. We hadden daar een afspraak over dat hij op 1,2 zou staan. En daaraan wordt niet voldaan in deze begroting. Waarom wordt daaraan niet voldaan? Een vraag die we ook stellen aan het college. We missen een belangrijke zaak in de begroting, en ik noem er een paar. De ouderen, de oude begraafplaats aan de Bergweg, een begraafplaats die een monument is, een begraafplaats waar veel vrijwilligers actief zijn, een begraafplaats waar ook onderhoud gepleegd moet worden. We missen de reservering voor met name het herstel van grafkelders. Jarenlang is hier niet voor begroot. Heel noemde hè? De mensen die bij de voedselbank terechtkomen? Dus maar die mensen. Om die reden kan ik dus niet meegaan in het idee dat er een brede lastenverlichting moet plaatsvinden. Maar deze mensen moeten er ook afvalstoffenheffing betalen en allerlei zaken, of niet? Ja, maar als u het over een brede lastenverlichting heeft, hè? Want in mijn bijdrage heb ik ook aangegeven dat ik ervan uitga dat als er over lastenverlichting wordt gesproken, dat we dan praten over de afvalkosten en de rioolheffing. Maar volgens mij heeft u het over meer dan dat. Nou ja, goed, daar kunnen we het gesprek over voeren met elkaar en ik vraag om een brede lastenverlichting. En als u zegt: "Nou, hij is mij te breed, maar ik wil hem wel in een engere zin met u bespreken en kijken of we daar een tegemoetkoming in kunnen geven," dan hebben we daar het gesprek over en ik hoop dan dat we daar met elkaar het compromis over kunnen vinden. Maar dat komt gewoon voorstel ligt er in ieder geval, want ik heb aangegeven dat een vermindering van de rioolrechten en de afvalkosten zeker bij ons in beeld zijn. Oké, en ik hoop dat we dan ook nog... Maar dan zullen we straks met de VVD het gesprek over voeren, kijken of we iets voor de huiseigenaren kunnen doen, want ook daar gaan de lasten gigantisch omhoog, maar daar zullen we denk ik straks met de bijdrage van de VVD nog wel op terug kunnen komen.
Dank u, voorzitter. Ja, voorzitter, ik wil eigenlijk zeggen dat ik mij niet herken in de woorden van de vorige sprekers over de worsteling als het gaat om deze begroting. En ik vind ook dat we dat onszelf niet moeten laten aanpraten, want als we even de klok terugzetten naar twee jaar geleden, toen zaten we met elkaar in een situatie waarin de financiële situatie in Zeist dramatisch was. We moesten een dialoog met elkaar en met de samenleving voeren om ervoor te zorgen dat we uiteindelijk een sluitende begroting konden presenteren, zoals we die vandaag hebben. Een begroting die sluitend is. Sterker nog, er is geld om dingen met elkaar te gaan realiseren. En dan krijgen we dit betoog en dan hoor ik alle mensen die hier net voor mij gesproken hebben zeggen dat ze het ermee eens zijn dat het niet goed gaat met deze begroting. Ik kan dat gewoon niet rijmen met waar wij nu staan met onze financiële situatie. Die opmerking wilde ik even maken.
Daarnaast valt mij op, voorzitter, in het betoog van de heer Fluitman dat hij een opmerking maakt over het coalitieakkoord, over de ambities die erin staan, en vervolgens in zijn betoog misschien wel tien tot twaalf ambities benoemt die opgepakt moeten worden. En dan denk ik: u spreekt uzelf ook tegen in uw betoog, want u zegt eigenlijk van 'weg met dat coalitieakkoord, zorg ervoor dat je andere dingen aanpakt', en vervolgens gaat u zelf aangeven welke ambities u prioriteit wilt geven. Misschien kunt u daarop reageren, voorzitter?
De heer Fluitman (CDA): Ja, dank u, voorzitter. Ik vraag me af of we in dezelfde film zitten. Volgens mij heb ik helemaal niet gezegd dat het een waardeloze begroting is. En volgens mij heb ik helemaal niet gezegd dat het hele coalitieakkoord overboord moet. Dus u zet nu iets neer waarvan ik denk: misschien moet ik de bijdrage dan nog maar een keer voorlezen, want dit is niet aan de orde geweest. Wat ik aangeef, is dat we keuzes zouden moeten gaan maken in deze tijd, net zoals we die keuzes twee jaar geleden gemaakt hebben met ISC. En het gaat nu goed. Financieel ligt er een goede begroting. Alleen is de vraag of de uitwerking van deze begroting het beoogde effect heeft op hoe het gaat in de samenleving op dit moment. En dat zijn de vragen die ik heb gesteld. Verder heb ik geen twaalf ambities genoemd. Ik heb vragen gesteld aan het college of ze mij kunnen uitleggen waar diverse onderwerpen terug te vinden zijn in de begroting. Dus als u denkt of u geeft aan dat ik het helemaal niet eens zou zijn met de begroting, dat ik het niet eens ben met mijn coalitieakkoord en dat ik allerlei andere dingen voor ogen heb, dan heeft u het echt verkeerd begrepen of verkeerd verstaan. En dan ben ik blij dat andere mensen gelukkig wel de worsteling kennen of herkennen en wel zien van 'hé, er ligt inderdaad een goede begroting'. Maar wat betekent dat nu en wat betekent dat voor de samenleving en wat zouden we samen met anderen moeten doen of niet? Dat is de kern van mijn bijdrage geweest en niet meer en niet minder, voorzitter.
Voorzitter, ik ben al blij met deze reactie, omdat ik hier in ieder geval erkenning in vind. Ik vind het interessant, de opmerking die u maakt over de begroting. Ik had uit uw eerdere betoog begrepen dat u een ander standpunt innam. U gaf duidelijk aan dat u het vreemd vond dat we juist met de ambities aan de slag zouden gaan, en dat we in plaats daarvan naar de voorstellen van de IC moesten kijken of hoe we op een andere manier met die ambities om konden gaan. Nu lijkt u van mening te veranderen. U zegt dat u wel blij bent met de begroting en ook met de ambities die erin staan. Dat stelt mij gerust, voorzitter.
Geachte voorzitter, ik wil toch iets rechtzetten. Ik heb het woord 'raar' helemaal niet gebruikt, dus volgens mij moeten we de juiste teksten gebruiken die uitgesproken zijn, want ik vind het allemaal niet zo raar. Ik sta ook niet voor de eerste keer een begroting te bespreken, dus het is allemaal niet zo vreemd wat we aan het doen zijn. Wat wel vreemd is, is dat we over de huidige situatie in de samenleving heen kijken en denken dat dit de werkelijkheid is in deze zaal. Dat zou vreemd zijn, en mijn oproep is om breder te kijken dan wat hier nu voorligt. Ik heb aangegeven dat het mooi is dat er een uitwerking ligt voor een coalitieakkoord, maar het zou misschien ook goed zijn om naar de samenleving te gaan om te kijken wat daar nog speelt. Net zoals we dat destijds gedaan hebben toen we een tekort aan geld hadden. Dat is een van mijn oproepen geweest, voorzitter.
Voorzitter, ik ben blij dat de heer Fluitman achter het coalitieakkoord staat en ook deze begroting positief benadrukt. Dus volgens mij hebben we het ook niet uitgesteld. Wat dat betreft, is er volgens mij geen sprake van onduidelijkheid.
Dank u wel, voorzitter. Ik hoorde in de bijdrage van de heer Fluitman dat hij iets zei over de 2 miljoen investeringen in de organisatie en dat u graag een overzicht wilt hebben van, nou ja, aan welke functie-eenheden of welke mensen dat dan besteed zou gaan worden. Tenminste, zo interpreteer ik het. Ik merk zelf dat ik niet zozeer de behoefte heb om dat tot achter de komma te zien, dus ik ben wel benieuwd: wat beoogt u met het verkrijgen van dat inzicht? Wilt u het college voorschrijven welk type mensen zij wel of niet mogen aannemen, of hoe wilt u sturen?
Ik stuur graag aan op financiële zaken en controleer of de begroting klopt. Wanneer ik in het document op verschillende plaatsen lees dat er extra inzet vereist is, zonder dat duidelijk is waarvoor en wat deze inzet inhoudt en beoogt, vind ik het moeilijk om direct 2 miljoen euro vrij te maken. Daarom wil ik graag een nadere specificatie hebben: wat betekent dit concreet? Wordt het ambtelijk apparaat uitgebreid met 5 of 10 personen, of gaan we meer externe inhuur doen? Wat is precies het plan? Ik bepaal absoluut niet welke kennis, kwaliteiten of capaciteiten er nodig zijn. Dat is iets wat GroenLinks zojuist aangaf, namelijk dat het om bepaalde deskundigen moet gaan. Ik heb volledig vertrouwen in het ambtelijk apparaat; zij weten welke mensen nodig zijn voor de vraagstukken waarmee ze aan de slag moeten. Mij gaat het om de financiële controle die ik wil kunnen uitvoeren, en ik wil daar graag zicht op hebben. Oké, met deze nuancering begrijp ik, denk ik, wat u bedoelt, en dan kunnen we het met elkaar eens zijn. Dank u.
Ja, dank u wel, voorzitter. Het CDA heeft gesproken over 26 documenten en 158 pagina's, en spreekt over een worsteling en het zoeken naar verschillen. Het heeft het over de omvang van dit document dat we vandaag bespreken, maar komt niet met een oplossing. Als je dus een probleem schetst, moet je ook de oplossing geven. Dus ik zou het CDA willen vragen: heeft u drie oplossingen? Het probleem dat ik heb, eens. Misschien heeft u er twee, en misschien heeft u er één, maar ik zal drie voorbeelden geven: we krijgen er griffieondersteuning bij, de ronde tafel wordt op een andere manier ingezet, en de beleidsindicatoren zijn inzichtelijk gemaakt. Ik kan er nog zo drie noemen. Het CDA was jarenlang medeopsteller van de begroting. Die begroting was misschien wel omvangrijker en bestond uit twee delen. Hij is nu veel inzichtelijker. Kan het CDA, of namens het CDA, aangeven wat de oplossing voor het geschetste probleem is?
Ja, meneer Bredius, u stelt een interessante vraag. Kijk, er zijn vaste gezangen die je moet uitvoeren. Die horen bij bepaalde stukken, dus dat is heel helder. Maar ik denk dat we het eenvoudiger kunnen maken. Bijvoorbeeld, boekwerk twee – als ik het goed heb uit mijn hoofd – kunnen we dat veel beknopter doen. Daar zit ongelooflijk veel ambtelijk werk in, en ik vraag me af of iedereen het wel voldoende heeft doorgelezen of kent. En ik denk dat je op dat soort stukken echt kunt kijken hoe we dat met elkaar kunnen vereenvoudigen, bijvoorbeeld door een begroting van slechts een paar A4-tjes te maken. Laat dan de verschillen zien met vorig jaar en waar je nu staat, om te kijken of je daar een stap in kunt maken. Ik weet dat je dat niet zo eenvoudig doet, want ook de provincie wil dingen zien, en noem maar op. Maar in mijn ogen moet het mogelijk zijn om het proces kleiner en inzichtelijker te maken. Punt.
De heer Bredius, tot slot, ik hoor geen begin van een oplossing. Eerlijk gezegd, en wat de suggestie over deel twee van de begroting betreft, meen ik dat die met dit begrotingsjaar niet meer aan de orde is, omdat het uit een pakket bestaat. Dus ja, ik zou de suggestie willen doen om, ja, die omvang die bestaat... Waarom is dat? Omdat de samenleving ingewikkelder, kleurrijker en diverser wordt. We hebben ermee te maken, en als we deze begroting goedkeuren, komt er, als het goed is, ondersteuning van de griffie bij. Maar meneer Bredius, de begroting heeft niet zo'n directe relatie met de griffie. De begroting heeft een relatie met de mensen die daar, onder andere op de tribune, zitten. Mensen die financieel deskundig zijn, mensen die inhoudsdeskundig zijn, van wie heel veel gevraagd wordt, die heel veel moeten aanleveren voor die begroting. Ja, de griffie is ter ondersteuning van u als raadslid, en ik heb het hier over de werkdruk en de werklast die onder andere in het ambtelijk apparaat zit. Plus het feit dat mij 403 pagina's zijn voorgeschoteld, waarvan ik, als ik er 100 had gehad, net zoveel zou weten en net zoveel zou kunnen vertellen als met die 403. Dus ik denk dat het echt eenvoudiger kan. En ik vraag aan het college hoe zij er ook tegenaan kijken. Dus dat is het, dank u wel.
Achttien miljoen oliebollen op aardgas: de vlam is in de pan geslagen, iedereen is knettergek. We hebben het hele jaar de gasbel horen luiden, maar niemand weet precies waar de klepel hangt. De kosten zijn nu voor de staat. Niemand weet wat het gaat kosten. Wat een dorp, wat een dorp. Er is geen dorp waar ik mee zou willen ruilen. Wel eens in de put, maar toch het koppie uit de kuil. Voorzitter, dit liedje van Wim Sonneveld uit 1963 is door mij vrijmoedig bewerkt en is de afgelopen maanden vaak door mijn hoofd gegaan. Graag begin ik, in het licht van het zojuist geciteerde, deze beschouwing positief. Want het college is er, met dank aan de voorgangers, in geslaagd de stabiele en gezonde financiële positie van de gemeente Zeist overeind te houden en zet de lijn van behoedzaamheid voort. Met instemming stelt de VVD dan ook vast dat het college de weerstandsratio, het cijfer dat aangeeft in welke mate een gemeente in staat is om financiële gevaren te doorstaan, weer omhoog wil brengen. Dat vinden wij een goede zaak, want onze wereld, en dat is een stuk minder positief, heeft te maken met onzekerheden die we sinds lange tijd niet gekend hebben. Het is daarom goed berekend te zijn op extra financiële risico's. Bovendien weten we ook niet in hoeverre de rijksbijdrage, waaruit de gemeente het overgrote deel van zijn inkomsten krijgt, na 2026 op peil zal blijven. Er wordt in dit verband gesproken over een 'ravijnjaar'.
Een andere reden waarom de VVD-fractie goed gestemd aan deze beschouwingen begint, is dat de voortvarende start van het nieuwe college nu wordt omgezet in het uitvoeren van de plannen die in het coalitieakkoord werden vastgelegd. Naast zich daar in het verleden samen met de Partij van de Arbeid, de waarschuwende ChristenUnie en de SGP voor te hebben ingezet, doet het de VVD deugd dat deze begroting leesbaarder, begrijpelijker en inhoudelijker wordt gepresenteerd. Andere collega's hier voor mij hadden het er al over. Dat geeft ons als gehele raad handvatten om meer over doelstellingen te spreken en wat deze mogen kosten. Complimenten daarvoor aan het college en de ambtenaren van dienst.
Ten derde ben ik namens mijn fractie positief omdat de vijf collegeleden goed samenwerken, onderling en ook samen met, althans zo beleven wij het, een opbouwende gemeenteraad. Er is in onze samenleving echter wel een oplopend gevoel van ontevredenheid aanwezig en ik kom daar straks op terug. Maar dat laat zich, zoals wij het beleven, minder dan in andere gemeenten zien in deze raadszaal. In deze raadszaal moeten we als raad blijvend aandacht houden voor een veilige vergaderomgeving voor ieder lid. Wat ons betreft is de gemeentepolitiek van Zeist een beetje als het kleine Gallische dorp van Asterix, dat moedig weerstand blijft bieden tegen onveiligheid en rauwe omgangsvormen.
