In een recente raadsvergadering heeft de gemeenteraad unaniem ingestemd met een voorstel om de kosten voor het verkrijgen van een huisvestingsvergunning te verlagen. De verlaging is een stap om betaalbare huurwoningen toegankelijker te maken voor mensen met een lager inkomen.
Politiekverslaggever Rijk de Bat
In een poging om de financiële drempel voor woningzoekenden te verlagen, heeft de gemeenteraad besloten het tarief voor een huisvestingsvergunning te verlagen van €109,15 naar slechts €42,55. Dit besluit is genomen na een constructief debat waarbij de raadsleden de snelle uitwerking van het voorstel door het college prezen.
Meneer Fluitman van het CDA uitte zijn waardering: "Ik wil even de complimenten uitspreken richting college dat we in de bijdrage bij de begroting hier aandacht voor hebben gevraagd en dat deze uitwerking zo snel hier op tafel ligt. Dus dank daarvoor."
De discussie nam een technische wending toen Jan Bredius van Nieuw Democratisch Zeist vragen stelde over de leges voor een vergunning op opkoopbescherming, die abusievelijk niet waren opgenomen in de eerder vastgestelde verordening. "Hoe komt dat tarief van nu tot stand? En als we niets doen, is het dan €196 en geldt niet hetzelfde als voor de huisvestingsvergunning dat de doelgroep toch ook partners, kinderen, schoondochters enzovoorts zijn?" vroeg Bredius.
Wethouder Walter van Dijk legde uit dat de verlaging specifiek gericht was op de huisvestingsvergunning en dat de kwestie van de opkoopbescherming een aparte zaak was. "Er is geen specifieke reden waarom destijds deze specifieke regels zijn weggevallen uit de verordening. We corrigeren dat nu hiermee," zei Van Dijk.
De financiële impact van de tariefverlaging wordt geschat op een verlies van €4.000 aan opbrengsten, gebaseerd op 60 aanvragen per jaar. Desondanks werd het voorstel met algemene stemmen aangenomen, waarmee de raad een duidelijk signaal afgeeft over het belang van betaalbare huisvesting.
Na de verhelderende woorden van de wethouder stemde de raad in met het voorstel. De wijziging zal ingaan per 1 januari 2023, en de communicatie hierover is al gestart met de woningcorporaties. De Legesverordening wordt jaarlijks geëvalueerd en geactualiseerd, waarbij de raad haar bevoegdheid om tarieven aan te passen blijft uitoefenen.
Samenvatting van het voorstel
Samenvatting:
Het raadsvoorstel betreft de tweede wijziging van de legesverordening 2023, specifiek gericht op de huisvestingswet. Portefeuillehouder Walter van Dijk en opsteller Corine Murre stellen voor om het tarief voor het verkrijgen van een huisvestingsvergunning te verlagen van €109,15 naar €42,55. Dit voorstel is gebaseerd op het inkomen van de doelgroep en de wens om betaalbare huurwoningen beschikbaar te maken voor woningzoekenden met een lager inkomen. De verlaging sluit ook aan bij andere tarieven in de Legesverordening 2023. Daarnaast wordt voorgesteld om de leges voor een vergunning opkoopbescherming vast te stellen, aangezien deze abusievelijk niet waren opgenomen in de eerder vastgestelde verordening.
De financiële impact van de tariefverlaging wordt geschat op €4.000 minder opbrengsten, gebaseerd op 60 aanvragen per jaar. Er wordt voorgesteld om in te stemmen met de bijgevoegde begrotingswijziging. Juridisch gezien is het wijzigen van een tarief een bevoegdheid van de raad en de wijziging zal ingaan per 1 januari 2023. De communicatie over de tariefverlaging is reeds gestart met de woningcorporaties.
Het voorstel is unaniem aangenomen in de raadsvergadering van 15 december 2022. Na vaststelling zal de wijziging gepubliceerd worden en de woningcorporaties worden geïnformeerd. De Legesverordening wordt jaarlijks geëvalueerd en geactualiseerd. Bijlagen bij het raadsbesluit zijn de verordening tot de tweede wijziging van de legesverordening 2023 en de begrotingswijziging 2023011.
Documenten
-
Analyse van het document
Titel en samenvatting:
De titel van het voorstel is "Tweede wijziging legesverordening 2023 (huisvestingswet)". Het voorstel behelst een verlaging van het tarief voor het verkrijgen van een huisvestingsvergunning van €109,15 naar €42,55. Dit wordt als wenselijk beschouwd gezien het inkomen van de doelgroep die gebruikmaakt van deze vergunning. Daarnaast wordt een tarief vastgesteld voor het verkrijgen van een vergunning opkoopbescherming, welke abusievelijk was weggelaten in de eerdere verordening.