Hebben wij dan geen zorgen en willen we niets bereiken? Integendeel, de zorgen bestaan wel degelijk. Wat gaat de afnemende waarde van ons geld doen met deze begroting? Ik heb daar in de technische vragenronde ook vragen over gesteld en vraag nu of het college ons in de stijl van Raadsinformatiebrief 2225, die net is uitgekomen, op de hoogte wil blijven houden van ontwikkelingen op dit gebied gedurende de hele raadsperiode. Dat is wat ons betreft een levend document dat steeds aan de actualiteit mag worden aangepast. Graag even een bevestiging van het college of zij dat op deze manier willen blijven doen.
Een ander zorgpunt: wat betekenen de plannen om de stikstofuitstoot omlaag te brengen voor de Zeister samenleving? Bestaat de kans dat we bijvoorbeeld op korte termijn helemaal niet meer mogen bouwen? Johan Remkes heeft zich hier bezorgd over uitgelaten. Hoe ziet het college in dit licht de rol van onze gemeente, mede in het licht van de woningbouwambities in het uitvoeringsprogramma? Ook hier, net als bij de geldontwaarding, vandaag een reactie van het college, ook graag in het licht van en in dat vervolg van de informatie die ik gedurende de raadsperiode graag zou ontvangen.
En hoe zit het met de veiligheid? Mijn collega Yarno Groosman heeft een paar dagen geleden vragen gesteld over de onveilige situatie op de Steijnlaan. Ook op andere plaatsen in onze gemeente neemt de sociale onveiligheid toe. Onlangs werden er nog geen 300 meter van mijn eigen huis twee hardwerkende winkeliers mishandeld en bedreigd. De VVD heeft voor en na de verkiezingen gepleit voor meer buitengewone opsporingsambtenaren, de boa's, nog meer dan nu in de plannen van de coalitie vermeld staan. De driehoek wijkagent, wijkmanager, wijkboa blijkt goed te werken. Maar het komt ons voor dat onze uitstekende wijkmanagers overbelast raken. Ze moeten meerdere kernen en wijken bedienen. En op een gegeven moment, voorzitter, dan houdt het gewoon een keertje op. Ik zou hier graag in deze raadszaal die discussie voeren en van de collega's willen horen of ze het ermee eens zijn dat we eens goed gaan kijken welke kernen, wijken en buurten naar behoefte en maat een eigen wijkmanager en wijkboa nodig hebben. Daarbij zou ik ook de vraag willen betrekken of we het eens zijn over de vraag wat een wijkmanager precies moet doen. Laten we uitbreiding van capaciteit en invulling van taken bespreekbaar maken. Wij overwegen ook, afhankelijk van de beraadslaging van vandaag, een motie over dit onderwerp.
Nog even terugkomen op de onveilige situatie op de Steijnlaan. Want tijdens de ronde tafel is voorbijgekomen dat gemikt wordt op een proefproject voor kentekenregistratie in 2023. En de vraag is even of dit nog even kan worden bevestigd en ten tweede in dit verband kan ook worden bevorderd dat dat proefproject eerder in januari 2023 dan in december 2023 wordt gehouden.
Dan een ander punt van zorg, wat ook de collega's voor mij hebben besproken: de lastenverlichting. De lastenverlichting in de richting van inwoners in het algemeen en ondernemers in het bijzonder. Onze hele samenleving wordt getroffen door het minder waard worden van geld en door andere, hoge energieprijzen. En daarnaast zien we ook dat de belastingdruk in Zeist komend jaar fors oploopt. De VVD heeft hart voor al die mensen die hierdoor in de knel zijn gekomen. Dat zijn uitdrukkelijk de minima. Ik benoem dat toch maar even, want een van onze uitgangspunten als liberalen is sociale rechtvaardigheid, maar ook de mensen met een inkomen daarboven en ook zeer nadrukkelijk de middengroepen. Ik stel uitdrukkelijk dat de rijksoverheid hier de belangrijkste taak heeft, want gemeenten mogen immers niet aan inkomenspolitiek doen. Maar dat neemt niet weg dat we als gemeente wel aan de lastenkant maatregelen kunnen nemen waar de meeste inwoners van de gemeente Zeist van profiteren. In het licht van de toenemende belastingdruk roept de VVD het college richting december, en ik verwijs naar de passage 'Stelpost effecten samenleving' in de al voornoemde Raadsinformatiebrief 2225, op tot effectieve verlichtingsmaatregelen, waardoor inwoners en ondernemers meer geld in de portemonnee overhouden om deze onzekere tijden tegemoet te treden. En graag nog even hier op dit punt een reactie van het college.
En voorzitter, de VVD zou de VVD niet zijn als ze zich geen zorgen zou maken om de problemen van ondernemers op dit vlak. Het kan voor de VVD niet zo zijn dat in de kern gezonde ondernemingen, maar ik wil hier ook verenigingen uitdrukkelijk bij betrekken, door aanhoudend te hoge energieprijzen zouden omvallen. We hebben tijdens de lockdown vanwege corona gezien dat er maatregelen mogelijk zijn om een crisis te beteugelen en die ondernemingen en verenigingen voor omvallen te behoeden. Ik hoor graag vanuit het college de bevestiging dat ook in deze tijd die maatregelen zullen worden gebruikt en dat maatregelen die in het coalitieakkoord zijn opgenomen worden verbreed. Naast het pand kan ook de bedrijfsvoering worden verduurzaamd. Hulp bij het vervangen van oude, energieverslindende apparatuur door bijvoorbeeld zuinige ovens, conseiller et cetera. Graag hierop ook een reactie. En dat kunnen we overigens ook betrekken bij het actieplan wat collega Van Nieuwstad hiervoor in zijn betoog, meen ik, in een antwoord op een vraag heeft genoemd.
Dan voorzitter, een punt wat ik eerder benoemde: de toenemende ontevredenheid in de samenleving. Had ik het zojuist over de goede samenwerking in deze raadszaal, maar buiten de raadszaal neemt de ontevredenheid wel toe. Wij stellen vast dat in toenemende mate geluiden zijn te horen die verkondigen dat Zeist op slot moet. Niet meer inwoners in Zeist, 'groen is ons goud' en daar mag niet aan geknabbeld worden en mag dan ook nauwelijks meer worden gebouwd. En cynisch voeg ik daar dan aan toe, en vooral niet in de eigen voor- en achtertuin, NIMBY. En wat ons betreft gaat dat voorbij aan twee belangrijke feiten. Ten eerste, de groei van de Nederlandse bevolking die doorgaat en waar we in de Zeister gemeentepolitiek geen invloed op kunnen uitoefenen, maar waar we wel mee te maken hebben. Moeten we dan helemaal geen ruimte scheppen voor deze extra groep nieuwe Nederlanders? En ten tweede, dat we met een dergelijk uitgangspunt geen verhaal hebben als we spreken met starters op de woningmarkt, senioren die willen doorstromen naar een meer passende wooneenheid. En last maar zeker niet least, de ruggengraat van onze Zeister samenleving: mensen die werken in zorg, in openbare orde en veiligheid en onderwijs, hardwerkende mensen met een middeninkomen die hier geen passende woonruimte kunnen vinden. De VVD verzet zich dan ook krachtig tegen het op slot gooien van onze mooie gemeente. Uiteraard zetten wij ons in voor biodiversiteit, voor het behoud van het groene karakter van onze verschillende kernen. Maar een keihard 'nee', ik zou bijna zeggen 'niet', maar dat ligt gevoelig in deze tijd, tegen groei en bouwen zullen wij nooit accepteren. En in dit licht zijn wij dus ook tegen een verbod op boskap.
En tot slot voorzitter, nog twee kleine punten bij de afsluiting van ons raadsseizoen bezochten wij het Veteranen Search Team. De organisatie die onmisbaar is geworden bij het opsporen van vermiste personen, en daar waren we stil van. We spraken af daar dat we via landelijke lijnen als politieke partijen gaan kijken of we deze organisatie structureel een handje kunnen helpen. Bij deze de oproep aan de collega's om hier nog eens even nader overleg over te hebben en aan het college het verzoek om toch eens te kijken of we daar niet een kleine subsidie jaarlijks aan zouden kunnen toekennen. En bij de in mijn ogen zeer succesvol verlopen avond over organisaties in het centrum werd duidelijk dat de subsidie voor het Leger des Heils 650 euro bedraagt. En dat vindt de VVD ongelooflijk laag. Vraag is aan het college of we hier ook iets aan kunnen doen, gezien de belangrijke functie in het sociaal domein die het leger nu eenmaal vervult. Dank u wel voorzitter.
Dank u wel, voorzitter. Om te beginnen, complimenten voor de heer Van Splunter voor zijn bijdrage aan dit debat. Ik moet zeggen dat ik ook onmiddellijk gecharmeerd ben van de gedachte dat er meer aandacht moet uitgaan naar het zo belangrijke werk van onze wijkmanagers. Zij zijn de ogen en oren van onze samenleving. Ze doen fantastisch werk en iedereen die hen een beetje kent en aan het werk ziet, weet hoe belangrijk ze zijn voor de gemeente als geheel. Dus ik wil daar helemaal in meegaan om daar meer aandacht aan te besteden.
Misschien kan de heer Van Splunter een tipje van de sluier oplichten. Hij kondigde een motie aan, zowel voor boa's, wijkboa's als voor wijkmanagers. Ik ben wel benieuwd of hij daar iets meer over kan vertellen, om te kijken of wij precies op dezelfde lijn zitten. En dan hebben we het natuurlijk ook over de begroting. Ja, als je het over de begroting hebt en als je met de VVD praat over de begroting, dan moet je natuurlijk ook het woord 'dekking' gebruiken. Dus die vraag wil ik daar ook bij stellen, en die vraag stel ik dan ook maar meteen: als het gaat om het verhaal van de lastenverlichting, heeft u daar dan ook een dekkingsvoorstel bij? Dank u wel, voorzitter.
Laten we beginnen met het laatste punt, voorzitter. Ik heb expliciet verwezen naar wat er in december op ons afkomt, en in de circulaire die we dan zullen ontvangen, wordt ook dekking aangegeven. Uiteraard moet dit tegelijkertijd gebeuren, dat spreekt voor zich. En dank voor uw vraag over de wijkmanager, want dat geeft mij de gelegenheid om nogmaals te benadrukken wat voor helden zij zijn. Daar ben ik volledig met u eens.
Ik wil graag nader bekijken, want in het coalitieakkoord hebben we vooral aandacht besteed aan de jeugdboa's. Maar ik constateer toch dat de wijkmanagers vaak niet weten waar ze moeten beginnen met het waardevolle werk dat ze al doen. We moeten dus onderzoeken hoe we dit kunnen ondersteunen met passende dekking, misschien niet met deze begroting, maar wellicht op een iets langere termijn. Dit geeft het college de gelegenheid om op het juiste tempo voorstellen te doen.
Dank u, voorzitter. Ik denk dat we op dit onderwerp heel goed samen kunnen werken.
Hartelijk dank voor uw bijdrage, zei ik. Ik heb eigenlijk een soortgelijke vraag als mijn voorganger. Ik werd getriggerd door het woord 'veiligheid', wat ik beschouw als een groot goed, of het nu gaat om de daadwerkelijke veiligheid of het gevoel van veiligheid. Ik ben zeer benieuwd naar de uitwerking, want als u zegt dat er meer boa's bij moeten komen, zoals de boa's die nu worden ingezet en die om 6 uur naar huis gaan, vraag ik me af of u ook denkt aan boa's die 24 uur per dag ingezet kunnen worden. Kunt u daar wat meer over vertellen?
Wat ik heb begrepen, is dat er al aan gewerkt wordt en dat het college al kijkt naar mogelijkheden om boa's langere diensten te laten draaien. We hebben hierover ook al informatie van het college ontvangen. Hoe dat precies in elkaar zit, heb ik op dit moment niet helemaal scherp. Maar mijn opmerkingen gingen voornamelijk over de onrust op de Steijnlaan, ook in relatie tot het proefproject met kentekenregistratie dat ik graag gerealiseerd zie. Ik ben van mening dat handhavers van openbare orde en veiligheid daarmee meer mogelijkheden krijgen om verdachten aan te pakken.
Ja, duidelijk. Maar het gaat er nu om, zeg maar, dat u zich concentreert op een aantal problemen of kernpunten waar de problemen ontstaan. Het gaat er echter ook om dat alle inwoners van Zeist zich veilig kunnen voelen, in hoeverre zij met behulp van of met inzet van boa's dat kunnen. Er hoeft nog niet direct iets groots aan de hand te zijn, maar het is belangrijk dat zij erop kunnen vertrouwen dat, als er iets is, men een bepaalde hulporganisatie kan inroepen met de vraag: "Er gebeurt hier iets, kan er iemand komen kijken?" En dat draagt bij aan het algehele gevoel van veiligheid in Zeist. Daar doelde ik eigenlijk een beetje op.
Dank voor die vraag, want het geeft mij de gelegenheid om te vertellen dat ik zelf vorig jaar nog aan de bel heb moeten trekken bij de politie vanwege iets dat in mijn persoonlijke levenssfeer gebeurde. Ik ben buitengewoon aangenaam verrast over hoe de politie dit heeft aangepakt en hoeveel aandacht er aan mijn zaak werd besteed. Dat moet zo blijven. Ik wil de politie vanaf deze plaats dan ook uitdrukkelijk bedanken voor hun geweldige werk hier in Zeist. De gebeurtenissen op de Steynlaan zijn geen kleinigheid; dat is echt een ernstige zaak. Gelukkig is dit niet overal in Zeist het geval, maar ik heb de indruk, ook op basis van de informatie die ik heb, dat de politie op andere plekken ook met dergelijke problemen te kampen heeft. Dat geeft des te meer reden om hier goed naar te kijken en te onderzoeken waar we de aanpak nog verder kunnen versterken.
Dank voor uw antwoord. Het is zeker niet mijn bedoeling om de situatie op de Stijn Laan te bagatelliseren, maar als je naar heel Zeist kijkt, dan is het relatief natuurlijk. En dat doet niets af aan het ongemak en het vervelende gevoel dat de mensen die daar wonen ervaren, zoals we ook in het politieke spreekuur hebben mogen aanhoren. Het gaat mij er meer om dat we moeten kijken, denk ik, en dat we moeten weg blijven van het proberen incidenten op te lossen. Maar dat we moeten streven naar een breed gevoel van veiligheid dat handen en voeten krijgt, daar doelde ik dus op. Ja, dat onderschrijf ik zeker ook. En dan zijn we het meteen eens, dank u wel. Dank, Annie.
Dank u wel, Voorzitter, en dank aan de VVD voor de mooie bijdrage. Het is een belangrijk punt. We zijn erg blij met wat er gezegd is over het Leger des Heils en het voorstel om hen wat extra steun te geven. Dat is iets wat wij ook hebben opgemerkt; zij zijn altijd zelfvoorzienend geweest, maar dit jaar hebben ze het toch wel erg moeilijk. We vinden het ook een heel mooi voorstel om het onderzoeksteam iets extra's te bieden. We vragen ons echter wel af of er ruimte is in de begroting, die toch niet al te ruim is. Laten we eens kijken.
Betreffende het Rescue team kan ik heel kort zijn: dat moeten we op landelijk niveau organiseren. Ik heb hierover ook al met collega Van Voorden gesproken toen wij er waren, en we hebben bepaalde ideeën over hoe we dit zouden kunnen aanpakken. Maar ik dacht bij mezelf, voordat ik hierheen ging, dat ik het wel moest vastspijkeren. Het is leuk om daarheen te gaan en een mooi verhaal te houden voor die mensen. Maar als ik het hier bij de beschouwingen zeg, dan heeft iedereen het gehoord, en dat geeft de raad ook nog eens een flinke stok achter de deur om ons echt sterk te maken voor hen. Het zou leuk zijn, denk ik, en in de plooien van de begroting is het denk ik wel te regelen dat we in ieder geval symbolisch ook vanuit deze begroting iets kunnen doen.
Dus dat is mijn vraag in die richting, en wat betreft het Leger des Heils: dat vond ik zo'n boeiend verhaal dat we daar kregen, omdat ook nog eens duidelijk werd welke middelen er bespaard worden door de inzet van het leger op het gebied van het sociaal domein. Ze vangen ontzettend veel op; zij sturen niet iedereen door naar het gemeentelijke loket, maar alleen de mensen die het echt nodig hebben. Dat is met geen geld te betalen, hoe zij dat op dit moment doen. En dat krijg je dus te horen. Voor dat stukje van de uitvoering van de werkzaamheden van het leger krijgen wij €650 per jaar. Toen schaamde ik mij als raadslid, en ik was blij dat we ermee geconfronteerd werden. Het werd ook gedeeld, zodat meerdere raadsleden van verschillende partijen zeiden: "Laten we daar eens naar kijken, want dat kan zo niet."
Bent u het daarmee eens? Daar ben ik het ook helemaal mee eens. Heeft u ook een punt? Maar wat mij betreft, valt dat nog helemaal weg. Natuurlijk, het is belangrijk. Ze moeten daar ook op een goede manier kunnen parkeren, gezien al het goede werk dat ze daar verrichten. Maar wat mij betreft, valt dat toch voor een groot deel in het niet bij het substantiële deel van de werkzaamheden die ze op dit moment verrichten voor het sociaal domein. Ja, daar moeten we...
Laten we hier eens goed naar kijken. Ja, daarom benadruk ik dit ook juist, omdat wij vinden dat extra steun aan die kant heel wenselijk is. En wij denken graag met u mee. Dank u wel, dank u wel.
Ja, dank u wel, voorzitter, en ook vanuit mijn kant alle complimenten voor het betoog van de heer Splinter. Ik denk dat we ons op heel veel onderdelen zeker kunnen vinden. Waar ik nog wel een vraag over heb, betreft het verhaal over de buitengewoon opsporingsambtenaren (boa's). Ik ben vooral benieuwd naar het volgende: op het moment dat wij constateren dat het niet goed gaat of dat er meer aandacht nodig is voor veiligheid in wijken en straten, en als daar boa's voor nodig zijn – begrijp me niet verkeerd – dan vindt u mij aan uw zijde om die ook in te zetten. Maar dat geeft eigenlijk aan dat we te maken hebben met een veiligheidskwestie die dieper ligt dan alleen het bestrijden door extra boa's in te zetten. Waar ik vooral naar benieuwd ben, is hoe we met elkaar ervoor kunnen zorgen dat we juist minder boa's nodig hebben en toch het veiligheidsgevoel hoog kunnen houden in onze samenleving. Hoe kunnen we daarmee omgaan? Ook in het kader van preventie, laat ik het zo stellen.
Nee, maar ik ben blij met deze vraag omdat het mij de gelegenheid geeft aan te geven dat de structurele oplossing voor de overlast van jongeren, zoals die op de Steynlaan speelt, natuurlijk niet alleen in handhaving ligt. Het gaat erom de jongeren beter op te vangen, zodat ze uiteindelijk een beter bestaan kunnen opbouwen. Er moet iets gebeuren op het gebied van het creëren van een jeugdhonk of vergelijkbare voorzieningen. Mijn collega Gosman heeft hier ook iets over geschreven, als ik me niet vergis, in de inleiding van zijn vragenserie. Wat dat betreft zitten we op dezelfde golflengte en streven we naar een structurele oplossing. Zou het dan ook een idee zijn om bij de verdere uitwerking hiervan niet alleen te kijken naar hoe we het veiligheidsgevoel kunnen vergroten, maar ook dit onderdeel meteen samen met de samenleving aan te pakken? Wat mij betreft, kan ik daarin meegaan.
Dank u wel, Voorzitter. Ik heb twee vragen voor de heer Van Splunter. De eerste vraag is misschien nog even in het verlengde van het onderwerp dat de heer Boutahar ook aankaartte. Ik denk niet dat je er bent met alleen een jeugdhonk. Ik ben namelijk van mening dat het probleem veel fundamenteler is en het doet mij denken aan oude discussies over de Dorpsstraat in het verleden. En volgens mij bevinden we ons in een soort déjà vu, alleen op een andere plek in Zeist, en dat vraagt om een zeer strikte aanpak en een goede samenwerking met de bewoners. Want daar wonen nog veel meer mensen dan we destijds in de Dorpsstraat hadden. Maar mijn vraag, in het verlengde hiervan, is: wat denkt u te bereiken met kentekenregistratie? Wat zou dat daar kunnen bijdragen?
Nou ja, even voor de duidelijkheid. Stel je voor dat je op het moment dat je het kenteken registreert, sneller bij een verdachte die overlast veroorzaakt kunt zijn, dan kun je, denk ik, zo iemand makkelijker in de kraag vatten. Maar...
Maar u heeft waarschijnlijk ook dat filmpje gezien van het brommertje en de man die daar bejegend werd. Nou, daar helpt geen kentekenregistratie bij. Dus ik denk dat het heel belangrijk is om naar een totaalaanpak te kijken in plaats van maar ad hoc iets te zeggen. Ik denk dat als we kentekenregistratie invoeren, we niet automatisch het ei van Columbus hebben uitgevonden. Maar dat is slechts één idee.
Als ik het nog even mag aanvullen, ik heb echt het idee dat op het moment dat kentekenregistratie in beeld komt, je makkelijker bij de dader kunt komen. Ik gaf net in mijn betoog aan dat twee ondernemers mishandeld en bedreigd zijn. Ja, uiteindelijk hebben, mede door het snelle optreden, de politie en boa's, en trouwens ook de wijkmanager die daar een goede rol in speelde, de daders kunnen aanhouden. Dat betekent dat het nu makkelijker wordt om hen aan te spreken op het moment dat er weer iets gebeurt. Ze zijn nu in beeld, wat handhaving en optreden vergemakkelijkt.
Ik snap het, maar ik denk ook dat we aan de privacy van bewoners en andere mensen moeten denken. Dus volgens mij is het een totaalpakket en ik laat het wat mij betreft graag bij het college liggen om daar met een goed voorstel te komen, in plaats van dat wij zeggen dat ze met X of Y moeten gaan werken. Maar los daarvan, want volgens mij is dat punt helder, en uiteindelijk zijn we, ook wij als CDA, bezorgd over wat daar gebeurt.
Ik ga nu over naar een belangrijk onderwerp. Vindt u, nou, dit was ook belangrijk natuurlijk, maar ik wil het hebben over lastenverlichting. Ik hoor u daarover praten en ik hoor u eigenlijk helemaal niets zeggen over hoe u aankijkt tegen de OZB. Ik hoor u niet antwoorden op mijn vraag die ik heb gesteld: wilt u met mij meedenken over bijvoorbeeld een huisvestingsvergunning, of hoe we dat niet wat makkelijker kunnen maken? Eenvoudiger, zodat de huursubsidie niet eerst voor vier maanden naar de gemeente gaat. En ik heb u eigenlijk alleen horen zeggen van: "Nou, in december komen de voorstellen en dan gaan we kijken wat we gaan doen." Waarom komt u nu niet met voorstellen?
U gaat met mij mee, voorzitter, want we bevinden ons nu in de discussie over appels en peren. Dit is iets heel anders, natuurlijk. Op dit moment staat Rome in brand, en daar ben ik het ook wel mee eens. Maar ik vond juist het evenwicht in de raadsinformatiebrief, die we gelukkig vandaag nog van de griffie hebben ontvangen, heel mooi. Er wordt aangegeven wat er op dit moment op rijksniveau allemaal gebeurt. Ook wordt aangegeven wat het college vanuit de gemeente kan doen. En dat is, denk ik, al veel meer dan wij aanvankelijk wisten voordat we aan deze discussie begonnen. Er is al meer mogelijk dan wij als Raad wisten voordat die brief uitkwam. Dat neemt niet weg dat hoe eerder de nood gelenigd kan worden, hoe beter het natuurlijk is. Maar ook daarvoor biedt de brief aanknopingspunten. Op het moment dat de nood echt zodanig is dat omvallen dreigt, kan er ook vanuit de brief voorzien worden. Maar...
Bent u het niet met mij eens dat juist dit het moment is? Het moment om tijdens de bespreking van de begroting die keuzes te maken en duidelijkheid te bieden aan de samenleving, in plaats van de bal vooruit te schuiven. We wachten tot de nood nog erger wordt en dan moeten we eigenlijk pas in de laatste redmiddelen toepassen. Dus ik denk dat het veel beter is dan te zeggen: "We doen het nu even niet. We laten het maar even zo staan en we kijken wel hoe het in december uitpakt als het college komt." Ik denk namelijk dat het college in december met bepaalde gerichte maatregelen komt voor bepaalde doelgroepen. Maar ik heb het hier over een bredere kwestie als het gaat om lastenverlichting, en daar hoor ik u niets over zeggen.
Omdat ik denk dat we het anders zien, wil ik mijn conclusie delen. Wanneer ik de raadsinformatiebrief lees, krijg ik de indruk dat er op dit moment hulp geboden kan worden als de nood erg hoog is. U lijkt echter te denken dat er nu actie ondernomen moet worden omdat zaken op het punt staan om te vallen. Na het lezen van de brief ben ik enigszins gerustgesteld en heb ik het idee dat een beslissing kan wachten tot december. Oké?
Dat is een constatering die vrij gratuit is, want dat hebben we een tijdje geleden al afgesproken en die lijn wordt gewoon voortgezet. En wij zouden kunnen pleiten om toch de OZB te schrappen, want het is best verleidelijk, nietwaar? Maar wij zijn niet horende doof en ziende blind. We hebben hier de ronde tafel gehad en het bleek toen dat er in deze Raad geen enkel draagvlak bestaat, misschien met uitzondering van uw partij, voor het terugdraaien van die OZB-maatregel. Dan kun je ervoor kiezen om Don Quichot te spelen, maar daar hebben wij niet voor gekozen, voorzitter. Voordat...
Deze begroting biedt die mogelijkheid, want we bespreken nu de begroting en we nemen in november een besluit over deze begroting. Dus het is aan u, als VVD, om aan te geven, ook aan uw achterban, of u voor lastenverlichting bent of niet. En ik hoor u het niet zeggen; u schrijft het niet voor, dus u bent blijkbaar niet voor lastenverlichting wat dat betreft. Ja.
Ik vind die conclusie interessant, want als u mijn gehele betoog overziet, dan zult u zien dat ik wel degelijk lastenverlichting zo snel mogelijk gerealiseerd wil zien. Ik heb ook het vertrouwen dat, als je kijkt naar wat er tijdens de coronaperiode is gebeurd, de gemeentelijke overheid op een dergelijke manier zou optreden dat mensen en ondernemers niet omvallen. En dat zal gebeuren vanuit lastenverlichting.
Fluitman is uw keuze, vraag ik mij af, durft u deze keuze nu te maken? Dit is het moment waarop we samen de begroting bespreken en vaststellen. Ja, u stelt hem nu vast zoals hij voorligt. Dus u kiest niet voor lastenverlichting, maar schuift het vooruit; u legt het neer bij het college. U neemt als Raad, als fractie, geen verantwoordelijkheid en wacht gewoon af wat het college voorstelt. Wat dat betreft, hoor ik alleen maar zeggen dat de VVD niet voor lastenverlichting is en de beslissing vooruitschuift. En u, burger, moet maar afwachten wat er gaat gebeuren. Dank u wel.
Ik zou nog kunnen vragen of u hier net zo goed bent als de vragen: bent u vegetariër of onthoudt u zich geheel? Het een sluit het ander helemaal niet uit, dank u.
Geachte voorzitter, ik wil graag een pleidooi houden ter verdediging van de VVD en, jawel, ook tegen het frame alsof je als raadspartij geen verantwoordelijkheid zou nemen als je zegt dat dit niet het moment is om een wijziging in de onroerendezaakbelasting (OZB) toe te passen. Wij geloven hier in een degelijk financieel beleid. Tot nu toe heb ik niemand iets horen zeggen over de stabiliteitscriteria, dus dan doe ik het maar. Wij hebben afspraken gemaakt over hoe wij de begroting samenstellen. Als je kijkt naar de stabiliteitscriteria, dan weten we dat het criterium dat het meest afwijkt van de grens die we zelf hebben ingesteld, de gemiste belastinginkomsten zijn. Dus ik vind het volkomen vanzelfsprekend dat er in deze tijd, en dus ook op dit moment, voor gekozen wordt om de OZB te laten zoals we dat vorig jaar hebben afgesproken.
Ja, voorzitter. Het is interessant wat hier gebeurt. Ik denk dat ik nu een uitleg krijg over mijn vraag die ik in mijn bijdrage heb gesteld: wat is nu 'Samen'? Hier is een voorbeeld van 'Samen': blijkbaar nemen coalitiegenoten het zelfs in het debat voor elkaar op om mij uit te leggen waarom dingen zijn zoals ze zijn, alsof ik het zelf niet al begrepen had. Ik heb het heel goed begrepen. Constatering: deze coalitie gaat vooralsnog niet voor lastenverlichting en schuift het voor zich uit. Burger, in december, misschien gaan ze wat doen. Wacht u rustig af.