Volledigheid van het voorstel:
Het voorstel lijkt volledig, met een duidelijke argumentatie, financiële onderbouwing en een communicatieplan. Het bevat ook een juridische toelichting en een planning voor de uitvoering.
Rol van de raad:
De raad heeft de bevoegdheid om de legesverordening vast te stellen en te wijzigen. De raad moet het voorstel beoordelen en een besluit nemen over de voorgestelde wijzigingen.
Politieke keuzes:
De politieke keuze betreft de verlaging van het tarief voor de huisvestingsvergunning en het vaststellen van een tarief voor de vergunning opkoopbescherming. De raad moet afwegen of de verlaging van het tarief gerechtvaardigd is en of de financiële consequenties acceptabel zijn.
SMART en inconsequenties:
Het voorstel lijkt SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden), met duidelijke doelen en een tijdspad voor implementatie. Er worden geen inconsequenties genoemd in de samenvatting.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten of zij de tweede wijziging van de legesverordening 2023 vaststelt en instemt met de bijgevoegde begrotingswijziging.
Participatie:
Het voorstel vermeldt dat de corporaties zijn geïnformeerd over het voorstel voor tariefverlaging, wat duidt op enige vorm van participatie met relevante stakeholders.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid wordt niet direct genoemd in het voorstel, maar kan indirect relevant zijn als het gaat om het bevorderen van toegankelijke huisvesting voor lagere inkomensgroepen.
Financiële gevolgen:
Het financiële effect is een vermindering van €4.000 aan opbrengsten in het begrotingssaldo, gebaseerd op 60 aanvragen per jaar. Er wordt voorgesteld in te stemmen met een begrotingswijziging om dit te dekken.
-
-
-
Analyse van het document
Titel en samenvatting:
De titel van het voorstel is "Tweede wijziging legesverordening 2023 (huisvestingswet)". Het voorstel beoogt het tarief voor het verkrijgen van een huisvestingsvergunning te verlagen van €109,15 naar €42,55. Deze verlaging is bedoeld om rekening te houden met het inkomen van de doelgroep die gebruikmaakt van een huisvestingsvergunning. Daarnaast wordt voorgesteld om de leges voor het verkrijgen van een vergunning opkoopbescherming vast te stellen, aangezien deze abusievelijk niet waren opgenomen in de eerder vastgestelde verordening.
Volledigheid van het voorstel:
Het voorstel lijkt volledig te zijn, met een duidelijke uiteenzetting van de redenen voor de tariefwijziging, de financiële gevolgen en de juridische basis. Het bevat ook informatie over de communicatie met betrokken partijen en de planning voor de uitvoering.
Rol van de raad:
De raad heeft de bevoegdheid om de legesverordening vast te stellen en te wijzigen. In dit geval moet de raad besluiten of zij instemt met de voorgestelde verlaging van het tarief en de vaststelling van de leges voor de vergunning opkoopbescherming.
Politieke keuzes:
De politieke keuze die gemaakt moet worden, betreft de afweging tussen de financiële gevolgen voor de gemeente en het sociale belang van het toegankelijk maken van huisvestingsvergunningen voor mensen met een lager inkomen.
SMART:
Het voorstel lijkt Specifiek, Meetbaar, Acceptabel en Realistisch. De Tijdgebondenheid is ook aanwezig, aangezien de wijziging per 1 januari 2023 ingaat. Er worden geen duidelijke inconsequenties vermeld.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten of zij de tweede wijziging van de legesverordening 2023 vaststelt en instemt met de bijbehorende begrotingswijziging.
Participatie:
Het voorstel vermeldt dat de woningcorporaties zijn geïnformeerd over het voorstel voor tariefverlaging. Verdere details over participatie worden niet gegeven.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid wordt niet direct als onderwerp in dit voorstel genoemd. Het gaat voornamelijk over de financiële aspecten van de huisvestingsvergunning.
Financiële gevolgen:
Het financiële effect van de tariefverlaging is een vermindering van €4.000 aan opbrengsten in het begrotingssaldo, gebaseerd op 60 aanvragen per jaar. Er wordt voorgesteld in te stemmen met de bijgevoegde begrotingswijziging om dit te dekken.