Ja, voorzitter, dank u wel. Voorzitter, in deze algemene beschouwing op de begroting 2023 spreekt Nieuw Democratisch Zeist zich uit over de toekomst van Zeist. Dit is in dit opzicht het belangrijkste moment van de gemeenteraad van Zeist, in het bijzonder omdat vandaag misschien wel het begin van een nieuw tijdperk inluidt. Voorzitter, dank voor de gelegenheid te benadrukken dat we leven in een ongekende periode: spannend en ook zeker een angstige tijd. Een tijdperk vol crises die een serieuze aanpak eisen, ontwikkelt zich. Een nieuw gezicht door de veelzijdigheid van de samenleving. Je kunt het ook kleurrijk noemen, het tijdperk van de vele kleuren. We zijn in een nieuwe tijd terechtgekomen met een schakering van meningen, gevoelens en opvattingen, met een veelheid aan politieke partijen, maar ook aan inspraakgroepen. Nieuw Democratisch Zeist juicht die ontwikkeling toe en vindt dat die een goede plek verdient in het democratisch bestel. Dat is het vanzelfsprekende gevolg van de start van het regenboogtijdperk met beleidskeuzes zoveel als oplossingsrichtingen. We spreken vandaag in niet-vanzelfsprekende vrijheid. 2000 km verderop vallen onschuldige slachtoffers; zij vallen voor de vrijheid. Tegelijkertijd wordt van ons een offer gevraagd, en dat offer zouden de sterkste schouders moeten dragen en de minder sterke zullen moeten worden ontzien. In dat licht past terughoudendheid bij de stelpost van 3 miljoen voor de prijsstijgingen voor de gemeentelijke uitgaven, maar in ieder geval met voorafgaande toestemming van de raad bij gebruik door Nieuw Democratisch Zeist, zal straks drie speerpunten voor 2023 voorstellen. Maar eerst zal de waardering uitgesproken worden voor het doortastend optreden van het college. Een half jaar geleden is door de raad tijdens de behandeling van de jaarrekening gevraagd om adequate beleidsindicatoren. Want volgens Nieuw Democratisch Zeist geldt namelijk de doctrine: geen beleid zonder beleidsindicatoren. De manier waarop het college in deze begroting de beleidsindicatoren heeft weergegeven, verdient een groot compliment, te meer omdat het blijk geeft van de wil te luisteren en te handelen, ook op de jaarlijkse verantwoordingsdag. Het buurtbudget en de verbetering van de communicatie ziet Nieuw Democratisch Zeist tot haar groot genoegen structureel terugkomen in het uitvoeringsprogramma van het coalitieakkoord. Ook dat de inwoners en georganiseerde groepen inwoners de aandacht krijgen die nodig is via de wijkvisie. Ja, in een tijdperk van veel kleuren past een vernieuwende democratie. Hier staat Nieuw Democratisch Zeist. Het 14 oktober-incident staat in het geheugen gegrift als een moment waarop inspraakgroepen zochten of er geluisterd kon worden, en de raad gaf niet thuis. Echte medezeggenschap is nog ver weg, laat staan dat je de inwoners eigenaar maakt van de ambities. Nazorg wordt morgen, op 29 november, door de raad geboden, maar voorzorg is gevraagd en niet gekregen. Voorzitter, tijdens de behandeling van de kadernota is gevraagd naar de speerpunten voor 2023. Daarop leek het college niet voorbereid. Gesproken werd over 'beleidsarm'. Nieuw Democratisch Zeist doet daarom voorstellen om drie speerpunten voor 2023 te omarmen: de drie A's - armoede, aarde en afval. Armoede en armoedebestrijding liggen dus voor de hand als aandachtspunt, en in deze begroting wordt armoede slechts twee keer genoemd. De coalitiepartijen uit deze raad hebben opgeroepen tot meer aandacht voor armoedebestrijding in onze gemeente, en het college heeft deze oproep goed verstaan. In de nagezonden brief heeft het college er echt werk van gemaakt in termen van urgentie en noodzaak. De gevolgen van de oorlog waarin ook wij verkeren, maken indringend contact met de minima bittere noodzaak. We zien robuuste en doeltreffende flankerende maatregelen op korte termijn en gestructureerd beleid voor de langere duur. Onder 'aarde' verstaat Nieuw Democratisch Zeist alle onderwerpen die het lokale klimaat aangaan. Zeist kent het visiestuk 'Klimaatbestendig Zeist' van januari 2021, een nogal zuur rapport. Nieuw Democratisch Zeist pleit ervoor opgewekter naar het lokale klimaat te kijken. We kunnen ook hoopvol gestemd zijn. Het lokale klimaatakkoord zou een inspiratiebron kunnen zijn. In onze buurgemeente Driebergen werken ze al mee. 'Heuvelrug doet meer' is een sprankelende uitnodiging om bij te dragen aan het lokale klimaat. En het brengt ons dichter bij de klimaatdoelstellingen. Zo maak je de inwoner mede-eigenaar van belangrijke onderwerpen, denk aan de mogelijkheid voor eigen energie via buurtbatterijen of gedeelde elektrische auto's. Je kunt ze ook een oplossing bieden voor de beperking in het stroomnet. Om inwoners te betrekken bij de daling van de grondwaterstand, kun je het afkoppelen van regenpijpen bevorderen door gebruik te maken van de wijziging in de Gemeentewet: het uitdaagrecht. Het uitdaagrecht is nieuw. Het geeft burgers de optie taken van de gemeente over te nemen, denk aan buurtveegploegen, gezamenlijk bladblazen in de herfst. Helaas worden de megawindturbines weer op de agenda gezet voor 2023 en wordt de ambitie uitgebouwd naar energieleverend. Willen we in een windmolenpark wonen? Over wonen gesproken, er bestaat een woonparadox. Hoe meer je bouwt, hoe groter het woonruimtetekort. Je zou het woonprobleem kunnen oplossen door de woonruimteverdunning tegen te gaan. In 1962 woonden er 3,5 personen in een huis, en dat is nu twee. Dit aantal zal verder dalen. Vele Nederlanders voelen zich in toenemende mate eenzaam, maar gaan wel massaal alleen wonen. Een van de vele paradoxen in de moderne samenleving. Velen koesteren meer dan ooit het recht op privacy, terwijl ze om sociale contacten zitten te schreeuwen. Als meer mensen gaan samenwonen, zijn er minder woningen en energie nodig en wordt minder stikstof uitgestoten. De oplossing zit hem misschien wel in het bijstandsgerechtigden mogelijk maken een maatje in huis te nemen, de ouderen toe te staan een mantelzorger in huis te nemen. Ik hoor ja, en meer bejaardenhuizen bouwen. Zo gaat de druk af van het bouwen in het groen en hoeft er in het stationsgebied niet de hoogte in en wordt bomenkap voorkomen. Over bomenkap gesproken, het college zegt niet, ik herhaal het maar weer, 'Groen is ons goud' en zegt ook niet 'Geen bomenkap meer in ons groen', maar zegt 'Minder bomenkap', en dat is voor Nieuw Democratisch Zeist onaanvaardbaar. Er moet een bomenkapstop komen. Stel een bomenkapmoratorium in voor een periode van 5 jaar. Boswachters van Utrechts Landschap waarschuwen voor het doodgaan van monumentale beukenbomen vanwege watertekort. Grondwater is geen luxe, voorzitter, grondwater is geen luxe, maar bittere noodzaak en verdient bescherming. Hoe staat het eigenlijk met de gesprekken met Vrumona en Vitens? Wanneer wordt ons grondwater echt beschermd? Ik heb nog twee onderwerpen, voorzitter. Voorzitter, het afvaldossier is failliet. Failliet sinds de invoering van het omgekeerd inzamelen op advies van de RMN in augustus 2018, met als ondertitel 'Op weg naar 100 kg restafval', zijn de kosten verdubbeld en heeft het nog geen kilo minder afval opgeleverd. We gaan in deze begroting niet naar 100 kg, we gaan naar 10 miljoen aan kosten voor een gemeentelijke basisvoorziening. Het afvalbeleid van Zeist is dus achterhaald. En de buurgemeente Baarn vindt onvoldoende onderbouwing van de stijgende kosten, zet een stop op uitbreiding van de bedrijfsvoering en ziet zich geconfronteerd met een motie van afkeuring. Baarn vraagt zich af waar de plannen zijn om de kosten beheersbaar te maken. Baarn wacht nog steeds op goede rapporten met prestatie-indicatoren. In een brief van 29 september wordt niet ingestemd met de RMN-begroting 2023. Voorzitter, waarom wordt onze raad niet op de hoogte gesteld van de zienswijze van andere gemeenten in de gemeenschappelijke regeling? Nieuw Democratisch Zeist vraagt om voortaan alle zienswijzen in alle gemeenschappelijke regelingen naar de raad te sturen. En kent het college eigenlijk wel deze zienswijze van andere gemeenten in de gemeenschappelijke regeling? De goede voornemens van omgekeerd inzamelen en de besparingen zijn niet uitgekomen. Het Zeister afvalbeleid is failliet. Er moet per omgaande worden herzien, zoals in grote gemeenten om ons heen is gekozen voor nascheiding. En voorzitter, laten we ook terugkomen op de grofvuilbelasting van mensen die geen auto bezitten, en dat zijn vaak de allerarmsten. We belasten dus de minima voor het ophalen van grofvuil, en de gemeente Zeist geeft een heeft een schommelend beeld laten zien bij dit thema. Eerst wel, dan niet, ook toch weer wel belasten van onze burgers die het grofvuil niet zelf kunnen wegbrengen. Nieuw Democratisch Zeist roept de raad op om de deelbegroting op het afval af te keuren. Varia, tot slot, voorzitter, want Nieuw Democratisch Zeist is aangenaam verrast in het uitvoeringsprogramma van het coalitieakkoord over de doorontwikkeling van het burgerberaad en de start van het burgeramendement. Nieuw Democratisch Zeist is het van harte eens met de begrote bedragen, maar vraagt zich af waarom niet een meerjarenstelpost is opgenomen. Een stelpost kan ook opgenomen worden voor de evaluatie van coronamaatregelen, grondrechten tegenover verordeningen, bijvoorbeeld de sluiting van parkeerplaatsen in de Zeister bossen. Wat heeft die maatregel eigenlijk voor wezenlijk effect opgeleverd? Tenslotte dit: er wordt door onze medewerkers veel thuisgewerkt. De vraag is waarom een investering van meer dan 7,5 ton in meubilair voor het gemeentehuis noodzakelijk is. Laat het bedrag vrijvallen voor de minima, naast de 3,5 ton die inmiddels is vrijgemaakt. Namens Nieuw Democratisch Zeist wordt het college een goede samenwerking toegewenst. En met name wordt aan alle medewerkers en ambtelijke ondersteuning dank uitgesproken voor hun loyale steun. Soms op de achtergrond, maar altijd beschikbaar en aanwezig om het gezamenlijke werk voor onze inwoners uit te voeren. Belangrijk werk, maar vooral dankbaar werk.
Dank u wel, meneer Bredius, die spreekt namens Nieuw Democratisch Zeist. Ik geef het woord aan Ernst van Splunter voor een nabespreking van de algemene beschouwingen van Nieuw Democratisch Zeist. De heer Van Splunter, van de VVD, u heeft het woord.
Voorzitter, dank u wel. Ja, als ik goed naar u luister, wil ik vooropstellen dat ook de VVD tegen het kappen van elke boom is. Te veel is het; hoe minder, hoe beter. Laten we dat vooropstellen. Maar als ik u goed beluister, wilt u dus eigenlijk een moratorium waarbij geen enkele boom meer gekapt wordt, klopt dat?
De vraagstellingen zijn dus het volgende: dat is mijn vraag in tweede instantie, nietwaar? Want in mijn bijdrage ben ik hier al over begonnen. Wat is uw verhaal richting de starters, de senioren en al die mensen die willen doorstromen? Als dat zou gaan gebeuren, dan kunnen we niets meer aan nieuwbouw doen, want dat is natuurlijk zowel de kracht als de zwakte van Zeist tegelijkertijd. We zijn een groene gemeente, en overal waar een nieuw project gepland staat, is er wel een boom die moet sneuvelen om het grotere belang te realiseren. Wat is uw verhaal tegen die starter, tegen die senior die wil doorstromen? Wat is uw verhaal richting de verpleegkundige, de onderwijzer, de politieagent die hier wil komen wonen? Ja.
Ja, we hebben de inbreng van de VVD gehoord en hij heeft een heel andere visie. Dus op zich is het een goede vraag, maar wat Nieuw Democratisch Zeist veel belangrijker vindt, is de achtergrond beschouwen. Wat ligt er nou ten grondslag aan die woningvraag? Ik heb gewezen op de woonruimteverdunning. Daar gaat de vraag niet over, maar ik wil de oplossing nog wel een keer herhalen. Als we de vraag stellen: in 1962 woonde er gemiddeld 3,5 persoon in een huis, nu is dat twee. Vervolgens heb ik een serie aan oplossingen geboden. Ik had er nog wel meer kunnen aangeven, voorzitter, als daar de vraag over was gegaan. Dan was er duidelijkheid gecreëerd. Maar ja, de VVD heeft een eigen inbreng en dit is de inbreng van Nieuw Democratisch Zeist.
In Zeist stel ik vast, voorzitter, dat de heer Bredie de persoonlijke levenssfeer van de mensen die nu benoemd worden, wil beïnvloeden. Hij koestert de hoop dat hij dit op die manier kan doen. Ik zou zeggen dat dit een mooie droom is, maar ik denk niet dat deze uit zal komen. De sociaaldemografische situatie in Nederland is momenteel volledig anders. De markt vraagt om andere soorten huisvesting. Maar goed, het is duidelijk dat u daarop mikt. Echter, het verhaal dat u richting de groepen die ik net noemde heeft gehouden, is volstrekt waardeloos.
Het betreft hier een lang verhaal van de vraagsteller namens de VVD. Echter, concreet wordt er niet gecommuniceerd, zoals het in de lucht tekenen van '110'. Waarover gesproken is, is een oplossing die ook geboden wordt. We kunnen over cijfers spreken: de VVD wil samen met het college realiseren dat er 4000 woningen worden gebouwd. Bouwen is ook mogelijk in de visie van Nieuw Democratisch Zeist, zowel voor de eigen inwoners als voor mensen die sociaal betrokken zijn bij de gemeente. Er komt nieuwe wetgeving aan, dus in alle opzichten wordt er gewerkt om bouwen mogelijk te blijven.
Voorzitter, dank u wel. Meneer Bredie, dank voor uw betoog. Ik heb een vraag waarover ik graag even met u wil brainstormen. U sprak over de RMNP. Ik deel uw mening over de zorgen die daar zijn, maar er is een vraag die binnen onze fractie brandend is, en die ook leeft onder onze inwoners. Is het zo dat u stelt dat de hogere kosten het gevolg zijn van verkeerd handelen onzerzijds? En zoals Barend er inderdaad op wijst, is dat toch wel een perspectief dat verschilt van dat van een van de partners. Deelt u de mening dat de kostenverhogingen waarover we spreken, en die we deels aan onze inwoners moeten doorberekenen, mede het gevolg zijn van alle naheffingen en opgelegde kosten vanuit het rijk? Ik zou graag uw mening hierover horen en of u die mening deelt.
Voorzitter, nee, die mening deel ik niet. Aanvankelijk was dat inderdaad aan de orde. Ging het om de verbrandingsbelasting? Maar we lezen in de brief van de gemeente Baarn aan de raad dat het ook gaat om het inzichtelijk maken van de opbouw van de kosten, die verbeterd moet worden. De financiële huishouding van de RMN moet op orde gebracht worden. En ja, het komt er dus op neer dat het niet duidelijk is waaruit die kosten bestaan. Ze zullen grotendeels uit belastingheffing van het rijk bestaan, maar er zijn ook andere kostenposten waarover vragen zijn gesteld door de raad op 29 september. We hebben gezien dat de begroting met 3,3 miljoen stijgt. We weten uit eerdere jaren dat er grote problemen waren bij de jaarrekening en dat de directeur daar problemen mee heeft ervaren. Ja, door de begroting met 3,3 miljoen op te hogen voorkom je wel veel problemen, maar uiteindelijk ligt dit wel op het bordje van de inwoner.
Dank u, voorzitter. Ik wil graag nog even ingaan op uw opmerkingen over het omgekeerd inzamelen. Ik hoorde u in een eerdere bijdrage zeggen dat, als u een probleem noemt, u ook de oplossingen erbij moet noemen. Als u voorstelt om het omgekeerd inzamelen terug te draaien, dan kunnen we niet anders dan ook alle rolcontainers die we nu hebben aangeschaft bij het grofvuil zetten. Dan kunnen we concluderen dat we alle investeringen van de afgelopen vier jaar voor niets hebben gedaan. Stelt u nu voor om ook de afvalstoffenheffing te laten dalen? Want dan lijkt uw voorstel om te stoppen met omgekeerd inzamelen niet de goedkoopste en financieel beste optie op de korte termijn. Hoe kijkt u daar zelf naar?
De vraagsteller, namens de ChristenUnie-SGP, geeft een goede reactie op dit punt, want het gaat om de korte termijn. Op de langere termijn is het natuurlijk wel de oplossing, en we zien dat grote gemeenten voor deze oplossing hebben gekozen, namelijk nascheiding. Ja, het zit ook wel een beetje in de inwoner, namelijk dat het ingewikkeld is om de plastics uit elkaar te houden en in de juiste container te gooien. Daar zit eigenlijk de crux. Computers doen dat beter, vandaar ook dat nascheiding de oplossing is. We zijn in Omrin Heerenveen geweest, dat was 4 jaar geleden. Nieuw Democratisch Zeist betoogt dit al langer dan 4 jaar, en we kwamen daar buitengewoon opgewekt vandaan. Maar we kregen, laten we zeggen, geen positieve gevoelens van deze raad, noch van het college. Dus doen we nog één keer een poging, omdat we zien dat de financiële gevolgen aanzienlijk zijn, namelijk met 3,3 miljoen gegroeid.
Nou, dank u wel. Ja, u zegt terecht dat het bij grote gemeenten langzaam wordt teruggedraaid. Ik denk dat dat ook de kern is van het verschil tussen een grote gemeente en Zeist, hè? Dat wij de ruimte hebben in onze openbare ruimte om juist wel die nascheiding goed in te richten en in het straatbeeld te zorgen dat het voor mensen bereikbaar is. Dus ik denk dat het voor mensen die meeluisteren en denken: "Die meneer, meneer Bredie, zegt hele verstandige dingen," het ook goed is dat ze dit in hun achterhoofd houden en dat het dus voor de korte en de wat middellange termijn, dus de komende vijf à tien jaar, zeker niet verstandig is om met uw keuze mee te gaan. Dat is wat ik even tegenover heb willen stellen.
Ja, voorzitter, ik heb geen jaren genoemd als woordvoerder namens de ChristenUnie. De SGP spreekt over 5 tot 10 jaar. Op de korte termijn, in de ogen van Nieuw Democratisch Zeist, is één tot twee jaar. Na 3 jaar zullen we de positieve gevolgen van dat andere plan, die andere manier van inzamelen, zeker ervaren. En dan zal er echt wel een voordeel ontstaan.
Dank u wel, voorzitter. Volgens mij heb ik vandaag een nieuw woord geleerd: woonruimteverdunning. En ik heb, geloof ik, goed begrepen van meneer Bredius dat hij daar niet zo voor is. Hij ziet liever woonruimteverdikking, maar dan denk ik: hoe dan? Ik heb hem natuurlijk wel het voorbeeld horen noemen van mantelzorgers, maar daar kan veel mee, hè? Er kan sprake zijn van groepswoningen, je kunt een woning splitsen. Als je een woning huurt en je verzorgt iemand, kun je worden bijgeschreven als medehuurder, zodat je kunt blijven als degene voor wie je zorgt overlijdt. Maar u heeft het, denk ik, over iets anders. Wat wilt u precies bereiken? U wilt niet zo heel veel bouwen, dus dat vind ik ook nog wel lastig. Maar stel dat u dan een plekje vindt waar geen boom staat en waar u kunt bouwen. Wilt u dan zodanig bouwen dat er kleine wooneenheden zijn met bijvoorbeeld gezamenlijke keukens en woonkamers? Noem maar op, want hoe wilt u het bereiken? Want ik denk - en misschien is het voor de PvdA wel gek om dat te zeggen - dat het behoorlijk de persoonlijke vrijheid aantast.
Ja, kijk. Als wij de echte oplossing zouden hebben, dan zouden we hier niet staan, maar dan zouden we in het andere vak zitten. Dan zouden we de uitvoering ervan ter hand nemen. Wat van deze kant geprobeerd wordt, is suggesties aan te voeren waarvan je zegt: "Hè? Grip, daar hebben we als Raad nog niet aan gedacht, want ik kom het nergens tegen." Ik kom het in de Volkskrant van 6 oktober dit jaar tegen, maar ik kom het niet in de politiek tegen. Het is een oplossing en hoe de uitvoering ervan eruit moet zien, ja, dat ligt bij de uitvoeringsinstantie.
Dank u wel, Voorzitter. Het is interessant dat u nu zelf bij de beantwoording aangeeft het antwoord niet te weten, terwijl u mij net bevroeg en zei: "Als je iets beweert, moet je ook met de oplossing komen," maar die is er dus blijkbaar niet. Ik heb een heel concrete, simpele vraag: wilt u bouwen in Zeist, ja of nee?
Ja, de fractievoorzitter van het CDA heeft niet goed geluisterd, want we hebben drie mogelijke oplossingen aangeboden. Ik wil ze nogmaals herhalen, voorzitter, maar wilt u bouwen? Een simpel 'ja' of 'nee' is voldoende voor mij. U wordt geacht een antwoord te geven. Als u het geduld kunt opbrengen om mijn eerste reactie af te wachten, dan kan ik daarop reageren. Kan ik ook reageren op deze interruptie? Namens Nieuw Democratisch Zeist heb ik gezegd dat de oplossing er misschien wel in zit om bijstandsgerechtigden de mogelijkheid te bieden een huisgenoot te nemen, ouderen toe te staan een mantelzorger in huis te nemen, en meer bejaardenhuizen te bouwen. Dat is de oplossing, want zo verlichten we de druk op het bouwen in het groen, hoeft er in het stationsgebied niet de hoogte in gebouwd te worden en wordt bomenkap voorkomen. Voorzitter, degene die goed geluisterd heeft, had dit kunnen weten. Wordt er gebouwd in Zeist, voorzitter? Ik ben nog steeds bezig met het geven van het antwoord. Het antwoord is ja, er wordt ook in de visie van Nieuw Democratisch Zeist nog steeds gebouwd.
Dat is een helder antwoord. Ja, er wordt gebouwd, en dan mag ik aannemen dat u dat niet alleen met bejaardentehuizen wilt doen, maar ook voor andere doelgroepen. Is dat een juiste constatering? Alle...
Alle doelgroepen worden aangesproken, aangezien er namens het nieuwe democratische Zeist gesproken wordt over de diverse samenleving. We hebben het net over het regenboogtijdperk gehad en inderdaad, er zal voor elke inwoner de mogelijkheid zijn om in Zeist te wonen.
Ja, we wonen goed, dat constateer ik aan wat ik hoor. U zegt dat Zeist nieuw en democratisch is en dat er veel wordt gebouwd in Zeist voor alle doelgroepen. Dat hoor ik u zeggen. Dan stel ik u de tweede vraag, en die gaat over de oplossing. Kunt u mij drie locaties noemen waar u van plan bent om in de komende drie jaar te gaan bouwen? Ja?
Ja, voorzitter, het is een buitengewoon goede vraag. Uitstekend, zou ik zeggen. Kijk, als ik het antwoord op die vraag wist, voorzitter, en ik had het antwoord al gegeven, dan had ik hier niet gestaan, maar had ik daar gezeten. En ja, voorzitter, degene die de vraag stelt, kent de klappen van de zweep, want hij heeft zelf in dat vak gezeten, dus hij weet het antwoord op deze vraag.
Dank u. Soms moet je het doen met de antwoorden zoals ze geformuleerd worden, dus dat is een terechte conclusie. Dank u. Ik geef het woord aan Hafid Boutahar, fractievoorzitter van D66. Dank u, heer Bredius van Nieuw Democratisch Zeist.
Ja, dank u wel, voorzitter. We leven in bijzondere en voor velen zware tijden. De nagevolgen van corona zijn nog goed voelbaar en steeds meer mensen leven in armoede. De hoge inflatie en energielasten maken het voor veel mensen, die normaal gesproken goed konden rondkomen van hun inkomen, nu ook lastig om de eindjes aan elkaar te knopen. Een aantal weken geleden hebben wij de directeur van de kringloop bij een ledenbijeenkomst gesproken, en die kwam met een aantal praktijkvoorbeelden van mensen die een goed inkomen hebben, die hard werken en onderaan de streep gewoon niets overhouden en in sommige gevallen zelfs tekortkomen. Dit zijn allemaal zorgwekkende ontwikkelingen en meer dan ooit is het belangrijk dat er een goed vangnet is voor iedereen die het nodig heeft. Want iedereen telt mee en we laten in Zeist niemand in de kou zitten.
Als ik kijk naar het uitvoeringsprogramma, het coalitieakkoord en de begroting, dan zie ik dat dit college er alles aan doet om de inwoners bij te staan in deze lastige tijden. En dat steunen wij ook volledig vanuit D66. Als voorbeeld noem ik de U-pas, die de minimaregelingen toegankelijker en laagdrempeliger moet maken. Ik hoop dat deze ook zo snel mogelijk wordt ingevoerd, want D66 gelooft in gelijke kansen voor iedereen en vooral als het gaat om onze jongeren, dat die alle mogelijkheden krijgen om mee te kunnen doen in onze samenleving.
Voorzitter, de klimaatuitdagingen zijn niet kleiner geworden. De ambitie van Zeist is nog altijd om zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk in 2050, energieneutraal en gasloos te zijn. D66 staat nog volop achter deze ambitie en ziet potentie, maar mist ook uitvoeringskracht. Als het gaat om deze ambitie, zitten er nog veel kansen in het beleid, ook voor participatie vanuit de Zeister gemeenschap. Het is goed om te zien dat hier aandacht aan wordt besteed in deze begroting. Maar tempo vraagt om aandacht en we kijken uit naar bijvoorbeeld een klimaatdialoog. En als ik een suggestie mag doen, voorzitter, dan zou de volgende stap van een burgerberaad bijvoorbeeld een klimaatdialoog kunnen zijn, met de nadruk op het creëren van uitvoeringsurgentie en kracht in en met de samenleving. We moeten daarbij niet wegkijken wanneer het aankomt op decentrale energieoplossingen. Energieopwekking en -opslag lopen namelijk achter en het is belangrijk dat we daar extra urgentie achter zetten de komende jaren. Anders gebeurt er gewoon te weinig. We zagen het ook in de begroting; we zien de plaatjes met de diagrammen dat we echt nog wel achterlopen op die ambitie. We willen meer aandacht voor deze ambitie en de uitvoering van deze plannen. Er is geld, dat zien we in deze begroting, maar er is ook achterstand op de onderhoudsplannen. We moeten gebruikmaken van deze projecten om datgene te doen waar wij als gemeente goed in zijn, namelijk dicht bij de mens staan en het verbeteren van onze leefomgeving. Dus waarom kunnen we die twee niet met elkaar combineren? Ook in het kader van efficiëntie. Voorbeelden om de kwaliteit van onze leefomgeving te verbeteren zijn de aandacht voor herstel van biodiversiteit, het ontstenen van wijken, meer groen in de wijken, meer water om hittestress en droogte te voorkomen, en veilige en vitale wijken met mooie, beweegvriendelijke openbare ruimtes.
Voorzitter, als het gaat om de leefomgeving, moeten we tenslotte niet vergeten hoe belangrijk het is om onze inwoners daar zelf bij te betrekken en hen verantwoordelijkheid te laten nemen. Een vitale wijk is ook een wijk waar inwoners hun betrokkenheid en verantwoordelijkheid voelen en laten zien. Alle plannen voor de realisatie van zaken in wijken en buurten bieden daarvoor een handvat. Zo ook bijvoorbeeld het mobiliteitsbeleid, waar ruim 1000 inwoners hebben meegedacht en ideeën voor hebben ingebracht. En we rekenen erop dat bij de uitvoering de inwoners betrokken worden op een wijze die recht doet aan onze handvatten voor participatie.
Voorzitter, dan de financiële situatie van onze gemeente. We staan er op dit moment beter voor. En het is mooi om te zien dat het degelijke financiële beleid, met behulp van onze inwoners, ertoe heeft geleid dat het financieel beter gaat met Zeist. Echter, om in controle te blijven, is het belangrijk om goed inzicht te houden in de financiële criteria, zoals het weerstandsvermogen, die ook al door een aantal andere mensen is genoemd vandaag. Want voorkomen is beter dan genezen. Ook zijn er zorgen als het gaat om toekomstige risico's. We zien door de hoge inflatie dat de kans op tegenvallers toeneemt. Enigszins ben ik gerustgesteld door de reactie van het college tijdens de rondetafelgesprekken, waarin werd aangegeven dit in beeld te hebben. Maar we hebben allemaal geen glazen bol. We kunnen niet in de toekomst kijken en daarom blijft het van groot belang dat de risico-inschatting zo realistisch mogelijk in beeld wordt gebracht.
Voorzitter, tot slot wil ik benadrukken dat ik heel veel vertrouwen heb in dit college. Ik vind het ook heel mooi om te zien hoe dit college met deze eerste begroting van deze termijn het een en ander heeft uitgewerkt. Ik wens hen heel veel succes bij de verdere uitwerking van deze begroting. Dank u wel, voorzitter. Dank.
Ja, hartelijk dank voor het betoog, met name over de participatie van de inwoners. Dat is belangrijk. Ook draag ik hun belangen een warm hart toe. Ik wil graag iets vragen over een onderwerp dat snel voorbij kwam: deze decentrale energieoplossingen. Zou je kunnen toelichten wat je daaronder verstaat?
Ja, dat kunnen verschillende dingen zijn. Kijk, vanuit D66 sluiten we niets uit. Wij denken dat we alles nodig zullen hebben om ervoor te zorgen dat we onze klimaatproblemen oplossen. Dus decentrale oplossingen kunnen windparken zijn, of zonnepanelen op het dak die energie leveren. Nou, noem maar op. Dat zijn de voorbeelden die er kunnen zijn. Alleen, kijk, wat wij belangrijk vinden is de dialoog. Wij hebben het gezien bij de IAC, we hebben het gezien bij de maaltijd van Zeist, we hebben het gezien in het verleden met de bezuinigingsdialoog die we gevoerd hebben. We hebben heel veel kracht in onze samenleving en ik ben ervan overtuigd, net zoals met alle andere participatie-initiatieven die we hebben genomen vanuit Zeist, dat als je gaat praten met de samenleving en kijkt hoe we bepaalde dingen kunnen oplossen, er hele verrassende oplossingen kunnen komen uit de samenleving waar wij hier met elkaar misschien nog helemaal niet over nagedacht hebben. En dat is eigenlijk het punt wat ik probeer te maken.
Oké, met name het laatste gedeelte: "Samen met de samenleving voorstander." Nee, ik had eigenlijk het idee dat we bij decentralisatie het buiten Zeist zouden plaatsen. We kunnen dus bijvoorbeeld windmolens op de Noordzee plaatsen en dan de energie daaruit betrekken. Hoe denkt D66 daarover?
Niets uitsluiten, dat is eigenlijk het beste antwoord dat ik kan geven hierop. En ik denk dat we alle mogelijkheden die er zijn en die ons kunnen helpen om deze klimaatproblematiek op te lossen, gewoon moeten onderzoeken en omarmen, wat mij betreft.
Dank aan de heer Hafid Boutahar van D66. Ik stel voor om even 10 minuten te pauzeren tot 04:15 uur. We zijn halverwege, dus we pauzeren even 10 minuten en dan geef ik heel graag het woord aan de fractievoorzitter van 6puntnu, want er is er maar één, mevrouw Hannie Roelofsen. Dames en heren, ik heropen de beraadslagingen over de algemene beschouwingen van de begroting voor 2023. We hebben de verschillende fracties al gehad: GroenLinks, CDA, VVD, Nieuw Democratisch Zeist en D66. En nu, na de pauze, zou ik als eerste het woord willen geven aan de fractievoorzitter van 6puntnu, mevrouw Annie Roelofs.
Dank u wel, Voorzitter. Voor ons ligt de begroting voor 2023, een jaar waarin veel van onze flexibiliteit gevraagd zal worden, alweer. Corona staat weliswaar in de wachtkamer, maar de dreiging blijft. We hebben te maken met een energiecrisis en hoge inflatie. Zij is nu maakt zich grote zorgen om alle inwoners van Zeist en speciaal om de bijstandsgerechtigden, onze ouderen en ondernemers. Gelukkig komen er meerdere regelingen vanuit het rijk, maar wat gemist wordt, is de specifieke actie op korte termijn vanuit de gemeente, speciaal voor onze minima. De begroting spreekt immers van een levendige economie. Voor Zeist is een levendige economie gelijk aan een levendig dorp met haar kernen, een levendige samenleving. Met een levendige samenleving hangt bestaanszekerheid nauw samen. Het zal u niet zijn ontgaan: alles is duurder geworden. Met duurdere grondstoffen en stijgende energieprijzen wordt niet alleen het product duurder, maar de consument heeft minder te besteden. Om ervoor te zorgen dat de cirkel van klant naar ondernemer naar klant gesloten blijft, is het nu zaak als Raad om de broekriem aan te trekken en nog kritischer te zijn op de uitgaven die we doen. Zij is nu zegt vaker nee voor ruimte in de portemonnee en stelt voor de lastenverzwaring onder de loep te nemen. Hoe kijkt het college hiernaar?
Veel ondernemers zijn druk bezig de verkregen coronasteun, of een deel hiervan, terug te betalen aan het college dan wel de Rekenkamer. Zij is nu vraagt of er inzake de verleende coronasteun een evaluatie beschikbaar is. Is het geld goed besteed? Woonkansen voor iedere levensfase, ieders portemonnee. Zij is nu kan niet anders dan hier volledig achter staan. De huidige huisvestingswet geeft gemeenten al de mogelijkheid om de helft van de huurwoningen toe te wijzen aan mensen met een economische of maatschappelijke binding. Van die helft mag maximaal 25% voor de eigen inwoners worden gereserveerd. Het streven is dat dat begin 2023 opgehoogd wordt naar 50%. Gaat het college dit daadwerkelijk doen voor onze inwoners?
In de begroting lezen we dat doorstroming in de buurt of wijk gestimuleerd wordt door in te zetten op toegankelijke nieuwbouw en afspraken over toewijzing in geval van sociale huurwoningen. Zij is nu vindt het heel belangrijk dat inwoners die dat willen in hun eigen wijk en/of dorp naar een meer passende woning kunnen verhuizen. Laat ouderen met een gelijke huur overgaan. Dit biedt mooie kansen voor de doorstroming. We willen toch samen die versnellingsactie? Hoe denken we dat te gaan doen? De ambitie is er en er wordt voldoende verkend, maar wanneer wordt er daadwerkelijk doorgepakt zodat er meer gebouwd wordt voor ouderen, jongeren en statushouders? Wat vindt de Raad en het college hiervan? Hoeveel mensen worden daadwerkelijk aangeboden door te stromen, zodat grotere huizen vrijkomen?
Het is de taak van de gemeente om ervoor te zorgen dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. De gemeente geeft ondersteuning thuis vanuit de WMO aan mensen die niet op eigen kracht zelfredzaam zijn. In de begroting zien we dat er jaarlijks tot aan 2026 minder begroot wordt voor WMO. Wij hebben begrepen van de wethouder dat de gemeente vanuit het rijk minder budget gaat krijgen voor de zorg en het welzijn van onze inwoners, onze ouderen en jeugd. Een en ander houdt verband met de aankomende transformatie in het sociaal domein, waarmee de inwoner zelf en met zijn eigen natuurlijke omgeving de oplossing, of een deel hiervan, realiseert. Dit heet mensen in hun eigen kracht zetten, maar dit zou nooit gebruikt mogen worden als bezuinigingsopdracht. Dat is niet in je eigen kracht zetten, dat is iemand aan zijn lot overlaten. Blijft overeind dat de gemeente minder geld gaat krijgen, maar de gemeente bepaalt wel haar eigen begroting. Het is dus een keuze waar de gemeente geld aan uit gaat geven. Een keuze waar wij als Raad inspraak in hebben. Regionale samenwerkingsverbanden hebben laten zien dat de Raad minder of geen zeggenschap krijgt of heeft. Bij de begrotingsvraagstukken ligt het risico juist bij de zorg en het welzijn als dit regionaal wordt weggezet. Wat kan de Raad hier dan nog mee? Zij is nu vindt deze ontwikkeling onwenselijk en roept de andere partijen op erin mee te stemmen dat preventie een vraagstuk blijft waar de Raad over gaat en dat hier in het opzetten van een regionale preventiestructuur rekening mee gehouden wordt. Vragen aan het college hierbij zijn: hoe behoudt de Raad haar rol en verantwoordelijkheid bij het opzetten van een regionale preventiestructuur?
Zij is nu mist in de begroting de optie om opkoopbescherming en zelfbewoningsplicht op te nemen. Hiermee wordt vermeden dat aangeboden koopwoningen bij zogenaamde huisjesmelkers terechtkomen die deze woningen voor vaak hoge kosten verhuren. Wat doet het college hier nu actief mee?
Terugkomend op dat levendige centrum: in de begroting staat dat we verder werken aan concentratie van winkels in het kernwinkelgebied en dat het leegstandsbeleid wordt aangepakt. Heel mooi, maar onze vraag is: hoe? Er is veel geld gestoken in het centrum. Er is gestuurd op veilig fietsen en er is een retailperspectief door de gemeente opgemaakt. We hebben een centrummanager die verbonden is aan Hart voor Zeist, wat gesubsidieerd wordt door de gemeente. De ondernemers vinden de manager weinig zichtbaar. Is dit niet een puntje voor verbetering? Ondanks behoorlijke grote investeringen gaan meerdere grote ketens Zeist verlaten of hebben dit al gedaan. Ligt het aan de lokale lasten of aan de bereikbaarheid? Een rondje over de Slotlaan, Emmaplein en de Voorheuvel laat zien dat er zeker nieuwe ondernemers gevestigd zijn. Hier zijn we heel blij mee. Van de 13 nieuwe ondernemers zijn er 7 non-foodondernemingen. Daartegenover staan er nog steeds 16 panden leeg, klaar om verhuurd te worden aan nieuwe enthousiaste ondernemers. Het aanbod in het MKB zou van Zeist nu wat gevarieerder mogen, denkend aan speciaalzaken. Natuurlijk heeft de gemeente hier niet het laatste woord in, maar zou het college niet een voorbeeld kunnen nemen aan de gemeente Wijk bij Duurstede, die actief stuurt op het aantrekken van succesvolle ondernemers uit de regio? "Kom bij ons een zaak runnen." Dit signaleren wij, en denken wij dat er nog geen reden is de loftrompet te blazen. Huidige en nieuwe ondernemers hebben te kampen met hoge energiekosten. Consumenten hebben minder te besteden. En wat gaat het coronavirus dit najaar doen? Het weerstandsvermogen is van groot belang en wij vinden dat dit snel naar het gewenste percentage teruggebracht moet worden.
Zij is nu vindt mobiel zijn een belangrijk onderdeel van een gezond en rijk leven. Mobiel zijn brengt ons op het werk, bij onze vrienden, naar sport en verenigingen en maakt dat we onze inkopen kunnen doen. Het is daarom heel belangrijk dat er goede en veilige manieren zijn om van A naar B te komen. Renoveren en herinrichten van fiets- en voetpaden is hierin essentieel. Denk aan de stoepen in de oudere wijken en Zeist-West die door boomwortels en eerdere graafwerkzaamheden voor een onveilige situatie zorgen voor onze ouderen. Nog steeds een aandachtspunt? De fietspaden op de Eerste en Tweede Hogeweg, de Slotlaan en Voorheuvel zijn mooi breed, maar niet overzichtelijk. Het is onduidelijk dat het een fietspad is. Het is onduidelijk waar het voetpad begint. Zij is nu pleit voor fietssymbolen op de fietspaden, zodat het voor iedereen duidelijk wordt. Hiermee samenhangend voordeel is dat de Slotlaan ongemoeid blijft en niet weer in een zandbak verandert, wat de ondernemers er nu niet bij kunnen hebben. Wat vindt het college hiervan en gaat u dit als college evalueren?
We vragen hoe het college aankijkt tegen de nachtelijke problemen in de Steijnlaan, met overlast voor de bewoners, en of zij daar samen met de ondernemers verandering in gaat brengen. Veiligheid staat in nauw verband met mobiliteit. In de begroting zien wij grote inzet op preventie, wat zeker een goede start is, vooral bij cybercrime. Echte overlast op straat in alle vormen behoeft meer dan preventie. Helaas zijn ze nu pleit voor meer inzet door boa's. Deze is door het college omarmd en toegezegd. In Vollenhoven is inmiddels met succes een extra buurtboa ingezet en wij zouden graag zien dat er in Zeist-West, het centrum en de kernen ook boa's worden ingezet. Om deze boa's wat steviger in het zadel te krijgen en zonder voorbij te gaan aan de juiste instelling dat veel met praten op te lossen is, stelt zij nu voor deze mensen uit te rusten met pepperspray en een wapenstok. Deze uitrusting is voor de veiligheid van de inwoners en de boa zelf. Zij dragen dit bij zich zodat ze assistentie kunnen oproepen, maar ondertussen wel afstand kunnen houden voor de veiligheid van de ander en henzelf. Hoe kijkt de Raad en het college hier tegenaan? Wij willen hier de motie voor indienen.
Dan heb ik een heel verhaal gehouden en ik heb eigenlijk niet nagedacht over de afsluiting. Ik wil u bedanken. Ik wil u bedanken dat u naar me geluisterd heeft.
Maar dit is de eerste algemene beschouwing van deze fractievoorzitter, nietwaar? Laten we dan ook even laten blijken dat we dat waarderen; dat doen we dus eerst. Is er nu gelegenheid voor mensen om er even over te spreken? En dan geef ik het woord aan Van Splunter van de VVD.
Ja, dank u wel, voorzitter, en mijn complimenten aan mevrouw Wolfsen voor uw bijdrage, die met enthousiasme is gebracht. Ik heb ook geprobeerd zo goed mogelijk te luisteren. Uw tempo lag hoog, dus ik moest ook snel schrijven. Maar ik heb een paar vragen en een paar opmerkingen. Ten eerste begon u over de lastenverlichting. Ja, het lijkt toch een wijdverbreid misverstand te zijn, maar de Raadsinformatiebrief 2020/125 geeft heel duidelijk aan wat er op dit moment al gebeurt: €5,- sowieso op jaarbasis, en dat vier keer, en de geld-terugregeling voor mensen met een inkomen tot 130%. Dat is allemaal lastenverlichting. Ik zie het CDA lachen; waarom weet ik niet, maar misschien zijn ze blij dat ik het nog eens even voor het voetlicht breng. Maar dat zijn echt dingen die er al in zitten, dus daar begint het mee.
Het rekenkameronderzoek naar de coronagelden daar ben ik ook zeer door geïntrigeerd. U heeft kennelijk informatie dat bepaalde zaken niet goed besteed zijn; dat zou ik graag toegelicht zien. Want natuurlijk, als de Rekenkamer zijn nut kan bewijzen, dan is de VVD daar een groot voorstander van. Maar er moet ook echt wel aanleiding zijn, want rekenkameronderzoek legt beslag op heel veel mensen en kost ook veel geld.
En dan was ik wat verbaasd over uw opmerking over de opkoopbescherming, want bij mijn weten hebben wij sinds 1 juni van dit jaar zo'n opkoopbescherming, en die gaat tot €430.000,-. U roept op om dat in te voeren, maar dat is iets wat, zoals ik het zie, wij al hebben.
Dank u wel voor uw vragen. Wat betreft de lastenverlichting: wij overwegen ook de precario mogelijk nog een jaar uit te stellen om de ondernemers op die manier toch wat extra lucht te geven. Zoals ik al zei, moeten zij ook de coronasteun terugbetalen. Wat de coronasteun betreft, heb ik niet geschetst dat er iets verkeerd is gegaan. Ik zou alleen graag willen weten of het goed is gegaan, en daarvoor heb ik de Rekenkamer verzocht om een evaluatie. Wat betreft de opkoop: ja, daar moet ik u gelijk geven. Dat was dan een slip of the pen.
Oké, dank u wel. Dan zijn we er vrij snel mee klaar, hoe we moeten antwoorden. Dus we zitten iets anders in de wedstrijd, maar misschien werpt uw collega Luca daar nog een ander licht op. Ik zit zo in de wedstrijd dat ik echt vind dat er toch wel aanwijzingen moeten zijn dat er dingen niet goed zijn gegaan. En ten aanzien van precario vond ik het ook interessant dat u dat opwerpt, want daar hebben wij juist ook over gediscussieerd in de fractie. Wij zaten ook wel even op die lijn om daarnaar te kijken, maar uit gesprekken met ondernemers bleek dat men daar juist niet zozeer op zit te wachten. Dat zal het verschil niet maken. Een verduurzaming van de bedrijfsvoering daarentegen, zoals het verversen van apparatuur die energie slurpt, dat soort zaken, daar denk ik dat wij elkaar ook in de sfeer van moties goed over zouden kunnen verstaan. Dus daar ben ik blij om. Het is echter wel intrigerend dat ook u met die precario kwam. Maar ja, de informatie die wij van ondernemers hebben gekregen, wijst in een andere richting.
Het is goed om dat te horen. Ik heb inderdaad ook van een ondernemer gehoord die het erg druk heeft met het plaatsen van zonnepanelen. Op die manier wekt hij zelf energie op, waarmee hij in staat is om gasfornuizen en dergelijke af te schaffen. Dit komt omdat er financieel gezien nog veel ingehaald moet worden. Fijn dat we elkaar gevonden hebben. Dank aan de anderen.
Andere nee, voldoende, dankjewel, dank u. Dan geef ik graag het woord aan de fractievoorzitter van de ChristenUnie-SGP, de heer Junior Wassink. Aan u het woord. Dank u wel, voorzitter.
Christelijk-sociaal met hart voor de kwetsbaren in de samenleving, met oog voor groen en milieu en gericht op constructieve samenwerking. Zo heb ik mijn partij geïntroduceerd bij de vorige algemene beschouwingen, en ik vond dat ik die lijn maar gewoon moest doorzetten, want wij zijn niet veranderd in de tussentijd. Dat is de ChristenUnie-SP in Zeist. Zo lezen we ook de begroting voor 2023, waar we vandaag over spreken, en zo wegen wij de verschillende keuzes die gemaakt worden voor het komende jaar. We merken in deze tijd dat de visie van medemenselijkheid en omzien naar elkaar extra belangrijk is. Europa leeft in oorlog; we ontmoeten op straat Oekraïners die de oorlog zijn ontvlucht, en we zien Nederlanders die moeite hebben met het betalen van hun rekeningen door de stijgende prijzen als gevolg van het conflict. Het is goed om te zien dat het college in de afgelopen weken heeft laten zien welke inspanningen zij doet om er voor die mensen te zijn, om regelingen onder de aandacht te brengen die mensen tegemoetkomen in deze tijd, en binnen die regelingen maatwerk te bieden waar nodig. Met de begroting die nu voor ons ligt, doen we ook al een uitspraak als raad over hoe het college daar volgend jaar financieel verder uitvoering aan mag geven. Geld is niet de enige manier om elkaar te steunen in deze tijd. Relaties in de samenleving tussen mensen, binnen gezinnen, in jongerengroepen, bij ouderen, op het werk, bij de sportclub, zijn van cruciaal belang. Al die relaties maken de samenleving; die houden ons overeind als het moeilijk wordt. We kunnen het vandaag dus tot achter de komma hebben over euro's en budgetten. Dat is goed, maar er is veel meer dan dat, en de realiteit is ook dat wij als gemeente het leven niet voor iedereen kunnen maken. Dus we doen met elkaar ons best en we maken goede plannen, maar er is meer buiten onze invloed als gemeenteraad. In het uitvoeringsprogramma dat de afgelopen maanden is gemaakt, staat genoeg ambitie om ons de komende jaren in vast te bijten. Het samen met onze inwoners verduurzamen van woningen en bedrijfspanden, zodat iedereen er warmpjes bij zit en we natuur en milieu beschermen, is er één van. We zien op pagina 5 van het uitvoeringsprogramma dat er onderzoek gedaan wordt naar het invoeren van de Zeistpas, naar het voorbeeld van de U-pas uit Utrecht. Dit stelt mensen in staat de regie over hun leven te nemen en het tegoed dat op die pas staat zelf uit te geven. Ziet het college mogelijkheden om deze pas ook te gebruiken voor duurzaamheidsmaatregelen? Zou dit in het onderzoek dat op pagina 5 wordt aangekondigd kunnen worden meegenomen? En zo niet, kan het college ons laten zien waar zij investeert in het komende jaar om verduurzaming toch een extra boost te geven? We hebben een ambitie en we willen die graag naar voren halen, gezien ook alle uitdagingen die ik net beschreef. Het is een belangrijk onderwerp, ook juist voor de kwetsbaren in de samenleving waar wij ons graag voor willen inzetten. Met het uitstellen van de Omgevingswet ontstaat er lucht om nog eens beter voor te bereiden op de definitieve invoering. Ik heb de indruk dat Zeist zich gedegen heeft voorbereid, dat er verstandige mensen bezig zijn om de juiste dingen te doen. Ik hoor graag van het college wat het uitstel met een half jaar oplevert voor Zeist: is het een welkome boodschap of zitten er nu eigenlijk mensen te balen omdat we eigenlijk wel van start hadden willen gaan? De septembercirculaire kwam deze week bij ons binnen. Dat is een brief die we krijgen vanuit Den Haag over hoeveel geld wij krijgen van het rijk in 2023 en de jaren erna. Voor Zeist levert dit enkele miljoenen per jaar op in de komende jaren. Dat is een heel hoopgevend bericht. Tegelijkertijd moeten we ervoor waken dat we ons nu rijk rekenen met de gestegen prijzen en ook de nieuwe gascontracten die de gemeente wellicht moet afsluiten. In de komende tijd zijn we dat geld dus ook zo weer kwijt. Toch is het extra geld voor de inwoners van Zeist goed nieuws. Ik ben benieuwd om van het college te horen wat zij denkt te doen met dat geld. Na een beleidsarme kadernota in dit voorjaar naar nu een begroting en een uitvoeringsprogramma vol met beleid waar wij als fractie enthousiast over zijn. Het nieuwe college, en vandaag bij de begroting met name natuurlijk ook onze nieuwe wethouder financiën, zit er lekker in en dat biedt vertrouwen voor de toekomst. We willen het college succes wensen met de verdere uitvoering in de komende maanden en het komende jaar, in het vertrouwen dat God met ons is bij al het werk dat wordt verzet door het college, door de ambtenaren, door ons als raad, ten dienste van onze inwoners, zodat we een licht kunnen zijn voor de mensen om ons heen. Dank u wel.
Dank u wel, Voorzitter. Dank voor de bijdrage van de ChristenUnie-SGP. Ik had graag een antwoord gekregen op een van de vragen die ik heb gesteld, en met name de vraag over het honorarium voor de buitengewoon raadsleden. Hoe kijkt u daar tegenaan?
Nu is de realiteit dat mijn fractie op dit moment geen buitengewone raadsleden heeft, omdat we die ook moeilijk kunnen vinden. Dus in die zin is het idee dat u voorstelt ook voor ons een heel goed idee, want ik kan me voorstellen dat de bereidwilligheid van mensen om een groot deel van hun tijd te investeren in de goede zaak, zoals wij allemaal doen, zeker kan helpen. Dus ik ben daar heel positief over.
Voorzitter, wethouders, collega's in de Raad en andere belangstellenden,
Voor ons ligt een solide meerjarenbegroting en we kunnen rustig vaststellen dat deze de financiële stabiliteit van onze gemeente weerspiegelt. Uiteraard zijn we daar blij mee. Tegelijkertijd constateren we dat er niet veel nieuws onder de zon is en dat er een aantal zaken zijn waarover de Partij van de Arbeid zich grote zorgen maakt en waarin de begroting tekortschiet of onvoldoende aandacht aan besteedt.
Waar willen we heen met Zeist en hoe willen we dat bereiken? Of, om het met de woorden van de Partij van de Arbeid te zeggen: hoe zorgen we ervoor dat het veelgebruikte uitdrukking 'het goede leven in Zeist' voor iedereen beschikbaar komt en blijft? Het motto van het coalitieakkoord van de gemeente Amsterdam is 'ongelijk investeren voor gelijke kansen'. Mooier kan ik het niet zeggen. We moeten hard aan de slag. De samenleving is kwetsbaar en het vertrouwen in de overheid is niet groot. Juist daarom moeten we actief aan de slag met burgerparticipatie. Inwoners moeten zich betrokken voelen bij wat er in hun omgeving gebeurt en dat is goed. Immers, zij vormen het hart van de gemeente. Het is een goede zaak dat in kaart wordt gebracht wanneer de gemeente de inwoners raadpleegt, om advies vraagt of hen laat meebeslissen.
Er ligt echter ook een gevaar op de loer. Het is aan de gemeenteraad om daar goed op te letten en ook te zorgen dat diegenen die niet goed georganiseerd zijn, hun stem kunnen laten horen. Het is tenslotte niet 'u vraagt en wij draaien'. Net zoals er een kloof bestaat tussen vermogenden en niet-vermogenden, bestaat er een kloof tussen diegenen die goed opgeleid zijn en prima in staat zijn om hun mening te uiten en diegenen bij wie dat vermogen minder goed ontwikkeld is omdat zij in een minder kansrijke positie verkeren.
Het zijn zware tijden, zowel voor particulieren als voor ondernemers. We lijken van crisis naar crisis te hobbelen. De afgelopen twee jaar was er de coronacrisis, thans is er een verschrikkelijke oorlog in Oekraïne. Er zijn duizenden mensen op de vlucht en mede als gevolg van die oorlog lopen niet alleen de kosten voor energie hoog op, maar stijgt de inflatie eveneens schrikbarend. Helaas lezen we in de begroting nauwelijks iets over de manier waarop de gemeente haar burgers te hulp schiet.
Uiteraard volgen we de opdrachten van het Rijk uit, maar we moeten zelf ook initiatief nemen. Het is natuurlijk fijn dat de Stichting Leerkansen de hardheidsclausule mag verhogen, dat de voedselbank meer ondersteund wordt en dat er zwemlessen betaald worden uit de geld-terug-regeling, maar dat zijn geen structurele oplossingen. Ze worden alleen toegekend aan mensen die erom vragen en, los daarvan, misschien nog wel belangrijker, daar profiteren de middeninkomens niet van, terwijl juist zij, misschien wel met name zij, heel hard getroffen worden omdat zij sowieso allerlei toeslagen missen.
Er zijn ook mensen die uit pure schaamte nergens om durven te vragen en daardoor de kans lopen financieel langzaam te verdrinken. We weten allemaal wat schulden en het niet aan elkaar kunnen knopen van de eindjes met mensen doet. Willen we dat in onze rijke gemeente? Waarom laten we de kosten niet voor de baten uitgaan? De gemeente trekt wel €75.000 uit voor vroegsignalering bij schuldenproblematiek. Dat is goed, maar het voorkomen van schulden is beter. Wat in deze begroting mist, is een paragraaf en een solide plan, inclusief de bijbehorende financiële middelen, om de noden van diegenen die buiten hun schuld het zwaarst getroffen worden, inclusief de lagere inkomens, te lenigen.
Tijdens de raadsvergadering van 4 oktober werd er geroepen dat er vooral maatwerk moest komen, maar een noodplan met een generieke maatregel om voor een periode van twee maanden de ellende voor een bepaalde groep inwoners te verzachten, haalde het niet. Ik wil u graag wijzen op de column van Henny Fokkema in het Zeister Magazine. Ik denk dat een groot aantal van u deze al gelezen heeft. Zij heeft het over de armoede van de rijken en wijst op de verlaging van de OZB, die een aantal jaar geleden als generieke maatregel is ingevoerd. Het mag kennelijk wel generiek als de maatregel ten goede komt aan de beter gesitueerden, maar niet als het gaat om degenen die buiten hun schuld in de problemen komen en dus even niet geholpen worden om het jaar door te komen.
Let wel, de PvdA is niet tegen maatwerk, maar als je het snel wilt doen, en dat moet snel, dan moet het wel generiek. Het Rijk doet het niet anders. Vorig jaar om deze tijd konden we niet voorzien in wat voor wereld we een jaar later zouden leven. Het is logisch dat daar in de begroting van 2022 rekening mee is gehouden. Dat kunnen we nu niet meer zeggen. Niemand weet precies wat er nog op ons af gaat komen en Zeist moet daar ook financieel op voorbereid zijn.
Het college vraagt de raad om akkoord te gaan met het instellen van stelposten voor prijsstijgingen en voor de effecten op de samenleving. Er is een stelpost opgenomen van €3,5 ton en een stelpost van een half miljoen voor lastenverlichting. Vooralsnog is onduidelijk wat het verschil is tussen deze twee posten en wat daaronder gaat vallen. Wat in de raadsvergadering van 4 oktober duidelijk is geworden, is dat er ongeveer 4500 mensen bekend zijn bij de regionale dienst werk en inkomen en dat het €9 ton zou kosten om ieder van hen een bedrag van €200 te geven. Het komt de PvdA dan ook voor dat de begrote bedragen voor de stelposten slechts een druppel op de gloeiende plaat zijn. Dat geldt eens te meer als er uit deze pot ook een compensatie betaald zou moeten worden voor de stijging van de gemeentelijke belastingen.
Wat de PvdA betreft, zou er verwezen moeten worden naar een andere voorliggende voorziening, namelijk kwijtschelding. De PvdA meent dat er ruimte in de begroting zit om de genoemde stelposten van een half miljoen en €3,5 ton op te hogen. De effecten na de tweede bestuursrapportage laten een positief beeld zien. Daarnaast vindt de PvdA de bedragen die begroot zijn in het uitvoeringsprogramma coalitieakkoord onder 'organisatie in ontwikkeling' van maar liefst €535.000 in de jaren 2024 en 2025 te hoog. Het is vooralsnog volstrekt onduidelijk waarvoor dergelijke bedragen begroot zijn. Als er gewoon extra middelen nodig zijn, dan meent de PvdA dat een bedrag van €2 ton op jaarbasis genoeg zou moeten zijn en kan er €335.000 worden toegevoegd om de lasten te verlichten.
Of we het met deze verhoogde bedragen redden, is nog maar de vraag. De effecten van de maatregelen die de regering per 1 januari 2023 laat ingaan, zijn nog niet doorgerekend. Vast staat wel dat de inflatie volgend jaar nog niet op een min of meer normaal niveau zal uitkomen, maar vermoedelijk nog steeds rond de 8% zal bedragen.
Wat onze aandacht blijft vragen, is de jeugdhulp. We zien in de begroting dat het percentage jongeren in Zeist dat jeugdhulp ontvangt 14,5% is, terwijl het landelijk gemiddelde op 12,9% zit. Zeist zit er dus fors boven. Dat is zorgelijk en eigenlijk ook niet zo goed verklaarbaar. Dit jaar stijgen de kosten voor jeugdhulp met €371.000, terwijl daar de komende jaren als gevolg van de invoering van het woonplaatsbeginsel nog eens €659.000 bijkomt aan kosten die niet door het Rijk vergoed worden. De effecten van de geboden zorg zijn lang onduidelijk geweest en zijn het op dit moment nog steeds. We weten op dit moment niet waar we op moeten en kunnen sturen. De PvdA is dan ook heel blij met het initiatief om meer datagericht te gaan werken, waardoor er een inzicht ontstaat in de kwalitatieve en kwantitatieve effecten van de geboden zorg.
We lezen in het uitvoeringsprogramma van het coalitieakkoord dat binnen bepaalde uitgangspunten aan de woningcorporaties ruimte kan worden geboden om sociale woningen te verkopen. De PvdA vindt dat geen goed plan. De verhuurdersheffing wordt aankomende januari afgeschaft, waardoor woningcorporaties meer financiële armslag hebben en geld overhouden om te investeren, waardoor de noodzaak voor verkoop voor een groot deel is vervallen. Die investeringen zijn hard nodig. Veel woningen in de sociale sector zijn slecht geïsoleerd, waardoor de energiecrisis de bewoners van die huizen nog harder raakt.
In de begroting zien we dat er voor wonen en bouwen €1,5 miljoen naar beneden wordt bijgesteld ten opzichte van dit jaar. De PvdA zou graag zien dat de gemeente in samenspraak met de woningcorporaties aan de slag gaat om een versnelling in de verduurzaming van woningen in de sociale sector te bewerkstelligen. Dat is nodig, ook zonder energiecrisis.
Bijzondere aandacht verdienen ook de woningen in Zeist die gemeentelijk monument zijn. Ook voor deze woningen geldt dat ze in 2050 aardgasvrij moeten zijn. De PvdA is dan ook blij met het voornemen om het beleid ten aanzien van het verduurzamen van monumenten te actualiseren.
Wat opvalt in Zeist is de demografische druk. Het percentage mensen jonger dan 20 en ouder dan 65 is significant hoger dan het landelijk gemiddelde. We weten dat Zeist snel vergrijst, maar de grafiek op bladzijde 28 van de begroting maakt toch dat de PvdA vraagt om aandacht voor jongeren. We steunen het plan voor 4000 nieuwe woningen en zouden graag zien dat er flink gebouwd wordt voor jonge werkenden, zodat zij ook een plek in Zeist kunnen krijgen of behouden.
Ik wil nu even iets tussenvoegen. Ik wil heel graag de steun van de PvdA uitspreken voor wat de heer Van Splunter vroeg als het gaat om het Leger des Heils. Ik was ook bij die bijeenkomst en was daar zeer van onder de indruk. Ik vind het bedrag dat ze nu aan subsidie krijgen, dat ze weggeven aan de parkeervergunning, misschien moeten ze die gewoon betalen, maar dan denk ik dat het heel goed is als het college nadenkt, of zo nodig nadenkt, over verhoging van de subsidie, want die hebben ze hard nodig. Ze doen ontzettend goed werk en ik sluit me graag bij die oproep aan.
Ik wil ook de samenstellers van deze begroting, die inderdaad veel beter leesbaar is dan de vorige keer, danken. Maar het is desondanks wel een hoop werk.
Ik eindig niet negatief. De PvdA is over de linie genomen blij met de begroting voor de komende jaren en dat die ruimte biedt voor nieuw beleid. De sociaaldemocratische kernwaarden, zoals solidariteit, gelijkheid en spreiding van inkomen, kennis en macht, moeten wat de PvdA betreft de uitgangspunten zijn van het te voeren beleid.
Tot zover, dank u wel.
Dank u wel, mevrouw Breddels, fractievoorzitter van de Partij van de Arbeid. Zijn er op dit moment nog nadere vragen of reacties? Nee, dank u wel. Dan geef ik graag het woord aan de fractievoorzitter van de Socialistische Partij, David Tompot.
Ja, dank u wel, voorzitter. Het was even wennen om op dit spreekgestoelte plaats te nemen. Voorzitter, soms heb je van die dilemma's waar je ook na lang nadenken niet uitkomt. Een dilemma waarbij je aan de ene kant het gevoel hebt dat je vanuit je rol als raadslid daar iets mee moet doen, omdat het gaat om een onrecht dat een bepaalde groep in de samenleving, ook die van Zeist, wordt aangedaan. Maar aan de andere kant heb je een gevoel dat juist zegt dat je hier niets mee kunt doen, omdat dit onrecht niet alleen in Zeist, maar in alle Nederlandse gemeenten speelt.
Misschien leek het dilemma dat ik had wel oplosbaar, omdat het ging om een zaak die voortkwam uit het beleid van het kabinet Rutte. De gedachte vormde zich bij mij langzaamaan dat daar dan ook de oplossing vandaan moest komen. Maar in korte tijd van enkele maanden kunnen zich dan weer ontwikkelingen voordoen, waarbij het dilemma, waarvan ik even dacht dat het niet meer aan de orde was, toch weer terugkomt.
Misschien is het tijd om nu even openheid van zaken te geven waar het om gaat. Afgelopen zomer, in augustus, kwam in het nieuws dat een rechter had geoordeeld dat een student in Nijmegen recht had op de energietoeslag, nadat haar aanvraag daartoe eerder door de gemeente Nijmegen was afgewezen. Mijn eerste gedachte was: mooi nieuws voor studenten. Want de rechter had met deze uitspraak een oordeel geveld over de uitvoering van de regeling van de toekenning van de energietoeslag. Het uitsluiten van de groep studenten van deze toeslag werd nu door de rechter als onrechtmatig bestempeld.
Mijn gedachte was direct op het moment dat ik in de media hierover vernam, dat met deze uitspraak studenten in heel het land iets in handen zouden hebben om alsnog aanspraak te kunnen maken op een energietoeslag. Die toeslag die er nu om volstrekt arbitraire afwegingen wordt onthouden. Want als de woonsituatie van studenten zo divers zou zijn dat het generiek toekennen van deze toeslag niet mogelijk zou zijn, zoals het kabinet beweert, geldt dat dan ook niet voor de woon- en financiële situatie van de 1 miljoen huishoudens die de energietoeslag nu wel uitgekeerd krijgen? Onder deze groep zullen immers ook genoeg mensen zijn die het geluk hebben nog een vast energiecontract te hebben en daardoor niet of nauwelijks geconfronteerd zijn met de explosieve stijging van de gas- en elektriciteitsprijzen, waarvoor deze energietoeslag moet compenseren. Die mensen zouden dan, strikt genomen, volgens de criteria die tegenstanders van generieke inkomensondersteunende maatregelen hanteren, eigenlijk geen recht hebben op deze toeslag, maar toch ontvangen ze deze vanuit het rijk.
Maar het principe blijft daarmee overeind. Want gemeenten, en dan kom ik nu bij gemeente Zeist, hebben namelijk beleidsvrijheid om af te wijken van deze regeling die ten grondslag ligt aan de energietoeslag. Gemeenten kunnen besluiten om de energietoeslag wel uit te keren aan groepen die in de rijksregeling nu zijn uitgesloten, net zoals gemeenten ook beleidsvrijheid hebben om de inkomensondersteuning vanuit de bijzondere bijstand meer of minder genereus toe te passen.
Op dit moment is er nu een gemeente die zelf heeft besloten de energietoeslag ook aan studenten uit te keren, en dat is toevallig de gemeente Nijmegen. Daar kunnen studenten per woonadres de energietoeslag één keer aanvragen. Het is misschien niet ideaal, want per studentenhuis moet dan de ontvangen €1.300 aan energietoeslag verdeeld worden onder de bewoners, maar ook als je een bedrag hebt van €1.300 verdeeld over, zeg, tien studenten, is het nog steeds een bedrag van €130 dat voor de meeste studenten in deze tijd waarschijnlijk zeer welkom zal zijn.
Dus daarom laat ik mijn vraag aan het college stellen: waarom besluit het college niet gewoon zelf om de energietoeslag, in navolging van de gemeente Nijmegen, ook aan studenten uit te keren? Wachten op wat er vanuit het rijk eventueel nog gaat komen, is nu namelijk niet meer aan de orde. Het kabinet Rutte heeft onlangs namelijk besloten de energietoeslag niet aan studenten én ook aan een andere groep jongeren onder de 21 die een onzelfstandige woonruimte hebben, uit te keren. Het kabinet zou niet de middelen hebben om hiervoor nog de benodigde 200 miljoen euro extra opzij te zetten, zo luidt de verklaring.
Maar wat betekent dat als het kabinet, ondanks die rechterlijke uitspraak, niet zijn verantwoordelijkheid neemt? Moeten wij dan als gemeente Zeist ook maar onze nek omdraaien en verklaren dat we hiervoor niet de middelen zouden hebben? Want volgens mij zijn die middelen er namelijk wel, alleen worden ze nu op een andere manier besteed. Je kijkt bijvoorbeeld naar de stelpost van €500.000 voor lastenverlichting die nu in de begroting is opgenomen. Waarom zou een deel van dit bedrag niet besteed kunnen worden aan het uitbetalen van de energietoeslag aan studenten?
Ja, als we verder kijken, hoeveel studenten hebben we dan eigenlijk in Zeist? In de bijlage wordt er iets over gezegd, namelijk in de bijlage 'Kerngegevens', pagina 55 van de begroting, wordt een getal genoemd van 405 uitwonende studenten. Ik vermoed dat dit aantal hoger zal zijn. Laten we zeggen dat het twee keer zoveel zijn, 800 studenten. En veronderstel nu eens dat er in de gemeente Zeist gemiddeld vijf studenten om een woon eenheid of een machtig zijn, dan zou de gemeente Zeist de energietoeslag à €1.300 aan zo'n 160 adressen bewoond door studenten uitbetalen. Dan zou dat onze gemeente €208.000 kosten. Dan blijft er nog een kleine €300.000 uit de stelpost voor lastenverlichtingen over. De SP heeft daar ook al een voorstel voor om dit anders te besteden.
Op dit moment is de energietoeslag beschikbaar voor inkomens tot 120% van het sociaal minimum, terwijl we in Zeist voor het minimabeleid een grens van 130% van het bijstandsniveau hanteren. De SP zou een groot voorstander zijn om de grens waarbij huishoudens aanspraak kunnen maken op de energietoeslag te verhogen naar 130% van het sociaal minimum. Eigenlijk zou die grens misschien nog hoger moeten, maar gelet op het voorstel waarvoor al een deel van de stelpost lastenverlichting is gereserveerd, ga ik even uit van die 130% als een reëel alternatief.
U kunt natuurlijk tegenwerpen dat mijn beide voorstellen, met name het tweede, het verhogen van de grens naar 130%, een generieke maatregel is die ongewenst is omdat de energietoeslag bij verruiming van de grens ook terechtkomt bij huishoudens die deze toeslag niet nodig hebben. Laat ik daar het volgende over zeggen: allereerst laat de regeling van de uitbetaling van de energietoeslag zoals die nu bestaat ook toe dat deze toeslag terechtkomt bij huishoudens die deze niet nodig hebben. Voor het rijk was dit geen reden om deze regeling in de vorm zoals die nu is dan maar helemaal in de ban te doen. Net zoals het rijk dat doet, zou ook ons college en de raad van onze gemeente moeten ervaren dat generieke maatregelen ook ten profijt kunnen komen van de huishoudens die deze niet nodig hebben. Maar ik durf de stelling wel aan dat het percentage van mensen die daar oneigenlijk profijt van zouden hebben, veel lager zal zijn dan het percentage van landelijk beleid, zoals bij de energietoeslag nu is.
De tweede reden is dat in de huidige begroting een bedrag van €500.000 wordt gereserveerd voor lastenverlichting, een stelpost dus. Maar lastenverlichting is per definitie een generieke maatregel. Dus ook deze, waarvan de precieze invulling dus nog moet komen, kost de gemeente geld, want die besluit om voor €500.000 minder inkomsten aan gemeentelijke belastingen binnen te halen. Maar eigenlijk is dat nog niet het punt waar het om gaat. Het gaat erom dat lastenverlichting in essentie een generieke maatregel is waarvan ook huishoudens profiteren die deze lastenverlichting misschien helemaal niet nodig hebben. En daarover zou ik graag mijn verwondering uitspreken over het feit dat deze maatregel van lastenverlichting tot op heden door geen enkele coalitiepartij kritisch is ontvangen op de wijze waarop het gaat om het aspect van de generieke maatregel.
En als je dan terugkijkt bij de eerdere raadsbesluiten van de raadsvergadering van een maand geleden, was er een eerdere motie over verruiming van de grens voor het toekennen van de geld-terug-regeling naar 150% van het sociaal minimum. Die motie werd door geen enkele coalitiepartij gesteund. Het argument daarbij was dat deze verruiming zou betekenen dat ook huishoudens die dit niet nodig hebben dan gebruik zouden kunnen maken van de geld-terug-regeling. Dus dat komt er dan op neer dat bij inkomensondersteunende maatregelen als de GTR een extra uitbreiding van de regeling niet mogelijk is, omdat dat dan generiek is. Maar bij lastenverlichting maakt het ineens niet meer uit dat juist deze maatregelen generiek van aard zijn. Wie consequent is in zijn redenering, moet om beide afwijzen, niet het ene wel en het andere niet.
Wat de SP betreft, moet er dan ook geen taboe zijn op generieke maatregelen die tot doel hebben de inkomenspositie van de financieel kwetsbaarste groepen te ondersteunen. Het is te gemakkelijk om als alternatief dan te verwijzen naar mogelijkheden voor inkomenssteun vanuit de bijzondere bijstand. Daar is immers ook extra mankracht voor nodig vanuit de RSD om dan daarvoor een aanvraag voor bijzondere bijstand te controleren en te toetsen. Die moet aantonen dat de aanvrager als gevolg van de hoge energieprijzen in financiële problemen is gekomen. Als gevolg daarvan heeft de RSD meer mensen moeten inhuren. Maar vervolgens, als studenten massaal zouden besluiten om een aanvraag te doen voor de energietoeslag, en in een aantal gemeenten gebeurt dat al, en we zien de eerste signalen dat ook in Zeist studenten beginnen te doen, betekent dat ook dat daar extra mensen voor moeten worden ingehuurd om al die aanvragen en ook later de beroepen en bezwaren te kunnen beoordelen.
Dus daar is als aspect dat als je die kosten afzet tegen de kosten die de gemeente nu zou moeten maken als wij als raadsleden besluiten om een energietoeslag ook aan studenten uit te keren en ook eventueel een verruiming toe te passen voor de inkomens tot 130% van het sociaal minimum voor diezelfde toeslag, dan zou het wel eens zo kunnen zijn dat we uiteindelijk minder geld kwijt zijn aan lasten dan nu. Wanneer we als raad zouden vasthouden aan de begroting zoals die nu voorligt en waarin voor geen enige uitbreiding van de regeling voor toekenning van de energietoeslag sprake is.
Ik kom nu bijna aan het eind van mijn betoog. Ik wil nog enkele, twee dingen kort even aanstippen. Het eerste onderwerp gaat eigenlijk over een vraag. De gemeente heeft namelijk een potje, dat vele jaren voor sociale woningbouw het 'tarief verhoging van het sociale woningbouw' heeft geheten, van rond de 2,5 miljoen. We weten dat we een grote opgave hebben voor de bouw van betaalbare woningen en daarbinnen ook van sociale woningen. Tegelijkertijd weten we, zoals vorige week ook ter sprake kwam bij de bijeenkomst over wonen bij Woongoed Zeist, dat het bouwen van sociale woningen niet gaat zonder sturing vanuit de gemeente. De vraag is dan of er niet op dit moment in de planfase al van concrete projecten een bijdrage uit dit fonds zou kunnen komen voor die specifieke bouwprojecten om meer sociale woningen gebouwd te krijgen. Meer specifiek is de vraag dan onder welke voorwaarden het college bereid is om uit dit fonds een bijdrage te doen voor de financiering van meer sociale woningen. Die vraag stel ik ook, vooral in het licht van het feit dat naar mijn idee de laatste jaren uit dit fonds nog helemaal geen bedrag is, zal ik maar zeggen, benut voor de bouw van meer sociale woningen. Dus alleen wel iets bijgekomen, elk jaar een bedrag van rond de €35.000.
Laat ik eindigen met het benoemen van in ieder geval een zaak waar we als fractie wel tevreden over zijn. Dat mag eigenlijk niet onbenoemd blijven, en dat is natuurlijk de indexatie van de geld-terug-regeling, waar nu een bedrag van €150.000 voor is gereserveerd. Waar we in de bedragen die nu maximaal vergoed worden met 25% omhoog gaan. Ik denk dat dat een heel mooi punt is en ben daar nog steeds dankbaar voor, dat dat naar aanleiding van de unaniem gesteunde motie in deze begroting is terechtgekomen. In dat opzicht wil ik ook daar mijn waardering voor uitspreken en hierbij de afsluiting van mijn betoog doen. Dank u wel.
Dank u wel, meneer David Tompot, fractievoorzitter van de Socialistische Partij. Maar laten we even bijkomen. U heeft heel veel gezegd, en dat weliswaar snel, maar het was zeer goed. We hebben ademloos geluisterd. Ik weet niet of het tot vragen of opmerkingen leidt op dit moment? Nee, dank u wel. Dan gaan we op naar de tweede termijn. Fractievoorzitter Hannie van Kippersluis van Zeister Belang, ik geef u graag het woord.
Ja, dank u wel, voorzitter. De algemene beschouwingen van vorig jaar lijken alweer heel ver weg en van een geheel andere orde. In onze stoutste dromen hadden we niet kunnen bevroeden dat we nu midden in een oorlog in Oekraïne zouden zitten, die de bestaande klimaatcrisis, asielcrisis, energiecrisis, huisvestingscrisis en armoedecrisis in grote mate heeft verergerd. In de landelijke politiek lijkt men de weg kwijt te zijn. We rennen van crisis naar crisis. Een visie ontbreekt, en dan moeten mensen als Johan Remkes van stal gehaald worden om de gemoederen te bedaren. Maar gelukkig zijn er ook een aantal onderwerpen gelijk gebleven.
Ik begin met de financiën. Want mooie plannen zonder de financiële basis zijn als een fiets zonder wielen: duurzaam, gezond, sportief, maar je komt er geen meter mee vooruit. De begroting ziet er opnieuw beter uit. Het is duidelijk merkbaar dat men er hard aan gewerkt heeft om deze compacter en completer te maken. Onze complimenten aan de ambtenaren die dit huzarenstukje hebben geleverd. Natuurlijk hebben wij ook een aantal opmerkingen en vragen. Want adel verplicht, zoals dat heet. Het weerstandsvermogen blijft een zorgenkind. Wij kunnen niet genoeg benadrukken dat wij bijzonder alert moeten blijven om de weerstandsratio op peil te houden. In de aankomende drie jaar wordt er ruim 1,5 miljoen aan de reserve toegevoegd, waarmee de ratio boven de één komt, maar nog niet aan de 1,5 zoals vastgesteld in de nota 'Stabiliteitscriteria'. We streven ernaar de kengetallen uit de nota 'Stabiliteitscriteria' te halen. Laten we dat hier dan ook doen.
In het zogenaamde 'dashboard stabiliteitscriteria', dat wil zeggen, het document waarin wij in één oogopslag kunnen zien of de gemeente Zeist de zaken financieel, maar ook organisatorisch nog wel op orde heeft, constateren wij dat van de acht bestaande onderhoudsplannen er drie niet actueel zijn. De wettelijke termijn om de onderhoudscontracten te actualiseren is vijf jaar; in weerwil daarvan heeft de gemeente Zeist zich een norm van drie jaar opgelegd en zou dus twee keer een signaal afgegeven moeten zijn: een keer na drie jaar en nogmaals twee jaar later. Het baart Zeister Belang zorgen dat dit niet is gebeurd. 'Onderhoud is behoud', luidt een oud gezegde. Achterstallig onderhoud zorgt voor meer kosten. B&W heeft beterschap beloofd en wij zullen de ontwikkelingen met belangstelling blijven volgen.
Tot slot, in het coalitieakkoord was een thema duidelijk beschreven: doorpakken voor het klimaat. Toch verbaast het ons dat de kosten in de begroting van 2023 lager zijn dan in 2022. Het coalitieakkoord en de onderliggende begroting spreken elkaar dus tegen. De coalitiepartijen geven aan dat zij meer willen verduurzamen; begrippen als 'duurzaam', 'duurzaamheid' en 'duurzaamheidsperspectief' worden veelvuldig in het coalitieakkoord genoemd. We hebben geteld; we kwamen op elf. Echter, in de begroting lopen de kosten voor verduurzaming terug. In cijfers: voor 2023 is er 796.000 minder begroot. Hoe valt dit te rijmen met de genoemde duurzaamheidsambitie? Is dit verder bouwen aan een mooi en duurzaam Zeist? En wat is dan concreet het plan van B&W om door te pakken? Hartelijk dank.
Dank u wel, Annie van Kippersluis, fractievoorzitter. Zij is een van de belangrijke aanwezige raadsleden die nog vragen hebben of een interventie nodig achten. "Nee, dank u."